Medtronic Valiant Navion Gebrauchsanweisung Seite 476

Waarschuwing: Voer het plaatsingssysteem nooit op zonder eerst een voerdraad te plaatsen en verwijder de voerdraad niet
terwijl het plaatsingssysteem zich in de patiënt bevindt.
9.5. Het plaatsingssysteem positioneren
1. Voer het plaatsingssysteem voorzichtig op naar de beoogde landingszone.
2. Positioneer het plaatsingssysteem door middel van tracking tot aan de doellocatie.
Let op: Bij de aanwezigheid van overmatige verkalking of trombus mag u het product niet hoger positioneren vanwege de
verhoogde kans op het losraken van materiaal tijdens het distaal herpositioneren van de stentgraft.
Let op: Voorkom of compenseer parallax of andere bronnen van visualisatiefouten.
Let op: Voer de tip van het plaatsingssysteem of de voerdraad niet op door de aortaklep.
Let op: Pak de handgreep voor het vrijgeven van het opsluitmechanisme niet vast tijdens het positioneren van het
plaatsingssysteem.
Opmerking: U kunt de stentgraft ook proximaal naar de beoogde landingszone traceren.
9.6. Positie van de stentgraft bevestigen
1. Voordat de thoracale Valiant Navion-stentgraft wordt geplaatst, moet onder geleide van röntgendoorlichting worden
gecontroleerd of de positie van het product juist is.
2. Verifieer bij het plaatsen van de stentgraft of de proximale radiopake markeringen zich op de gewenste locatie bevinden
(Afbeelding 6). U verifieert de plaatsing van het distale uiteinde door te controleren of de distale markeringen zich op de
gewenste locatie bevinden. U kunt aanvullende stentgrafts implanteren om de lengte van de afdekking te vergroten en de
laesie uit te sluiten. Raadpleeg Sectie 9.11 (Het implanteren van aanvullende configuraties) voor meer informatie.
Opmerking: De positie van de radiopake markeringen rondom varieert. De thoracale Valiant Navion-stentgraft is
axisymmetrisch en hoeft niet te worden gedraaid om de gewenste klinische resultaten te verkrijgen.
Opmerking: Voor het bevestigen van de stentgraftpositie bij het implanteren van 2 of meer Valiant Navion-producten, wordt de
minimale overlapping bereikt door de distale markeringen op de proximale graft op een lijn te brengen met de middelste
markering op de distale graft; dit geldt niet bij het gebruik van een distale stentgraft die korter is dan 90 mm.
Raadpleeg Sectie 9.11 (Het implanteren van aanvullende configuraties).
Opmerking: Bij het gebruik van een kortere stentgraft dan 90 mm voor het verlengen van de bedekte lengte van de proximale
stentgraft, plaatst u de proximale rand van het graftmateriaal van de stentgraft niet meer dan 10 mm proximaal ten opzichte van
de rand van het stentgraftmateriaal van de aangrenzende stentgraft. Als u de bedekte proximale landingszone met meer dan
10 mm wilt verlengen, gebruikt u een stentgraft met een bedekte lengte van ≥ 90 mm. De meest proximale stentgraft moet
voldoen aan de vereisten met betrekking tot de proximale landingszone voor zowel FreeFlo (≥ 20 mm) als CoveredSeal
(≥ 25 mm).
Opmerking: Bij het gebruik van een kortere stentgraft dan 90 mm voor het verlengen van de bedekte lengte van de distale
stentgraft, plaatst u de distale rand van het graftmateriaal van de stentgraft niet meer dan 10 mm distaal ten opzichte van de
rand van het stentgraftmateriaal van de aangrenzende stentgraft. Als u de bedekte distale landingszone met meer dan 10 mm
wilt verlengen, gebruikt u een stentgraft met een bedekte lengte van ≥ 90 mm. De meest distale stentgraft moet voldoen aan de
vereisten met betrekking tot de distale landingszone (≥ 20 mm voor zowel FreeFlo als CoveredSeal). Raadpleeg Sectie 6.1
(Patiëntselectie).
Let op: Bij overmatige verkalking of trombusvorming is het niet raadzaam het product hoger te positioneren en het dan distaal
te herpositioneren na gedeeltelijke ontplooiing van de stentgraft vanwege de verhoogde kans op het losraken van materiaal.
Let op: Gebruik geen stentgrafts die korter zijn dan 90 mm bij een niet-ondersteunde verbinding of voor het verbinden van 2
eerder geplaatste stentgrafts.
Let op: Voorkom of compenseer parallax of andere bronnen van visualisatiefouten.
Let op: Pak de handgreep voor het vrijgeven van het opsluitmechanisme niet vast tijdens het bevestigen van de positie van het
plaatsingssysteem.
474 Gebruiksaanwijzing Nederlands