Master-functie
Instellingen van de afsluitweerstanden
Jumper / schakelaar
Instellingen
Jumper J10
geactiveerd
en J11
gedeactiveerd
DIP-schakelaar 1
geactiveerd
en 2
gedeactiveerd
Slave-functie
Instellingen van de afsluitweerstanden
Jumper /
Instellingen
schakelaar
Jumper J10
geactiveerd
en J11
gedeactiveerd
DIP-
geactiveerd
schakelaar 1
en 2
gedeactiveerd
5.2.2
Instelling van het module-adres
Instelling van het module-adres op de basisprintplaat van de I/O-module
1
DIP-schakelaar
Standen van de DIP-schakelaars
Plaats Signaalbeoordeling Meldingstekst
INGANGEN
1
Verbreekcontact
Externe temperatuur-
2
Verbreekcontact
Extern signaal, min. druk
3
Verbreekcontact
Handmatige bijvulling
4
Maakcontact
5
Maakcontact
6
Maakcontact
UITGANGEN
1
Wisselcontact
2
Wisselcontact
3
Wisselcontact
4
Wisselcontact
I/O-module
Control Touch
X
---
---
---
I/O-module
I/O-module
Control Touch
ter uitbreiding
---
X
X
---
---
---
---
---
Item in het
foutgeheugen
Ja
bewaking
Ja
Ja
Noodstop
Ja
Handpomp 1
Ja
Hand OS-1
Ja
---
---
---
---
---
---
---
---
Variomat Touch — 22.07.2024
DIP-schakelaars 1 – 4:
DIP-schakelaar 5:
---
DIP-schakelaars 6 – 8:
---
X
Stel het module-adres in met de DIP-schakelaars 1 – 4.
---
Ga als volgt te werk:
1.
Trek het netsnoer uit de I/O-module.
2.
Open het deksel van de behuizing.
Zet de DIP-schakelaars 1 – 4 op de stand "ON" of "OFF".
3.
Module-adres
---
---
1
X
2
3
---
4
5
6
7
8
9
10
5.2.3
Standaardinstellingen van de I/O-module
De ingangen en uitgangen van de I/O-module zijn op de standaardinstelling gezet.
De standaardinstellingen kunnen indien nodig worden gewijzigd en aangepast aan
de plaatselijke omstandigheden.
Het aanspreken van de ingangen 1– 6 van de I/O-module wordt weergegeven via
het foutgeheugen van de apparaatbesturing.
Opmerking!
•
De standaardinstellingen zijn geldig vanaf softwareversie V1.10.
•
Optioneel zijn alle digitale in- en uitgangen vrij instelbaar. De
instelling wordt uitgevoerd door de Reflex-klantendienst, 13.1
"Reflex klantenservice", 394
Prioriteit voor
Signaal op de ingang leidt tot de volgende actie
het verstrijken
•
Ja
Magneetventielen zijn gesloten.
•
•
•
Uitgangsrelais (1) wordt geschakeld.
•
Nee
Magneetventielen zijn gesloten.
•
•
•
Uitgangsrelais (2) wordt geschakeld.
•
Ja
Magneetventiel (1) in de bijvulleiding wordt handmatig geopend.
•
Uitgangsrelais (5) wordt geschakeld.
•
Ja
Pompen (1) en (2) zijn uitgeschakeld.
•
Magneetventielen (2) en (3) in de overstroomleidingen zijn
gesloten.
•
Het magneetventiel (1) in de bijvulleiding is gesloten.
•
Schakelen van "Verzamelstoring" op de besturing van het
apparaat.
•
Ja
Pomp (1) wordt handmatig ingeschakeld.
•
Uitgangsrelais (5) wordt geschakeld.
Ja
Magneetventiel (1) is geopend.
---
Zie ingang 1
---
Zie ingang 2
•
---
Min. druk is onderschreden.
•
Melding "ER 01" op de besturing
•
---
Maximale druk overschreden
•
Melding "ER 10" op de besturing
I/O-module (optionele uitbreidingsmodule)
•
Voor het instellen van het module-adres
•
Variabele instelling op "ON" (AAN) of "OFF"
(UIT)
•
Permanent op stand "ON" (AAN)
•
Voor interne testdoeleinden
•
Tijdens bedrijf op positie "OFF" (UIT) gezet
DIP-schakelaar
1
2
3
4
5
6
7
1
0
0
0
1
0
0
0
1
0
0
1
0
0
1
1
0
0
1
0
0
0
0
1
0
1
0
0
1
0
1
0
1
0
0
0
1
1
0
1
0
0
1
1
1
0
1
0
0
0
0
0
1
1
0
0
1
0
0
1
1
0
0
0
1
0
1
1
0
0
Magneetventiel (2) in overstroomleiding (1)
Magneetventiel (3) in overstroomleiding (2)
Magneetventiel (2) in overstroomleiding (1)
Magneetventiel (3) in overstroomleiding (2)
Gebruik voor
de modules
8
0
1
0
2
0
3
0
4
0
5
0
6
0
7
0
8
0
9
0
10
Nederlands — 373