Als overmatig transpireren of per ongeluk nat worden de kleefkracht
•
van het verband aantast, moet het medische personeel of een
verpleegkundige het verband onder steriele omstandigheden verwisselen.
Opgelet: Neem altijd het protocol van het ziekenhuis of centrum,
mogelijke complicaties en de behandeling ervan, waarschuwingen en
voorzorgsmaatregelen door alvorens enige soort mechanische of chemische
ingreep te ondernemen als reactie op problemen met de katheterprestatie.
Waarschuwing: Alleen een arts die vertrouwd is met de toepasselijke
technieken mag de volgende procedures proberen.
ONVOLDOENDE FLOWS:
De volgende zaken kunnen onvoldoende bloedflows veroorzaken:
Geoccludeerde arteriële gaten door klontering of fibrinewikkel.
•
Occlusie van de arteriële zijgaten door aanraking met de vaatwand.
•
Oplossingen zijn onder meer:
Chemische ingreep met gebruik van een trombolyticum.
•
BEHANDELING VAN EENRICHTINGSOBSTRUCTIES:
Eenrichtingsobstructies bestaan wanneer een lumen gemakkelijk kan
worden gespoeld maar er geen bloed kan worden geaspireerd. Dit wordt
gewoonlijk veroorzaakt door een verkeerde plaatsing van de tip.
Een van de volgende afstellingen kan de obstructie verhelpen:
Plaats de katheter opnieuw.
•
Plaats de patiënt in een andere houding.
•
Laat de patiënt hoesten.
•
Mits er geen weerstand is, de katheter krachtig met steriele normale
•
zoutoplossing spoelen om te proberen de tip bij de vaatwand vandaan
te halen.
INFECTIE:
Opgelet: Wegens het risico op blootstelling aan HIV (humaan
immuundeficiëntievirus) of andere door bloed gedragen pathogenen,
dienen werkers in de gezondheidszorg altijd universele voorzorgsmaatregelen
voor bloed en lichaamsvocht te nemen bij de verzorging van alle patiënten.
Men dient zich altijd aan een steriele techniek te houden.
•
Een klinisch erkende infectie bij een katheteruitgangsplaats dient
•
onmiddellijk te worden behandeld met de geschikte antibioticatherapie.
Als een patiënt met een katheter koorts krijgt neem dan
•
minimum twee bloedkweken van een plaats die verwijderd ligt
van de katheteruitgangsplaats. Als de bloedkweek positief is moet
de katheter onmiddellijk verwijderd worden en moet de gepaste
antibioticabehandeling opgestart worden. Wacht 48 uur alvorens
de katheter te vervangen. Inbrengen dient zo mogelijk te geschieden
aan de tegenoverliggende kant van de oorspronkelijke
katheteruitgangsplaats.
Waarschuwing: Alleen een arts die vertrouwd is met de toepasselijke
technieken mag de volgende procedures proberen.
Opgelet: Altijd het ziekenhuis- of centrumprotocol, mogelijke complicaties
en de behandeling ervan, waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
doornemen alvorens de katheter te verwijderen.
1.
Palpeer de uitgangstunnel van de katheter om de manchet te vinden.
2.
Breng een voldoende hoeveelheid plaatselijk verdovingsmiddel aan
op de uitgangsplaats en het gebied waar de manchet is om het hele
gebied volledig te verdoven.
3.
Knip de hechtingen van de hechtvleugel door. Volg het ziekenhuisprotocol
voor het verwijderen van hechtingen uit de huid.
4.
Maak een incisie van 2 cm boven de manchet, parellel aan de katheter.
KATHETERPRESTATIE
VERWIJDEREN VAN DE KATHETER
-135-