U moet het rijden onmiddellijk stopzetten als u ongewone reacties van het voertuig op de commando's van de
zender registreert of als het voertuig niet meer reageert. Dit gedrag kan door te zwakke aandrijfaccu's, zwakke
batterijen/accu's in de zender of een te grote afstand tussen voertuig en zender worden veroorzaakt.
Ook storingen op het gebruikte zendkanaal (bijv. draadloze transmissies door andere apparaten, Bluetooth
WLAN) of ongunstige zend-/ontvangstvoorwaarden kunnen een oorzaak zijn voor buitengewone reacties van
het voertuig.
Als de aandrijfaccu's leeg zijn, wacht dan ten minste 5 - 10 minuten, totdat de motor en de snelheidsregelaar
voldoende zijn afgekoeld. Start pas daarna een nieuwe rit met volle rij-accu's.
De volgende afbeeldingen dienen alleen ter illustratie van de functies. Deze hoeven niet met de uitvoering
van de meegeleverde zender overeen te komen.
U kunt de gashendel gebruiken om vooruit en achteruit te rijden en de motorrem als volgt te bedienen:
– Gashendel loslaten (neutrale stand), voertuig rolt uit resp. beweegt niet (evt. trimregelaar voor de aandrijf-
functie op de zender corrigeren)
– Vooruitrijden, trek de gashendel langzaam in de richting van de handgreep
– Vooruitrijden en dan remmen (het voertuig vertraagt; het rolt niet langzaam uit), de gashendel zonder onder-
breking van de greep wegtrekken
– Vooruitrijden, remmen en dan achteruitrijden: De gashendel zonder onderbreking van de greep wegtrekken
(remmen); als het voertuig tot stilstand komt de gashendel kort (ong. 1 seconde) in neutraal zetten, dan gas-
hendel van de greep wegtrekken (het voertuig rijdt nu achteruit)
Vooruitrijden
148
Remmen
Als het voertuig stilstaat,
(motorrem)
even wachten
(1 Seconde)
,
®
Achteruitrijden