Reely Deathwatcher XL Bedienungsanleitung Seite 152

Om de instelmodus te verlaten en de programmering op te slaan, schakelt u de snelheidsregelaar uit (druk ong.
1 seconde op de aan-/uitschakelaar (A), de LED in de knop gaat uit). Als u daarna de snelheidsregelaar weer
aanzet is deze met de nieuw ingestelde waarden klaar om gebruikt te worden.
Als een andere instelling gewijzigd moet worden, ga dan opnieuw te werk zoals hierboven beschreven (houd
setupknop (B) ingedrukt en schakel de snelheidsregelaar in, enz.)
Beschrijving van de instelfuncties:
Functie #1, groene LED knippert 1x kort: Aandrijffunctie
De snelheidsregelaar kan hier worden omgeschakeld tussen de drie aandrijffuncties "Vooruit/rem", "Vooruit/rem/
achteruit" en "Vooruit/achteruit".
Door de instelling "Vooruit/rem" wordt het achteruitrijden uitgeschakeld, iets wat vaak bij wedstrijden vaak ver-
langd wordt.
Opgelet!
De instelling "Vooruit/achteruit" mag bij dit voertuig niet worden gebruikt. Het is alleen bedoeld voor z.g.
rupsvoertuigen. Als u de instelling op het voertuig gebruikt, kan dit leiden tot transmissiebeschadiging
wanneer het voertuig van richting verandert, hierdoor vervalt de garantie!
Functie #2, groene LED knippert 2x kort: Remmen op de motor
Als u op de zender gas mindert dan wel de gashendel op de zender in de neutraalstand zet, dan mindert het
voertuig vanzelf snelheid. Dit is exact hetzelfde als remmen op de motor in een "echte" auto als het gaspedaal
losgelaten wordt zonder het rempedaal in te drukken.
Bovendien komt dit overeen met de remfunctie van een conventionele elektromotor (een borstelloze motor be-
schikt niet over sterke magneten die de rotor afremmen).
Bij de 0%-instelling is de motorrem uitgeschakeld, 100% is de maximum instelling.
Functie #3, groene LED knippert 3x kort: Onderspanningsbeveiliging
Als er LiPo-aandrijfaccu's worden gebruikt, let er dan op dat de onderspanningsbeveiliging wordt geactiveerd (wij
bevelen LiPo-aandrijfaccu's 3,2 V/cel aan). Wanneer een Lithium-accu zonder onderspanningsbeveiliging wordt
gebruikt, dan wordt de batterij door diepontlading permanent onbruikbaar!
Als de snelheidsregelaar een spanning meet die lager is dan 19,2 V bij gebruik van twee 3-cellige aandrijfaccu's
en een uitschakelspanning van 3,2 V (6 cellen x 3,2 V), dan schakelt deze de motor uit om diepe ontlading te
voorkomen.
Wordt een NiMH-aandrijfaccu gebruikt, dan moet u de onderspanningsbeveiliging uitzetten. Als alternatief stelt u
de onderspanningsbeveiliging op 2,6 V/cel.
Functie #4, groene LED knippert 4x kort: Startmodus bij het beginnen met rijden
Afhankelijk van de instelling wordt er dan met meer of minder kracht gestart bij het rijden. Hoe hoger de ingestelde
waarde, hoe meer stroom de motor aan de accu onttrekt en hoe hoogwaardiger de accu moet zijn.
Een hogere ingestelde waarde moet daarnaast alleen voor rijden op een rulle ondergrond worden gebruikt omdat
anders de aandrijving (aandrijving, differentiëlen) overbelast kan worden.
Functie #5, groene LED knippert 1x lang: Maximale remkracht
De snelheidsregelaar levert afhankelijk van de stand van de gashendel van de zender een proportioneel remver-
mogen. De maximale remkracht bij volledige uitslag is instelbaar tussen 25%, 50%, 75% en 100% en kan ook
worden uitgeschakeld.
Het instellen van een hogere waarde (bijv. 100 %) verkort de remweg maar heeft een negatieve invloed op de
levensduur van de aandrijving (in het bijzonder op het motortandwiel en het hoofdtandwiel).
152