Nederlands
VentStar Helix verwarmd (N) Plus (MP02608)
O
F
R
Q
D
L
O
I
A
B
C
M
J
P
D
O
F
Q
L
I
R
M
C
J
G
H
MR850
P
Het beademingscircuit bestaat uit:
A Aansluiting apparaatzijde inspiratoire slang
B Verbindingsslang naar bevochtigerkamer (blauw)
C Verwarmde inspiratoire slang (blauw)
D Y-stuk (aansluiting patiëntzijde)
E Verwarmde expiratoire slang (wit)
F
Aansluiting apparaatzijde expiratoire slang
G Bevochtigerkamer voor neonaten (VentStar Neo) met blauwe vlotter
voor automatische afsluiting van de watertoevoer
H Indicator voor het maximale waterniveau
I
Temperatuursensor patiëntzijde
J
Temperatuursensor bevochtigerzijde
K Toevoerreservoir (geen onderdeel van het beademingscircuit)
L
Inspiratoire slangverlengstuk voor gebruik in de couveuse
(blauw, voorgemonteerd)
M Aansluiting voor verwarming inspiratoire slang
N Aansluiting voor verwarming expiratoire slang
O Dubbele aansluiting apparaatzijde (MP02655) voor het aansluiten
van beademingsapparatuur (niet inbegrepen bij MP02650 en
MP02608)
Indien de MP02650 of de MP02608 wordt gebruikt, moet behalve
voor Babylog apparatuur deze aansluiting worden gebruikt voor alle
in combinatie met dit medische product te gebruiken
beademingsapparatuur van Dräger.
P Aansluiting voor inspiratoire slang (voor het aansluiten van de
temperatuursensor aan de bevochtigerzijde)
Q Expiratoire slang met vochtvanger
R Vochtvanger
24
Bij gebruik in combinatie met de medicamentenvernevelaar van Dräger
dient de softconnector N zoals weergegeven in de afbeelding te worden
gebruikt:
D
S
K
S Softconnector N (MP03826)
T
Medicamentenvernevelaar (bijv. 8411030)
U Inspiratie
V Expiratie
Voorbereiden en installeren
Installeer het beademingscircuit voor éénmalig gebruik MP02650 of
MP02608 overeenkomstig de afbeelding in het hoofdstuk "Overzicht".
–
Voorgemonteerde producten hebben een kleurcodering
–
Inspiratie heeft de kleur blauw (A, B, C, L)
–
Expiratie heeft de kleur wit/transparant (E, Q)
–
Pak de bevochtigerkamer (G) en rol de watertoevoerleiding af
–
Schuif de bevochtigerkamer (G) op de verwarmingsplaat
–
Sluit de toevoerlijn (K) aan op een steriele waterbron
–
Sluit de korte blauwe slang (B) aan op de inspiratieaansluiting (A) van
het beademingsapparaat en sluit het andere uiteinde van de slang
aan op de bevochtigerkamer
–
Sluit de blauwe inspiratieslang (C) aan op de tweede opening van de
bevochtigerkamer
–
Sluit de mof van de witte/transparante expiratieslang (Q, E) aan op
de expiratieaansluiting van het beademingsapparaat
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Let er bij het installeren van het beademingscircuit op dat de
inspiratoire en de expiratoire slang niet worden verwisselt. Neem
de afbeelding in het hoofdstuk "Overzicht" in acht: De
temperatuursensors bevinden zich in het inspiratoire deel.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
G
Plaats het beademingscircuit tijdens de installatie zodanig, dat
men hier niet over kan struikelen of erop kan trappen.
MR850
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Installeer het beademingscircuit zonder lussen en knikken. Dit
kan namelijk tot gevolg hebben dat de ademweerstand toeneemt.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Vernevel alleen medicamenten op waterbasis.
O
K
WAARSCHUWING
A
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Gebruik uitsluitend steriel gedistilleerd water. Het gebruik van
andere stoffen kan schadelijk zijn voor de patiënt.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Als de bevochtigerkamer te hoog in het beademingscircuit wordt
aangebracht, kan er water in de beademingsslangen geraken.
B
De bevochtigerkamer moet lager dan de patiënt worden
gepositioneerd.
WAARSCHUWING
Kans op verhoogde gastemperatuur
Temperatuurregeling door het apparaat is niet mogelijk als de
temperatuursensor niet goed is bevestigd.
Steek beide temperatuursensors helemaal tot aan de aanslag in
de aansluiting zodat een goede aansluiting op het
beademingscircuit is gewaarborgd.
LET OP
Risico van verminderde bevochtiging
Bij gebruik in combinatie met couveuses moet de temperatuursensor
aan de patiëntzijde buiten de couveuse worden gemonteerd.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Filters mogen niet zijn aangesloten op de patiëntzijde (bijv. het Y-
stuk) van het beademingscircuit.
Sluit filters alleen aan op het inspiratie- of expiratieventiel van het
beademingsapparaat en bewaak de drukopbouw.
WAARSCHUWING
Brandgevaar
Klem de beademingsslangen van een dubbel verwarmd
beademingscircuit niet samen.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Het blootstellen van een prematuur aan verhoogde concentraties
V
zuurstof kan leiden tot retrolentale fibroplasie
(prematurenretinopathie).
Gebruik
U
LET OP
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
T
Te hoge of te lage omgevingstemperaturen kunnen tot een verhoogde
vochtophoping leiden of de bevochtigingsprestaties kunnen afnemen.
Gebruik het product niet buiten het aangegeven
omgevingstemperatuurbereik.
LET OP
Risico van verhoogde lekkage
Verzeker u ervan dat alle aansluitingen goed vastzitten en lekvrij zijn.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Voer op het hoofdapparaat, na de volledige installatie van het
beademingscircuit (slang, filter etc.) en vóór gebruik bij de
patiënt, een zelftest en een lekkagetest uit.
WAARSCHUWING
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Een Luer Lock-aansluiting mag uitsluitend worden gebruikt voor
de gasbewaking. Elk ander gebruik van de Luer Lock-aansluiting
kan de patiënt in gevaar brengen.
LET OP
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Als zich te veel condens verzamelt, kan dit een volledige of
gedeeltelijke blokkering van het beademingscircuit tot gevolg hebben.
Het beademingscircuit moet regelmatig worden gecontroleerd op
condens en, indien nodig, worden geleegd.
LET OP
Risico van lichamelijk letsel bij de patiënt
Het gebruik van beademingscircuits met aanvullende of niet-
compatibele componenten, zoals filters en slangverlengstukken, kan
de inspiratoire en expiratoire ademweerstand aanmerkelijk verhogen,
waardoor de normen kunnen worden overschreden. De
beademingsprestaties kunnen nadelig worden beïnvloed.
Indien dergelijke configuraties worden gebruikt, zorg dan voor een
geschikte patiëntbewaking en besteed speciale aandacht aan de
gemeten waarden.
LET OP
Risico van huidirritatie
Vermijd langdurig en direct contact van het verwarmde
beademingscircuit met de huid van de patiënt.
WAARSCHUWING
Verbrandingsgevaar
Bedek het verwarmde beademingscircuit niet met beddengoed,
handdoeken of vergelijkbare ontvlambare voorwerpen.
OPMERKING
Bij het gebruik in ruimtes met airconditioning mag het
beademingscircuit niet direct naast de uitstroomopeningen van
airconditioning-apparaten worden geplaatst.
Vermijd tocht.
Veiligheidsinformatie voor VentStar Helix dubbel verwarmd (N) Plus
(MP02650)
WAARSCHUWING
Verbrandingsgevaar
Als de temperatuur in de couveuse hoger is dan 37,5 °C (99,5 °F)
en er wordt een dubbel verwarmd beademingscircuit (MP02650)
gebruikt, moet er een onverwarmd slangverlengstuk (wit,
MP02699) worden gebruikt in het expiratoire deel van het
beademingscircuit. Zonder het slangverlengstuk kan het
oppervlak van het beademingscircuit te heet worden.
Als de temperatuur in de couveuse hoger is dan 37,5 °C (99,5 °F),
gebruik dan het expiratoire slangverlengstuk (wit, MP02699) zoals
weergegeven in de afbeelding:
D
W Expiratoire slangverlengstuk (wit, MP02699) voor gebruik in
combinatie met een dubbel verwarmd beademingscircuit (MP02650)
als de temperatuur in de couveuse hoger is dan 37,5 °C (99,5 °F)
Plaats het expiratoire slangverlengstuk (W, wit) tussen het Y-stuk (D) en
de verwarmde expiratoire slang (E, wit) in de expiratie (V). Het
inspiratoire slangverlengstuk (L, blauw) en de verwarmde inspiratoire
slang (C, blauw) blijven ongewijzigd.
Gebruiksaanwijzing VentStar Helix verwarmd (N) / VentStar Helix dubbel verwarmd (N)
W
E
V
U
L
C