Tuning Für Fortgeschrittene - Reely Cougar 4.1 Limited Edition Bedienungsanleitung

6 S -U
ET P
6.6 T F
UNING FÜR ORTGESCHRITTENE
E D
INSTELLEN DER IFFERENZIALE
Die Differenziale des „COUGAR 4.1" sind mit Fett gefüllt. Die Viskosität des Fettes bewirkt eine Sperrung des Differenzials, die für die meisten
Gelände und Einsätze geeignet ist. Durch den Austausch des Fettes gegen hochviskoses Silikon-Differenzialöl kann die Sperrwirkung verändert wer-
den. Je höher die Viskosität, desto höher die Sperrwirkung.
- Wenn das Modell unter Last in der Kurve ausbricht, können Sie das hintere Differenzial lösen bzw. das vordere sperren.
- Wenn das Modell unter Last untersteuert, sperren Sie das hintere, bzw. lösen Sie das vordere Differenzial.
Sie können zwischen Silikonöl der Viskosität XR 1.000 (geringe Sperrwirkung) bis XR 50.000 (hohe Sperrwirkung) wählen.
A !
Wir empfehlen den Austausch des Getriebefettes nur dem erfahrenen Modellpiloten, der sein Modell beherrscht und der
CHTUNG
über ausreichende technische Kenntnisse verfügt, die zum Ausbau und zur Demontage der Differenziale nötig sind.
E V H
INSTELLEN DER ORSPUR DER INTERRÄDER
Zum Einstellen einer Vorspur der Hinterräder muss der Vorspurblock ausgetauscht werden.
- Dazu ziehen Sie die E-Ringe von den Achsen der unteren Querlenker.
Wenn Sie den Vorspurblock durch einen anderen mit größerem Lochabstand ersetzen, stehen
die Querlenkerachsen nicht mehr parallel zur Fahrzeuglängsachse, sondern in einem Winkel
dazu. Entsprechend ändert sich auch der Spurwinkel der Hinterräder.
M T
ECHANISCHE IEFERLEGUNG
Für die Tieferlegung des Chassis besteht auch die Möglichkeit einer mechanischen Begrenzung
des Ausfederweges.
Dazu kann jeweils eine Schraube von oben in die unteren Querlenker eingedreht werden, die
sich gegen das Chassis abstützt.
Q
UERSTABILISATOREN
Um die Seitenneigung (Rollneigung) des Fahrzeuges bei Kurvenfahrten zu verringern, ist das
Modell mit einem Querstabilisator hinten ausgestattet, ein Querstabilisator vorne kann nach-
gerüstet werden. Ein Querstabilisator besteht aus einem U-förmig gebogenen Federstahldraht,
der an den Enden über Kugelköpfe mit jeweils einem unteren Querlenker verbunden wird.
Zu diesem Zweck sind zwei Anlenkpunkte für die Kugelköpfe vorgesehen (a). Mittig wird der
Drahtbügel drehbar auf dem Differenzialgehäuse befestigt. Die Bohrungen für die Halterung
sind ebenfalls bereits vorgesehen (b).Beim Einfedern eines Rades wird so das andere Rad
dieser Achse über den Bügel mit eingefedert. Der Querstabilisator unterstützt zudem die
Wirkung der Öldruck-Stoßdämpfer besonders beim Ausfedern des Rades, da die Rückstellkraft
des Drahtbügels das Ausfedern des Stoßdämpfers (gegen die Reibung im Kolben) unterstützt.
Damit wird der Bodenkontakt des Rades in jeder Situation sichergestellt.
A -E
CKERMANN FFEKT
Zur Einstellung der Progressivität des Lenkeinschlages am kurveninneren Rad (Ackermann-
Winkel) lassen sich die Spurstangen sowohl in den Lenkhebeln als auch an der Lenkplatte in
andere Anlenkpunkte umsetzen.
D
ÄMPFUNG
Zur weiteren Optimierung der Dämpfungseigenschaften bieten wir Ihnen in unserem Zubehör Silikonöl für die Stoßdämpfer in unterschiedlichen
Viskositäten an!
Weiterhin finden Sie Tuningfedern unterschiedlicher Härte in unserem Programm.
26
Bedienungsanleitung 4WD Stadium Buggy Chassis COUGAR 4.1 No. 23 50 63 / 23 49 68
4 V
OORBEREIDINGEN
4.1
L ,
EVERINGSOMVANG BENODIGDE ONDERDELEN
L
EVERINGSOMVANG
Een chassis
-
- 4,1 cc tweetakt gloeiplugmotor met 1,84 kW (2,5 PK),
met spruitstuk, resonantiepijp en luchtfilter
- Koppelingsklok met aluminium koppelingsblokken
- Brandstofslangen, reeds geïnstalleerd
- Vier wielen met kunststof velgen en
reeds gemonteerde banden
- Stadium Buggy carrosserie, bedrukt
- Stickervel
- Splitpennen voor de bevestiging van de carrosserie
- Een kunststof buisje als geleiding voor de antennedraad,
Veervoorspannerset
- Deze montage- en gebruiksaanwijzing
COUGAR RTR:
- Een tweekanaals radiogestuurde afstandsbediening
(pistoolzender)
- Stuurservo, gas/remservo en ontvanger,
reeds gemonteerd
R
ESERVEONDERDELEN
De lijst met reserveonderdelen vindt u op onze website www.conrad.com bij de downloads voor het betreffende product. U kunt de
lijst met reserveonderdelen ook telefonisch bestellen. De contactgegevens vindt u in het hoofdstuk "Inleiding" in het begin van deze
gebruiksaanwijzing.
A
ANBEVELINGEN VOOR DE ACCESSOIRES
Welke brandstof is de juiste?
Met de keuze van de brandstof heeft u een grote invloed op de ontwikkeling van het vermogen van de motor.
Principieel geldt:
- In de inloopfase moet u speciale brandstof voor RC-Cars met ca 16% nitromethaan gebruiken.
- Nadat de motor volgens de voorschriften ingelopen is (na een zuivere looptijd van ca. 45 minuten), kunt u overgaan naar een brandstof met ca.
20% nitromethaan.
- Voor hoogste prestaties raden wij maximaal 25% nitromethaan aan.
Gebruik enkel brandstof voor RC-Cars! Brandstof voor RC-vliegtuigmotoren heeft te weinig olie (te weinig smering). Dit kan oververhitting
van de motor en als gevolg daarvan zware schade tot gevolg hebben.
Hetzelfde geldt voor benzine voor gewone auto´s.
Waarom een tankfles?
Modelbrandstof voor RC-Cars is enkel in grote reservoirs verkrijgbaar. Het vullen van de tank is veel gemakkelijker als u een speciale kleinere tankfles
met een dun gebogen gietbuisje gebruikt. Zo wordt vermeden dat de (dure en giftige) brandstof gemorst wordt.
Zijn er verdere gloeipluggen nodig?
Gloeipluggen verslijten (vooral in de inloopfase). Wij raden daarom aan om steeds enkele gloeipluggen ter vervanging paraat te houden.
Er bestaan gloeipluggen met verschillende warmtewaarden. De keuze van een gloeiplug heeft een grote invloed op de rijprestaties.
Voor de inloopfase moet u een „warme" gloeiplug voor hoogrendementmotoren gebruiken.
Na het inrijden kunt u naar een gloeiplug met een gemiddelde of „koude" warmtewaarde overschakelen.
Gebruik enkel gloeipluggen voor RC-Cars! Een verkeerde gloeiplug (zoals bv. voor viertakt vliegtuigmotoren) zal de motor verkeerd
doen draaien en zal de afstelling bemoeilijken.
Gloeiplug voorgloeien
Hiervoor heeft u een zeer lange plugsleutel (kruissleutel SW 8, 9, 10 en 12) nodig die ook gebruikt kan worden voor het losdraaien van inbusbouten.
Gloeiplug ontsteken
Een plugstekker (lang) met startaccu of een plugstekker met gloeiaccu als eenheid wordt op de gloeiplug gestoken en verhit deze zodat het lucht/
brandstofmengsel ontsteekt en de motor start. Als de motor goed draait, kan de plugstekker weggenomen worden.
© REELY 01/08
B
ENODIGDE ACCESSOIRES
Niet meegeleverd:
- 12 Accu's voor de zender en de ontvanger
Bougie en
-
Plugsleutel
-
Bougiestekker met gloeiaccu als eenheid en
-
- Oplader
Tankfles
-
Ook beschikbaar als volledige set
Nitrobox II verbrander nr. 23 07 99
incl. transportbox
- Acculader (220V) voor de accu´s of
Snellader voor het aansluiten van een 12V auto-accu
- Modelbrandstof op methanol/oliebasis,
met ten minste 5% - 10% nitromethaan
107