Werbung
4
INSTALLATIE VAN DE HAAKARM OP HET CHASSIS
4.1
Controlelijst vóór de installatie
I.
Zorg dat u de richtlijnen voor de carrosseriebouw van de truckfabrikant kent.
II.
Verzeker dat het chassis van het voertuig overdwars vlak is.
a.
Zorg dat het op een vlakke ondergrond staat
b.
Controleer de uitlijning van de vering.
Belangrijk:
Monteer een boutbare haakarm niet op een chassis dat niet vlak is.
III.
Verwijder alle items die zich bovenop het truckchassis bevinden (reservewielen, tijdelijke
spatborden enz.)
IV.
Maak de bovenkant van het chassis en de onderkant van de haakarm schoon.
a.
Als de haakarm geleverd wordt met primer, lak dan de onderkant van de haakarm met
carrosserieverf.
4.2
Positionering van de boutbare haakarm
1.
Gebruik uw carrosserietekening om de juiste posities en afmetingen te bepalen.
2.
Verkort de overhang aan de achterkant van uw truckchassis tot de juiste lengte
3.
Monteer de volgende verwijderde onderdelen weer terug nadat de chassislengte is verkort:
a.
de trekstang
b.
de aanhangerkoppeling
4.
Alleen van toepassing met onderframeverlengingen: Snijd het onderframe af op de juiste
lengte, gebruik het einde van de frame-uitsparing zoals hieronder afgebeeld op afb. 4.1.
AFSCHUINING NA AFSNIJDEN
Wijzigingen mogelijk zonder
voorafgaande kennisgeving
TITAN HAAKLADER
INSTALLATIEHANDLEIDING
R5 (3x)
MET MAL
CONTOUR ONDERFRAME NA AFSNIJDEN
Afbeelding 4.1 Vorm van afgesneden frame-einde
16
OH-NL HKL-0002 / 25-05-2020 / RV AB
UK
DE
FR
NL
ES
IT
PT
PL
CS
HU
NO
FI
DK
RO
RU
SK
SE
Werbung
