De Instellingsassistent - Wilo -Stratos GIGA2.0-I Einbau- Und Betriebsanleitung

11.3

De instellingsassistent

Instellingen
Regelbedrijf instellen
Instellingsassistent, gewenste waarden, opti...
Handbediening
Handmatige dwangsturing
Dubbelpompbedrijf
Dubbelpomp instellen
Externe interfaces
Analoog, digitaal, SSM, SBM ...
Fig. 38: Instelmenu
Toepassing
Verwarmen
Koelen
Verwarmen en koelen
Drinkwater
Basisregelingstypen
Fig. 39: Toepassingsselectie
Toepassing
Verwarmen
Koelen
Verwarmen en koelen
Drinkwater
Basisregelingsmodi
Fig. 40: Voorbeeld toepassing „Verwarmen"
Type installatie
Radiator
Vloerverwarming
Plafondverwarming
Luchtverwarmers
Betonkernverwarming
Open verdeler
Fig. 41: Voorbeeld installatietype „Radiator"
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D • Ed.02/2022-07
Met de instellingsassistent is het niet noodzakelijk om de passende regelingsmodus en de
extra optie voor de betreffende toepassing te kennen.
Menu voor de instelling van de
regelfuncties.
De instellingsassistent maakt de selectie van de passende regelingsmodus en de extra optie
mogelijk via de toepassing.
Ook de directe selectie van een basisregelingsmodus gebeurt via de instellingsassistent.
Selectie via de toepassing
Kies in het menu
Menu voor de instelling van de
pompfuncties.
1. „Regelbedrijf instellen"
2. „Instellingsassistent"
Mogelijke toepassingsselectie:
Als voorbeeld dient de toepassing „Verwarmen".
Door draaien van de bedieningsknop de toepassing „Verwarmen" kiezen en door drukken
bevestigen.
De pomp wordt gebruikt voor
de
warmtevoorziening
.
Afhankelijk van de toepassingen zijn verschillende installatietypen ter beschikking.
Voor de toepassing „Verwarmen" zijn dat de volgende installatietypen:
Installatietypen voor toepassing Verwarmen
‣ Radiator
Instellingshulp
‣ Vloerverwarming
‣ Plafondverwarming
‣ Luchtverwarmers
‣ Betonkernverwarming
‣ Open verdeler
‣ Verdeler zonder verschildruk
‣ Voorraadbuffereind verwarming
‣ Warmtewisselaar
‣ Warmtebroncircuit (warmtepomp)
‣ Warmtedistributiecircuit
‣ Basisregelingsmodi
Tab. 19: Selectie installatietype voor toepassing Verwarmen
Voorbeeld: installatietype „Radiator".
Door draaien van de bedieningsknop installatietype „Radiator" kiezen en door drukken be-
vestigen.
De pomp levert aan
radiatoren.
Afhankelijk van het installatietype zijn verschillende regelingsmodi ter beschikking.
Voor het installatietype „Verwarmingselement" in de toepassing „Verwarmen" zijn dat de
volgende regelingsmodi:
Regelingsmodus
Instellingshulp
‣ Verschildruk ∆p-v
‣ Dynamic Adapt plus
‣ Loodstemperatuur T-const
Tab. 20: Selectie regelingsmodus voor installatietype Radiator bij de toepassing Verwarmen
Voorbeeld: Regelingsmodus „Dynamic Adapt plus"
„Instellingen" achtereenvolgens:
nl
409