3.5. Permanente voedingsmodus
De elektrische voeding van de controleur ADC 2100 wordt verzorgd door de startaccu van de motor van het stroomaggregaat. Een
geleider aan de achterkant van de controleur maakt het mogelijk dat deze permanent elektrisch gevoed wordt. Alle controleurs worden
met de geleider in de stand geleverd om deze permanente voeding mogelijk te maken.
Opmerking: De modellen stroomaggregaten RES 9.5 en RES 13 zijn in de fabriek uitgerust met een acculader om te voorkomen dat
de accu niet ontlaadt.
Met het verwijderen van de geleider wordt de controleur 48 uur na het stoppen van het stroomaggregaat automatisch zonder spanning
gezet, op voorwaarde dat de hoofdschakelaar van het aggregaat op "AUTO" staat. De controleur kan onder spanning gebracht worden
door een startsignaal op afstand (gestuurd door een doorschakelschakelaar of een aparte start/stop schakelaar op afstand verbonden
met de draden 3 en 4 van de controleur), of door de hoofdschakelaar van het stroomaggregaat op "RUN" te zetten.
Voor het, indien nodig verwijderen van de geleider, raadpleeg een erkende distributeur/dealer.
4. Geprogrammeerd onderhoud
Blokkeer het stroomaggregaat.
Levensgevaar of gevaar van ernstige verwonding door accidentele start.
Waarschuwing
Voordat u werkzaamheden aan het stroomaggregaat of de aangesloten uitrusting begint, blokkeert u het aggregaat als volgt:
(1) Zet de hoofdschakelaar op "OFF".
(2) Isoleer de acculader van zijn elektrische voeding.
(3) Maak de accukabels los, de negatieve (-) als eerste. Om de accu weer vast te maken, maakt u als laatste de negatieve (-) kabel
vast. Houd u aan deze procedure om elk voortijdig starten van het stroomaggregaat te voorkomen, door het gebruik van de schakelaar
van een automatische doorschakeling, een aan/uit schakelaar op afstand, of een startcommando van de motor verstuurd door een
computer op afstand.
Raadpleeg het onderhoudsprogramma hieronder en controleer de bedrijfsuren die aangegeven zijn door de controleur ADC 2100 om
het periodiek onderhoud te plannen. Laat het onderhoud van het stroomaggregaat uitvoeren door een erkende agent, met door het
onderhoudsprogramma voorgeschreven intervallen, over de gehele serviceduur van het aggregaat. Voor aggregaten die aan strenge
klimatologische omstandigheden worden blootgesteld of in stoffige omgevingen of met een langdurige werking, moet u de
onderhoudsintervallen verkleinen.
Neem contact met een erkende agent voor de onderdelen.
37 / 47