Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Oneigenlijk Gebruik; Standaard-Accessoires; Accessoires Op Aanvraag; Andere Technische Gegevens - Telwin MasterMIG 405i Bedienungsanleitung

Professionelle schweißmaschinen mig-mag, tig (dc), mma mit invertertechnik
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 24
MOETEN vooraf geëvalueerd worden door een "Verantwoordelijke expert" en
altijd uitgevoerd worden in aanwezigheid van andere personen die opgeleid zijn
voor ingrepen in noodgeval.
De technische beschermingsmiddelen beschreven in 7.10; A.8; A.10 van de norm
"EN 60974-9: Apparatuur voor booglassen. Deel 9: Installatie en gebruik" MOETEN
gebruikt worden.
- Het lassen MOET verboden zijn terwijl de lasmachine of de draadvoeder
ondersteund wordt door de operator (vb. middels riemen).
- Het lassen MOET verboden zijn met een operator die van de grond opgeheven staat,
behoudens het eventueel gebruik van een veiligheidsplatform.
- SPANNING TUSSEN ELEKTRODENHOUDER OF TOORTSEN: wanneer men werkt met
meerdere lasmachines op een enkel stuk of op meerdere elektrisch verbonden
stukken, kan er een gevaarlijke som van nullastspanningen tussen twee
verschillende elektrodenhouders of toortsen gegenereerd worden, aan een waarde
die het dubbel van de toegelaten limiet kan bereiken.
Het is noodzakelijk dat een ervaren coördinator de instrumentmeting
uitvoert om te bepalen of er een risico bestaat, zodanig dat hij de geschikte
beschermingsmaatregelen kan treffen zoals wordt aangeduid in 7.9 van de norm
"EN 60974-9: Apparatuur voor booglassen. Deel 9: Installatie en gebruik".
- Het lasapparaat mag door slechts één bediener worden gebruikt.
- De bediener moet de kabel met de elektrodehouderklem loskoppelen van de
machine wanneer het MMA-lassen is voltooid.
- Het gebied rondom het lasapparaat moet verboden zijn voor derden. Bovendien
mag het nooit onbewaakt worden achtergelaten.
- Toortsen die niet worden gebruikt, moeten in hun houder worden teruggeplaatst.
RESIDU RISICO'S
- OMKANTELING: de lasmachine op een horizontaal oppervlak plaatsen met een
adequaat draagvermogen voor de massa; zoniet (vb. hellende, oneffen bevloeringen
enz...) bestaat het gevaar van omkanteling.
- Het is verboden om het samenstel van de wagen met het lasapparaat, draadtoevoer
en koelgroep (indien aanwezig) te heffen.
- ONEIGENLIJK GEBRUIK: het gebruik van de lasmachine is gevaarlijk voor gelijk
welke bewerking die verschilt van diegene die voorzien zijn (vb. ontvriezen van
buizen van de waterleiding).
- GEVAAR VOOR BRANDWONDEN
Sommige delen van het lasapparaat (toorts, elektrodehouder) en omringende
gebieden kunnen temperaturen van hoger dan 65°C bereiken: er moet geschikte
beschermende kleding worden gedragen.
Laat het zojuist gelaste werkstuk eerst afkoelen voordat u het aanraakt!
- ONEIGENLIJK GEBRUIK: het is gevaarlijk om het lasapparaat door meer dan één
bediener tegelijk te laten gebruiken.
- VERPLAATSING VAN HET LASAPPARAAT: bevestig de gasfles altijd met geschikte
middelen om te voorkomen dat deze kan vallen (indien gebruikt).
- De handgreep mag niet worden gebruikt om het lasapparaat aan op te hangen.
De beschermingen en de mobiele gedeelten van het omhulsel van de lasmachine
en van de draadvoeder moeten in hun stand staan voordat de lasmachine wordt
verbonden met het voedingsnet.
OPGELET! Gelijk welke manuele ingreep op gedeelten in beweging van de
draadvoeder, bijvoorbeeld:
- Vervanging rollen en/of draadgeleiders;
- Invoer van de draad in de rollen;
- Lading van de draadspoel;
- Schoonmaak van de rollen, van de raderwerken en van de eronder staande zone;
- Smering van de raderwerken.
MOET UITGEVOERD WORDEN MET EEN UITGESCHAKELDE LASMACHINE DIE
LOSGEKOPPELD IS VAN HET VOEDINGSNET.
OMGEVINGSOMSTANDIGHEDEN (EN 60974-1)
- Gebruik het lasapparaat alleen bij de volgende omgevingsomstandigheden:
• omgevingstemperatuur tussen -10°C en 40°C;
• relatieve luchtvochtigheid niet hoger dan 50% bij 40°C;
• relatieve luchtvochtigheid niet hoger dan 90% bij 20°C;
• De omgevingslucht moet vrij zijn van stof, zuren, gassen of bijtende stoffen, enz.
OPSLAG
- Plaats de machine en de bijbehorende accessoires (met of zonder verpakking) in
een gesloten ruimte.
- De omgevingstemperatuur moet tussen -20°C en 55°C zijn.
Als de machine een koeleenheid met vloeistof heeft en de omgevingstemperatuur
lager is dan 0°C: gebruik de door de producent aanbevolen antivriesvloeistof of maak
het hydraulische circuit en de vloeistoftank helemaal leeg.
Tref altijd de juiste voorzorgsmaatregelen om de machine te beschermen tegen
vocht, vuil en corrosie.
VERWIJDERING ALS AFVAL
Gooi dit lasapparaat aan het einde van zijn levensduur niet weg bij het normale
huishoudelijke afval.
Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker om deze elektrische apparatuur af
te geven bij de aangewezen inzamelpunten voor het verwijderen en recyclen van
elektrisch materiaal of om contact op te nemen met de winkel waar het product is
gekocht. Deze bepaling heeft alleen betrekking op de verwijdering van apparatuur
op het grondgebied van de Europese Unie (AEEA).
2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING
Dit lasapparaat is een stroombron voor booglassen, speciaal vervaardigd voor MAG-lassen
van koolstofstaal of laaggelegeerd staal met beschermgas CO
met massieve of holle (buisvormige) draadelektroden.
Verder is het geschikt voor MIG-lassen van roestvrij staal met Argongas +1-2% zuurstof, van
aluminium en CuSi3, CuAI8 (solderen) met Argon-gas, met draadelektroden die geschikt
zijn voor het te lassen werkstuk.
Het lasapparaat kan ook worden gebruikt voor TIG-lassen met gelijkstroom (DC), met start
van de boog bij contact (LIFT ARC modus), van alle staalsoorten (koolstofstaal, laaggelegeerd
en hooggelegeerd staal) en zware metalen (koper, nikkel, titanium en hun legeringen) met
puur (99,9%) Ar beschermgas of, voor bijzondere toepassingen, met mengsels van Argon/
Helium. Het apparaat kan ook worden gebruikt voor MMA-lassen met gelijkstroom (DC) met
beklede elektroden (rutiel, zuur, basisch).
2.1 BELANGRIJKSTE KENMERKEN
MIG-MAG
- Werkingsmodi:
- 2T handmatig;
- 4T handmatig;
- Regelen van de elektronische reactantie (INDUCTANCE), lasspanning en voedingssnelheid
van de draad.
- Weergave op het display van de ingestelde lasspanning.
- Weergave op het display van de ingestelde voedingssnelheid van de draad.
- Weergave op het display van de lasstroom.
MMA
- Regelen van arc-force (DYNAMIC ARC) en lasstroom.
- Weergave op het display van de ingestelde lasstroom.
- Weergave op het display van de lasspanning.
- Anti-stickbeveiliging.
TIG
- Regeling van de lasstroom.
- Weergave op het display van de ingestelde lasstroom.
- Weergave op het display van de lasspanning.
- LIFT-ontsteking.
BEVEILIGINGEN
- Thermostaatbeveiliging.
- Bescherming tegen kortsluiting door contact tussen toorts en massa.
- Bescherming tegen afwijkende spanningen (voedingsspanning te hoog of te laag).

2.2 STANDAARD-ACCESSOIRES

- MIG-toorts
- Retourkabel met aardeklem.
- Ophanghaak voor de toorts.

2.3 ACCESSOIRES OP AANVRAAG

- Adapter Argon-gasfles.
- Automatisch donkerkleurend masker.
- Kit MIG/MAG-lassen.
- Kit MMA-lassen.
- Kit TIG-lassen.
3. TECHNISCHE GEGEVENS
3.1 SERIEPLAATJE
LASAPPARAAT
De belangrijkste gegevens over het gebruik en de prestaties van het lasapparaat staan
aangegeven op het serieplaatje en hebben de volgende betekenis:
1- EUROPESE standaard voor de veiligheid en de constructie van machines voor
2- Naam en adres van de constructeur.
3- Naam van het model.
4- Symbool van de interne constructie van het lasapparaat.
5- Symbool van de gebruikte lasprocedure.
6- Symbool S: geeft aan dat er laswerkzaamheden kunnen worden uitgevoerd in een
7- Symbool van de voedingslijn:
8- Beschermingsgraad van de behuizing.
9- Kenmerkende gegevens van de voedingslijn:
10- Prestaties van het lascircuit:
11- Serienummer voor de identificatie van het lasapparaat (onmisbaar voor technische
12-
13- Symbolen die verwijzen naar veiligheidsnormen. De betekenis hiervan staat
Let op: Het voorbeeld-serieplaatje geeft een indicatie van de betekenis van de symbolen
en de cijfers; de exacte waarden van de technische gegevens van het lasapparaat moeten
direct op het serieplaatje van het lasapparaat zelf worden afgelezen.

3.2 ANDERE TECHNISCHE GEGEVENS

- LASAPPARAAT: zie tabel 1 (TAB. 1)
- GEMIDDELD VERBRUIK VAN LASDRAAD EN -GAS: zie tabel 2 (TAB. 2)
- MIG-TOORTS: zie tabel 3 (TAB. 3)
- TIG-TOORTS: zie tabel 4 (TAB. 4)
- ELEKTRODEHOUDER: zie tabel 5 (TAB. 5)
of mengsels van Argon/CO
2
2
Het gewicht van het lasapparaat en de draadtrekkereenheid staat in tabel 1 (TAB. 1).
- 40 -
booglassen.
omgeving met verhoogd risico voor elektrische schokken (bijv. in de buurt van grote
metalen massa's).
1~ : eenfasige wisselspanning;
3~ : driefasige wisselspanning.
- U
: Wisselspanning en voedingsfrequentie van het lasapparaat (toegestane limieten
1
±10%).
- I
: Maximale stroom die door de lijn wordt verbruikt.
1 max
- I
: Effectieve voedingsstroom.
1 eff
- U
: maximale nullastspanning (lascircuit open).
0
- I
/U
: Stroom en bijbehorende genormaliseerde spanning die door het lasapparaat
2
2
tijdens het lassen kunnen worden afgegeven.
- X : Inschakelduur: geeft de tijd aan waarin het lasapparaat de bijbehorende stroom
kan afgeven (zelfde kolom). Dit wordt uitgedrukt in %, op basis van een cyclus van 10
minuten (bijv. 60% = 6 minuten werk, 4 minuten pauze, enz.).
Als de gebruiksfactoren (nominaal bij 40°C omgeving) worden overschreden, wordt
de thermische beveiliging ingeschakeld (het lasapparaat blijft in stand-by totdat de
temperatuur weer binnen de toegestane limieten is).
- A/V-A/V : Geeft het afstelbereik van de lasstroom aan (minimum- maximum) op de
bijbehorende spanning van de boog.
assistentie, aanvraag van reserveonderdelen, traceren van de productoorsprong).
: Waarde van de zekeringen met vertraagde werking te voorzien voor de
bescherming van de lijn.
aangegeven in hoofdstuk 1 "Algemene veiligheid voor booglassen".
Fig. A

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Mastermig 275iMastermig 305i

Inhaltsverzeichnis