Dubbelpompinstallatie/Y-Buisinstallatie - Wilo Yonos GIGA2.0-I Einbau- Und Betriebsanleitung

6.5.2 Condensaatafvoer/isolatie
Fig. 17: Toegestane inbouwposities met hori-
zontale as
6.6 Dubbelpompinstallatie/Y-buisin-
stallatie
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Yonos GIGA2.0-I/-D • Ed.01/2023-03
Gebruik van de pomp in klimaat- of koelinstallaties:
• Het condensaat dat in het lantaarnstuk ontstaat, kan gericht worden afgevoerd via een
aanwezig boorgat. Op deze opening kan ook een afvoerleiding worden aangesloten en
kan een geringe hoeveelheid uittredende vloeistof worden afgevoerd.
• De motoren zijn voorzien van afvoergaten voor het condenswater. Deze zijn af fabriek
met rubberen stoppen afgesloten. De rubberen stop dient om beschermingsklasse IP55 te
waarborgen.
• Om het condenswater te kunnen afvoeren, moet de rubberen stop naar onderen toe wor-
den verwijderd.
• Als de motoras horizontaal staat, moet het condensboorgat naar beneden zijn gericht
(Fig. 17, pos. 2). Eventueel moet de motor worden gedraaid.
VOORZICHTIG
Als de rubberen stop is verwijderd, is beschermingsklasse IP55 niet meer
gegarandeerd!
LET OP
Als installaties worden geïsoleerd, mag alleen het pomphuis worden geïso-
leerd. Het lantaarnstuk, de aandrijving en de verschildruksensor worden
niet geïsoleerd.
LET OP
Het pomphuis, het lantaarnstuk en de aanbouwdelen (bijv. verschildruk-
sensor) moeten tegen ijsvorming van buitenaf worden beveiligd.
Bij zeer sterke condensaatvorming kunnen ook de oppervlakken van het lantaarnstuk waarop
veel condensaat ontstaat, extra worden geïsoleerd (directe isolatie van de afzonderlijke op-
pervlakken). Zorg er hierbij voor dat het condensaat doelgericht door de afvoeropening van
het lantaarnstuk wordt afgevoerd.
In geval van onderhoud mag de demontage van het lantaarnstuk niet worden gehinderd. De
volgende onderdelen moeten permanent vrij toegankelijk zijn:
• Ontluchtingsventiel
• Koppeling
• Koppelingsbeveiliging
De pomp moet worden geïsoleerd met materiaal dat geen ammoniakverbindingen bevat.
Daardoor wordt spanningsscheurcorrosie bij de wartelmoeren van de verschildruksensor
voorkomen. Als dit niet mogelijk is, dient direct contact met de messing schroefverbindingen
te worden vermeden. Hiervoor zijn roestvrijstalen schroefverbindingen als toebehoren be-
schikbaar. Als alternatief kan ook een tegen corrosie beschermende tape (bijv. isolatietape)
worden gebruikt.
Een dubbelpomp kan enerzijds een pomphuis met 2 pompaandrijvingen zijn of anderzijds 2
enkelpompen die in één broekstuk worden gebruikt.
LET OP
Bij dubbelpompen in een dubbelpomphuis is de linkerpomp, gezien in de
stroomrichting, af fabriek geconfigureerd als hoofdpomp. De verschil-
druksensor is op deze pomp gemonteerd. De kabel voor de buscommuni-
catie Wilo Net is af fabriek eveneens op deze pomp gemonteerd en ge-
configureerd.
nl
353