Wilo Yonos GIGA2.0-I Einbau- Und Betriebsanleitung Seite 351

6.5.1 Toegestane krachten en momen-
ten aan de pompflenzen
Fig. 14: Belastingsgeval 16A, EN ISO 5199,
bijlage B
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Yonos GIGA2.0-I/-D • Ed.01/2023-03
• De stroomrichting moet overeenkomen met de pijl op de pompflens.
• De ontluchting van de pomp is optimaal gegarandeerd als het ontluchtingsventiel naar
boven is gericht (Fig. 9, pos. 1). Bij verticale motoras is elke oriëntering toegestaan. Zie
ook het hoofdstuk „Toegestane inbouwposities".
• Lekkages bij de klemringkoppeling (Fig. I, pos. 5/9) kunnen ontstaan door het transport
(bijv. plaatsing) en omgaan met de pomp (draaien van de aandrijving, aanbrengen van
isolatie). Door de klemringkoppeling een kwartslag door te draaien, wordt de lekkage
verholpen.
Fig. 13: Klemringkoppeling een kwartslag doordraaien
Pomp in leiding hangend, geval 16A (Fig. 14)
DN Krachten F [N]
F F F
X Y Z
Druk- en zuigflens
32 450 525 425
40 550 625 500
50 750 825 675
65 925 1050 850
80 1125 1250 1025
100 1500 1675 1350
125 1775 1975 1600
Waarden conform NEN-EN-ISO 5199 – klasse II (2002) – bijlage B
Tab. 7: Toegestane krachten en momenten op de pompflenzen in een verticale leiding
Momenten M [Nm]
Σ Krachten F M M
X Y
825 550 375
975 650 450
1300 700 500
1650 750 550
1975 800 575
2625 875 625
3100 1050 750
nl
M Σ Momenten M
Z
425 800
525 950
575 1025
600 1100
650 1175
725 1300
950 1525
351