Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Dubbelpompgedrag - Wilo Yonos GIGA2.0-I Einbau- Und Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Yonos GIGA2.0-I:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

11.2

Dubbelpompgedrag

Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Yonos GIGA2.0-I/-D • Ed.01/2023-03
Pompwisseling:
Voor een gelijkmatige gebruik van beide pompen bij eenzijdig bedrijf volgt een regelma-
tige automatische wisseling van de gebruikte pomp. Draait er slechts 1 pomp (hoofd-/
reservebedrijf, pieklastbedrijf of nachtverlaging), dan volgt uiterlijk na 24 uur effectieve
looptijd een wisseling van de gebruikte pomp. Op het moment van de wisseling lopen
beide pompen, zodat het bedrijf niet stopt. Een wisseling van de gebruikte pomp kan
ten minste om het uur plaatsvinden en kan in stappen tot maximaal 36 u worden inge-
steld.
LET OP
Ook na het uit- en weer opnieuw inschakelen van de netspanning loopt
de resterende tijd tot de volgende pompvervanging door. De telling be-
gint niet weer van voren af aan!
SSM/ESM (verzamelstoringsmelding/enkelstoringsmelding):
De SSM-functie moet bij voorkeur op de hoofdpomp worden aangesloten. Het SSM-
contact kan als volgt worden geconfigureerd:
Het contact reageert ofwel alleen bij een storing ofwel bij een storing én een waar-
schuwing.
Fabrieksinstelling: de SSM reageert alleen bij een storing.
Als alternatief of als aanvulling kan de SSM-functie ook op de reservepomp worden
geactiveerd. Beide contacten werken parallel.
ESM: De ESM-functie van de dubbelpomp kan op elke dubbelpompkop als volgt wor-
den geconfigureerd: De ESM-functie op het SSM-contact signaleert alleen storingen
van de betreffende pomp (enkelstoringsmelding). Om alle storingen van beide pom-
pen te registreren, moeten beide contacten worden bezet.
SBM/EBM (verzamelbedrijfsmelding/enkelbedrijfsmelding):
Het SBM-contact kan willekeurig aan één van de beide pompen worden toegewezen.
De volgende configuratie is mogelijk:
Het contact wordt geactiveerd als de motor in bedrijf is, er voedingsspanning aanwe-
zig is en als er geen storing actief is.
Fabrieksinstelling: bedrijfsklaar. Beide contacten signaleren de bedrijfstoestand van
de dubbelpomp parallel (verzamelbedrijfsmelding).
EBM: De EBM-functie van de dubbelpomp kan als volgt worden geconfigureerd:
De SBM-contacten signaleren alleen bedrijfsmeldingen van de betreffende pomp
(enkelbedrijfsmelding). Om alle bedrijfsmeldingen van beide pompen te registreren,
moeten beide contacten worden bezet.
Communicatie tussen de pompen:
Bij een dubbelpomp is de communicatie af fabriek vooraf ingesteld.
Bij schakeling van 2 enkelpompen van hetzelfde type naar 1 dubbelpomp moet Wilo Net
met kabels tussen de pompen worden geïnstalleerd.
Stel vervolgens in het menu bij „Instellingen/Externe interfaces/Instelling Wilo Net" de
terminering en het Wilo Net adres in. Voer daarna in het menu 'Instellingen', submenu
'Dubbelpompmanagement' de instellingen voor 'Dubbelpomp verbinden' in.
LET OP
Zie voor de installatie van 2 enkelpompen tot 1 dubbelpomp de hoofd-
stukken „Dubbelpompinstallatie/Y-buisinstallatie" [" 353], „Elektrische
aansluiting" [" 354] en „Toepassing en functie van de Wilo Net interfa-
ce" [" 401].
Beide pompen worden door de hoofdpomp geregeld; hierop is een verschildruksensor aan-
gesloten.
Bij uitval/storing/communicatie-onderbreking neemt de hoofdpomp alleen het volledige
bedrijf over. De hoofdpomp draait als enkelpomp volgens de ingestelde bedrijfsmodus van
de dubbelpomp.
De reservepomp die in de regelingsmodi (Δp-v, Δp-c) geen gegevens van de verschildruk-
sensor krijgt, draait in de volgende gevallen met een instelbaar constant noodtoerental:
De hoofdpomp waarop de verschildruksensor is aangesloten, valt uit.
nl
381

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Yonos giga2.0-d

Inhaltsverzeichnis