Herunterladen Diese Seite drucken

LORCH HandyTIG 200 AC/DC ControlPro Bedienungshandbuch Seite 71

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für HandyTIG 200 AC/DC ControlPro:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Inbedrijfstelling
12.1
Lasprocédé met elektrode
Inschakelen apparaat
 Schakel het apparaat met hoofdschakelaar 9 in.
 Druk toets 44 voor minstens 2 seconden in.
9 Het symbool elektrode (LED 34) brandt.
 Druk opnieuw toets 44 in om de functie pulsen aan of uit
te schakelen.
 Stel met de draaiknop 45 de gewenste lasstroom in.
Elektrodediameter
[mm]
1,5
2,0
2,5
3,2
4,0
Tab. 1:
Elektrodediameter - elektrode
Neem goed nota van de informatie van de
i
i
elektrodefabrikant.
Lasstroom elektrode
Lasstroom l1
Tab. 2:
Lasstroom elektrode
Vlamboog ontsteken
9 Raak het werkstuk, op de plaats waar gelast moet worden,
kort met de beklede elektrode aan en trek de beklede
elektrode iets omhoog.
9 De vlamboog brandt tussen het werkstuk en de beklede
elektrode.
Pulsen
 Druk toets 44 telkens in tot het symbool pulsen (LED 36)
brandt.
 Roep de nevenparameters op (zie onder hoofdstuk neven-
parameters oproepen).
 Selecteer de nevenparameter tweede lasstroom I2 (Code
„I 2")
 Stel de gewenste waarde voor de tweede lasstroom met
draiknop 45 in. De instelwaarde is gebaseerd in % van
hoofdstroom I1.
 Selecteer de nevenparameter pulsfrequentie (Code „FPU").
 Stel de gewenste pulsfrequentie met draaiknop 45 in.
 Selecteer de nevenparameter pulsverhouding (Code
„bPU").
 Stel de gewenste pulsverhouding in met draaiknop 45 in.
De instelwaarde geeft het aantal % van hoofdstroom I1
aan. Bijvoorbeeld:: 60 % ingesteld betekend 60 % hoofs-
troom I1 en 40 % tweede lasstroom I2.
 Verlaat de nevenparameters.
01.22
Aanbevolen
stroomsterkte [A]
20 - 40
35 - 60
45 - 100
75 - 140
130 - 190
Bereik
Fabr.inst.
10 - 170 A
100
909.1719.9-07
12.2
Lasprocédé TIG
Gevaar door elektrische schok!
Bij geselecteerde nevenparameter HF-ont-
steken staat er een hoge ontstekingsspan-
ning op de toorts.
Raak bij ingeschakeld apparaat nooit de la-
selektrode of onderdelen die lasspanning
voeren aan.
Inschakelen apparaat
 Schakel het apparaat met hoofdschakelaar 9 in.
 Druk op toest 40 om het lasproces TIG in te stellen en tus-
sen de werkingswijzen 2-takt en 4-takt te wisselen.
9 Het symbool TIG (LED 37) en 2-takt (LED 38) of 4-takt (LED
39) brandt.
 Druk meermaals op toets 44 om de functie Slope en te-
vens pulsen in- of uit te schakelen.
 Stel met de draaiknop 45 de gewenste lasstroom in.
Aanbevolen
Elektrodediame-
stroomsterkte
ter [mm]
DC [A]
1,0
1,6
15 - 130
2,0
45 - 180
2,4
3,2
140 - 320
Tab. 3:
Elektrodediameter - TIG
stroomsterkte TIG
stroomsterkte I1
Tab. 4:
stroomsterkte TIG
Vlamboog ontsteken
 Houdt de electrode van de TIG-lastoorts dicht boven het
werkstuk en ontsteek de vlamboog middels de drukscha-
kelaar van de lastoorts 75.
9 De vlamboog brandt tussen het werkstuk en de elektrode.
‰ Bij gekozen nevenparameter HF-ontsteking Off moet met
de elektrode van de TIG-lastoorts het werkstuk kort wor-
den aangeraakt
Aanbevolen
stroomsterkte
AC [A]
3 - 40
5 - 30
20 - 90
45 -135
70 -240
70 -180
130 - 250
Bereik
Fabr.inst.
3 - 200 A
100
- 71 -

Werbung

loading