Bosch EPS 708 Originalbetriebsanleitung Seite 207

!
Let er bij het verwijderen en inzetten van het binnen-
ste tandwiel (afb. 13, pos. 6) op dat de losse meene-
mer (afb. 13, pos. 12) niet verloren raakt.
9. Buitenste tandwiel, sikkel en binnenste tandwiel met
pincet verwijderen, in schone testolie reinigen en
weer inzetten.
i
Binnenste tandwiel, sikkel en buitenste tandwiel
moeten na het inzetten op één lijn met de behuizing
van de hoeveelheidsmeter liggen.
10. Cilinder met regelplunjer inzetten. Let op de inbouw-
positie!
11. O-ring (afb. 13, pos. 1) vervangen (onderdelenset:
1 687 010 136) en controleren of deze correct in de
groef zit.
12. LED met fitting en verbindingskabel door de opening
van het deksel van de hoeveelheidsmeter schuiven.
13. O-ring (afb. 13, pos. 5) vervangen (onderdelenset:
1 687 010 136) en controleren of O-ring correct zit.
14. LED met fitting in het kunststof deksel plaatsen. Let
op de inbouwpositie.
15. Kunststof deksel bevestigen daarbij controleren of
LED met fitting in het midden van het kijkvenster van
het deksel van de hoeveelheidsmeter zit.
16. Deksel van de hoeveelheidsmeter er voorzichtig op
zetten en met de schroeven aanhalen (4 schroeven).
Aanhaalmoment: 11 Nm.
"
Hoeveelheidsmeter gereinigd.
Robert Bosch GmbH
Controle | EPS 708 | 207
5.5.2 Hoeveelheidsmeter ontluchten
Na de reiniging moet de hoeveelheidsmeter worden
ontlucht.
1. Common Rail pomp 0 445 020 105 of 0 445 020 039
opspannen.
2. EPS 708 inschakelen en de pomp selecteren.
3. Teststap "start" kiezen en starten.
4. Toerental handmatig tot op 450 omwentelingen
verhogen.
 Het opvoervolume moet dan bij 30 l/h liggen en
door de hoeveelheidsmeter worden gemeten.
5. Visuele controle op slangleiding (testolietoevoer)
(afb. 12, pos. 2) van de hoeveelheidsmeter uitvoeren
of het opvoervolume door de hoeveelheidsmeter loopt.
6. Als het opvoervolume niet door de hoeveelheidsme-
ter loopt het toerental weer op 205 omwentelingen
terugbrengen.
7. Toerental handmatig langzaam weer tot op 430 om-
wentelingen verhogen.
8. Indien gewenst het doeltoerental nog verder reduce-
ren tot het opvoervolume zichtbaar door de hoeveel-
heidsmeter loopt.
9. De slangleiding (afb. 12, pos. 3) voor de druk-tempe-
ratuur-sensor (afb. 12, pos. 2) met een doek omwik-
kelen zodat hij niet wordt beschadigd.
10. Deze slangleiding 5x na elkaar steeds een seconde
met een klemtang afklemmen en weer openen.
 De onderbreking die op die manier wordt ge-
maakt en de aansluitende hernieuwde stijging
van het opvoervolume veroorzaken duidelijke be-
wegingen van de regelplunjer in de hoeveelheids-
meter en ontluchten het meetsysteem.
11. Visuele controle van de slangleiding (testolietoe-
voer) (afb. 12, pos. 2) van de hoeveelheidsmeter
uitvoeren.
 Opvoervolume loopt door de hoeveelheidsmeter.
 De hoeveelheidsmeter is dan ontlucht.
12. Linker bovenste afdekking (afb. 3, pos. 7) weer
bevestigen.
nl
|
1 689 989 067 2017-12-08