Espa SPEEDRIVE V2 Installationsanleitung Seite 165

figuur 6 of figuur 7
Pas de microschakelaars (
MASTER
SLAVE 1
SLAVE 2
SLAVE 3
SLAVE 4
SLAVE 5
SLAVE 6
SLAVE 7
Respecteer de polariteit van de RS-485-verbinding:
1 2
A B
7.2) Configuratie
7.2.1) Instelling van de "Master"-pomp:
De fabrieksinstelling is ideaal voor de meeste installaties.
Indien u een of meerdere parameters wilt wijzigen, ga dan naar het instellingenmenu van de hulppompen via
menu nr. 23 (zie paragraaf 5.3)
7.2.2) Instelling van de slaafpompen:
worden ingesteld.
7.2.3) Afzonderlijke instelling van een slaaf:
een of meerdere pompen van de groep, dan moet de overdracht naar die pomp gedeactiveerd worden en apart
worden ingesteld.
In de instelling van deze slaaf:
. . .
) aan zoals nodig:
SWITCH 1 SWITCH 2
OFF OFF
ON OFF
OFF
ON
OFF OFF
ON OFF
OFF
ON
3 1 2 3
A B
INSTELLING OVERDRAGEN AAN DE SPEEDRIVE SLAVEN
Overdracht van parameters deactiveren
- 165 -
SWITCH 3 SWITCH 4
OFF
OFF
ON OFF
ON OFF
ON
ON
ON ON
ON ON
1 2 3
A B
geen andere instelling nodig.
eactiveerd is, een afzonderlijke instelling nodig is van
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF