Configuratie
Schermprotocol:
-
Bovendeel: te configureren parameter.
Linksonder: actuele waarde van de parameter.
-
-
bevestigen.
TAAL
Selecteer de gewenste taal.
INSTELLING OVERDRAGEN AAN DE SPEEDRIVE SLAVEN
De instelling van de Master wordt standaard overgedragen aan de slaven.
Bevestig de configuratie verandering.
Druk OK om te bevestigen.
MOTORFREQUENTIE
Configuratie van de nominale motorfrequentie, 50 Hz of 60 Hz.
Controleer het kenplaatje van de motor.
Opmerking dit scherm wordt enkel weergegeven in de initiële preconfiguratie of
na het herstellen van de fabrieksparameters.
MAXIMALE OPVOERHOOGTE VAN DE POMP
Configuratie van de maximumdruk die de pomp kan leveren.
Controleer het kenplaatje van de pomp.
Opmerking dit scherm wordt enkel weergegeven in de initiële preconfiguratie of
na het herstellen van de fabrieksparameters.
MAXIMALE MOTORINTENSITEIT
Maximale werkingsintensiteit van de motor.
Instellen volgens het kenplaatje van de motor, plus 10%.
+10% voor driefasige motoren.
+15% voor eenfase motoren.
Opmerking dit scherm wordt enkel weergegeven in de initiële preconfiguratie of
na het herstellen van de fabrieksparameters.
SELECTIE VAN DE TRANSDUCENT
Selecteer de volleschaalwaarde van de geïnstalleerde transducent. Er zijn 3
waarden mogelijk: 10, 16 en 25 bar.
REFERENTIEDRUK
Configuratie van de bedrijfsdruk van de installatie.
STOPFREQUENTIE BEREKEND
De stopfrequentie wordt automatisch berekend.
Deze wordt telkens opnieuw berekend bij het wijzigen van de referentiedruk.
Druk voor het toekennen van een waarde in het handmatig bedrijf op ◄ (HAND)
- 156 -
OK om te