Herunterladen Diese Seite drucken

Telwin STARTRONIC 330 Bedienungsanleitung Seite 26

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 13
geïnstalleerd, zich rechtstreeks verbinden met de juiste spanning zetten.
negatieve klem van de batterij (symbool -).
- De batterijlader voeden en hierbij de voedingskabel in het - Staat van pauze, aftellen gedurende "40 seconden";
netcontact steken.
De schakelaar geplaatst op de achterkant in de stand ( I ) - Staat van start "4 seconden".
zetten.
- De spanning van de batterij controleren en verifiëren of de Voordat men aan de sleutel van start draait, is het
instellingen uitgevoerd op het paneel van de batterijlader noodzakelijk een snel opladen van 5-10 minuten uit te
compatibel zijn met de karakteristieken van de op te laden voeren, dit zal de start ten stelligste vergemakkelijken.
batterij. Deze controles moeten uitgevoerd worden met de De operatie van het snel opladen moet nauwkeurig
overeenstemmende toets in de modaliteit "TEST".
- De setting van de stroom op een adequate manier laden en niet van start.
uitvoeren middels de potentiometer op het frontaal paneel. Indien er geen enkel alarm van geen enkele aard heeft
LADEN
Op de overeenstemmende toets drukken en naar de controleren of de batterij goed verbonden is met de
modaliteit "CHARGE" gaan.
De batterijlader op "ON" zetten en hierbij drukken op de staat is (niet gesulfoneerd en niet defect).
overeenstemmende toets geplaatst op het frontaal paneel.
De parameters van spanning van de batterij en de batterijen losgekoppeld van de desbetreffende
laadstroom monitoreren op het display middels de toets "V / I/ klemmen; de aanwezigheid van de batterij is bepalend
TIME" (FIG.A-6).
De ampèremeter geeft de stroom (in Ampères) van het
laden van de batterij: op het einde van deze fase kan men
zien dat de aanwijzing van de ampèremeter traag zal
verminderen tot aan heel lage waarden in functie van de
capaciteit en de condities van de batterij.
AUTOMATISCH LADEN
De overeenstemmende toets indrukken en hierbij overgaan
naar de modaliteit "TRONIC".
De batterijlader op "ON" zetten en hierbij de
overeenstemmende toets indrukken geplaatst op het frontaal
paneel..
Tijdens deze fase zal de batterijlader constant de spanning
controleren die aanwezig is aan de uiteinden van de batterij,
en hierbij, indien nodig, de laadstroom naar de batterij
verdelen of automatisch onderbreken.
De laadstroom kan geïnitialiseerd worden volgens de
geïllustreerde modaliteit. Tijdens de fasen van onderbreking
verschijnt op het display de afkorting "END".
Gelijktijdig opladen van meerdere batterijen (FIG. D)
Dit type van operatie uiterst voorzichtig uitvoeren: OPGELET;
geen batterijen opladen waarvan de capaciteit, het ontladen - Men moet de fase van start van de batterijlader gemeld
en de typologie van elkaar verschillen.
Wanneer men meerdere batterijen tegelijkertijd moet
opladen, kan men verbindingen in "serie" of in "parallel"
gebruiken. Van deze twee systemen is de verbinding in serie
aan te raden omdat men op deze manier de stroom kan
controleren die in iedere batterij circuleert en die diegene zal
zijn die door de ampèremeter zal aangeduid worden.
OPMERKING: In geval van een verbinding in serie van
twee batterijen met een nominale spanning van 12V,
MOET men de batterijlader voorinstellen in de stand 24V.
EINDE LADEN
- Men kan het laden BEËINDIGEN door te drukken op de
toets "OFF" ofwel door de batterijlader automatisch in
"OFF" te laten zetten wanneer de tijd verstreken is.
- De voeding wegnemen van de batterijlader en hierbij de
kabel loskoppelen van het netcontact.
- De laadtang met zwarte kleur loskoppelen van het chassis
van het voertuig of van de negatieve klem van de batterij,
(symb. -).
- De laadtang met rode kleur loskoppelen van de positieve
klem van de batterij (symb. +).
- De batterijlader wegzetten op een droge plaats
- De cellen van de batterij sluiten met de desbetreffende
doppen (indien aanwezig)
START
De overeenstemmende toets indrukken en hierbij overgaan
naar de modaliteit "START".
Voor de start de batterijlader in de stand van start aan de
In deze modaliteit kan men drie staten onderscheiden:
- Staat van wachttijd start vanwege de gebruiker, "GO";
OPMERKING: Voor de details van de meldingen FIG. B.
worden uitgevoerd met de batterijlader in de stand van
ingegrepen, kan men als volgt tewerk gaan.
Voordat men de start van het voertuig uitvoert, eerst
desbetreffende klemmen ("+" en "-") en of ze in goede
Geenszins startoperaties uitvoeren van voertuigen met
voor het elimineren van eventuele te grote spanningen
die zich zouden kunnen genereren wegens het ophopen
van energie in de verbindingskabels tijdens de startfase.
Het niet in acht nemen van deze instructies kan de
elektronica van het voertuig beschadigen.
_______________________________________________
OPGELET:
- Voordat men verdergaat moet men aandachtig de
waarschuwingen van de fabrikanten van de voertuigen in
acht nemen!
- Controleren of de voedingslijn beschermd is met
zekeringen of automatische schakelaars van de
overeenstemmende waarde aangeduid op de
kentekenplaat met het symbool (
- Teneinde verhittingen van de batterijlader te voorkomen,
bij het uitvoeren van de startoperatie de cycli van
werk/pauze aangeduid op het toestel STRIKT
respecteren. Niet verder aandringen indien de motor van
het voertuig niet start: men zou immers de batterij of zelfs
de elektrische uitrusting van het voertuig ernstig kunnen
compromitteren.
door "RUN" op het display laten besluiten ook indien
de motor van het voertuig niet begint te draaien.
_______________________________________________
WAARSCHUWINGEN:
Deze batterijlader/starter is een elektronisch toestel
gecontroleerd door een microprocessor die in staat is de
elektronica van de auto te beschermen tegen te grote
spanningen die zich kunnen genereren tijdens het opladen
van bijzonder ontladen of gesulfoneerde batterijen. In dit
geval manifesteert de capaciteit van bescherming zich met
het blokkeren van de functie van laden bij iedere druk op de
toets "ON": een fractie van een seconde is voldoende om de
staat van de batterij te evalueren en het laden automatisch te
onderbreken bij het manifesteren van risico's van te grote
gevaarlijke spanningen voor de apparatuur van de wagen
elektrisch verbonden met de polen van de batterij.
OPGELET: de spanning van laden selecteren die
overeenstemt met de waarde van de nominale spanning
van de op te laden batterij.
LADEN VAN STERK ONTLADEN OF GESULFONEERDE
BATTERIJEN
OPGELET: in deze condities van laden is de elektronica
van de auto niet beschermd, daarom is het verplicht de
batterij los te koppelen van de wagen.
Om het laden van deze batterijen mogelijk te maken, moet
men de intrinsieke eigenschap van de batterijlader voor de
bescherming tegen te grote spanningen die de elektronica
van de wagen zouden kunnen beschadigen uitsluiten .
- 26 -
).

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Startronic 530