Nederlands
• Wordt aan drukzijde een slang gebruikt, dan moet die
voor gebruik met helder water uitgespoeld worden,
zodat er geen afzettingen meer zijn die tot verstoppin-
gen kunnen leiden
• Grote verontreinigingen van de pompput moeten wor-
den gereinigd
• Het leidingsysteem moet aan de druk- en aanzuigzijde
worden gereinigd
• Alle schuiven aan de druk- en aanzuigzijde moeten
worden geopend
Levensgevaar door explosie
Als de schuifafsluiters aan de aanzuig- en druk-
zijde tijdens het bedrijf gesloten zijn, wordt het
medium in de behuizing van het hydraulische sys-
teem verwarmd door de pompbeweging. Door de
verwarming komt de behuizing van het hydrauli-
sche systeem onder grote druk te staan. De druk
kan leiden tot het exploderen van het aggregaat!
Controleer voor het inschakelen of alle schuiven
geopend zijn en open eventuele gesloten schui-
ven.
• De behuizing van het hydraulische systeem moet wor-
den ondergedompeld, d.w.z. dat hij volledig met
medium gevuld moet zijn en dat er zich geen lucht
meer in mag bevinden. De ontluchting kan door
geschikte ontluchtingsinrichtingen in de installatie of,
indien voorhanden, door ontluchtingsschroeven aan
het drukstuk gebeuren.
• Controleren of de toebehoren, het buisleidingsysteem
en de inhanginrichting goed en correct vastzitten
• Controle van aanwezige niveauregelingen of droog-
loopbeveiliging
6.5.2 Na het inschakelen
De nominale stroom wordt bij de aanloopprocedure
kort overschreden. Na de aanloopprocedure mag de
bedrijfsstroom de nominale stroom niet meer over-
schrijden.
Als de motor na het inschakelen niet onmiddellijk aan-
slaat, moet deze onmiddellijk uitgeschakeld worden.
Voor het opnieuw inschakelen moeten de schakelpau-
zes volgens het hoofdstuk „Technische gegevens" in
acht genomen worden. Bij een volgende storing moet
het aggregaat onmiddellijk opnieuw worden uitgescha-
keld. Een nieuwe inschakelprocedure mag pas uitge-
voerd worden als de fout verholpen is.
6.6 Gedrag tijdens het gebruik
Bij het gebruik van het product moeten de ter plaatse
geldende wetten en voorschriften voor veiligheid op de
werkplek, ongevallenpreventie en de omgang met
elektrische machines in acht worden genomen. Voor de
veiligheid moet de exploitant duidelijk de bevoegdhe-
den van het personeel vastleggen. Het volledige perso-
neel is verantwoordelijk voor het naleven van de
voorschriften.
Het product is uitgerust met beweeglijke componen-
ten. Tijdens het bedrijf draaien deze componenten om
het medium te kunnen transporteren. Door bepaalde
stoffen in het transportmedium kunnen op de
130
beweeglijke componenten zeer scherpe randen wor-
den gevormd.
Waarschuwing voor draaiende componenten!
De draaiende componenten kunnen ledematen
beknellen en afsnijden. Grijp tijdens het gebruik
nooit in de hydrauliek of de draaiende compo-
nenten.
Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden
moet het aggregaat worden uitgeschakeld, van
het net worden gescheiden en tegen onbevoegd
inschakelen worden beveiligd. Laat de draaiende
delen tot stilstand komen!
De volgende punten moeten regelmatig worden
gecontroleerd:
• Bedrijfsspanning (toegestane afwijking +/-5% van
de toegekende spanning)
• Frequentie (toegestane afwijking +/-2% van de toe-
gekende frequentie)
• Stroomverbruik (toegestane afwijking tussen de
fasen max. 5%)
• Spanningsverschil tussen de verschillende fasen
(max. 1%)
• Schakelfrequentie en -pauzes (zie Technische gege-
vens)
• Ingesloten lucht in de toevoer, eventueel moet een
stootplaat worden aangebracht
• Minimaal onderdompelingspeil, niveaubesturing,
droogloopbeveiliging
• Rustige loop
• Schuifkleppen in de toevoer- en drukleiding moeten
geopend zijn.
Levensgevaar door explosie
Als de schuifafsluiters aan de aanzuig- en druk-
zijde tijdens het bedrijf gesloten zijn, wordt het
medium in de behuizing van het hydraulische sys-
teem verwarmd door de pompbeweging. Door de
verwarming komt de behuizing van het hydrauli-
sche systeem onder grote druk te staan. De druk
kan leiden tot het exploderen van het aggregaat!
Controleer of alle schuiven geopend zijn en open
eventuele gesloten schuiven.
7 Buiten bedrijf stellen/afvoeren
Alle werkzaamheden moeten zeer zorgvuldig worden
uitgevoerd.
De nodige veiligheidskleding moet gedragen worden.
Bij werkzaamheden in bekkens en/of reservoirs moe-
ten de desbetreffende plaatselijke veiligheidsmaatre-
gelen worden gevolgd. Er moet vanwege de veiligheid
altijd een tweede persoon aanwezig zijn.
Voor het optillen en neerlaten van het product moeten
hulphijsinrichtingen en goedgekeurde hijsmiddelen
worden gebruikt die technisch in orde zijn.
Levensgevaar door defecten!
Hijsmiddelen en hijsinrichtingen moeten tech-
nisch in orde zijn. Pas als de hijsinrichting tech-
nisch in orde is, mag met de werkzaamheden
worden begonnen. Zonder deze controles
bestaat levensgevaar!
WILO SE 10/2011 V4.1WE