9.3 Spaanafzuiging - Vlakschaafmachine (afb. 5-7)
• Plaats voor de montage de schaafmesafdekking
compl. (13) in de bovenste positie.
• Zet de vandiktebank (21) op de laagste positie met
behulp van de handslinger (10).
• Zet de spaanafzuiging (4) licht schuin tegen de ma-
chine aan en schuif deze naar achteren. Daarbij
moeten de beide schakelstampers (3) naar buiten
worden gehouden.
• Vergrendel nu de spaanafzuiging (4) met behulp
van de schakelstoter (3). Let op! De machine start
niet, als de schakelstampers (3) niet correct zijn in-
gestoken.
• Klap nu de schaafmesafdekking volledig. (13) weer
omlaag.
9.4 Spaanafzuiging - vandikte (afb. 12)
• De parallelaanslag moet voor de vandikte worden
gedemonteerd. Ga in de omgekeerde volgorde te
werk, zoals beschreven onder punt 9.1.
• Schuif de schaafbladafdekking (7) volledig naar bui-
ten, zodat de mescilinder volledig vrij ligt.
• Houd nu de schakelstoter (3) weer naar buiten en
plaats nu de spaanafzuiging (4) op de schaafmachi-
ne.
• Vergrendel nu de spaanafzuiging (4) met behulp
van de schakelstoter (3). Let op! De machine start
niet, als de schakelstampers (3) niet correct zijn in-
gestoken.
10. In gebruik nemen
m Let op!
Het apparaat moet voor de ingebruikname volledig
zijn gemonteerd!
Controleer vóór elk gebruik:
• De in- en uitschakelaar incl. nooduit-schakelaar
(mits aanwezig) op het beoogde functioneren
• Vergrendelde
veiligheidsvoorzieningen
1 - pos.3) door een achtereenvolgens openen van
elke los te koppelen veiligheidsvoorziening om de
machine uit te schakelen en door te controleren of
het onmogelijk is dat de machine bij een geopende
veiligheidsvoorziening wordt ingeschakeld
• Rembij aanvang van de werkzaamheden de machi-
ne inschakelen en op snelheid laten komen. Scha-
kel nu de machine weer uit. De motor moet binnen
10 seconden stil staan. Anders is een defect opge-
treden.
• Anti-terugslagklauwen (afb. 5 - pos. 25) ten
minste één keer per ploegendienst door visuele
controle om te waarborgen dat deze zich in goede
werktoestand bevinden, bijv. geen beschadiging
van het aanrakingsoppervlak door stoten, en dat de
anti-terugslagklauwen (25) door het eigengewicht
onverminderd terugvallen;
• Schaafmes (afb. 14 - pos. 24) op beschadigingen
en juiste bevestiging.
De machine mag uitsluitend worden gebruikt als
aan alle voorwaarden wordt voldaan.
• Gebruik uitsluitend scherpe en goed onderhouden
messen. Gebruik uitsluitend de messen die voor de
machine geschikt zijn.
• Gebruik voor het bewerken van korte werkstukken
houten schuifblokken of schuifstokken die niet de-
fect zijn.
• Sluit de machine aan op een stof- of spaanafzuigin-
richting.
• Controleer voor aanvang van de werkzaamheden of
de aanslag is vastgeklemd.
• Controleer of u te allen tijde uw evenwicht kunt be-
houden. Ga aan de zijkant van de machine staan.
• Houd uw handen bij een draaiende machine op vei-
lige afstand van de snijrol en van het punt waar de
spaanders worden uitgevoerd.
• Begin pas met schaven als de snijrol het vereiste
toerental heeft bereikt.
• Let hierbij bovendien op dat het werkstuk geen ka-
bels, touwen, snoeren of dergelijke bevat. Bewerk
geen hout dat veel knoesten of knoestgaten bevat.
• Zorg dat lange werkstukken worden ondersteund ter
voorkoming van het omlaagkantelen als het schaven
voltooid is. Gebruik hiertoe bijv. de afrolstaanders of
soortgelijke voorzieningen.
• Het is ten strengste verboden om spaanders of
splinters te verwijderen als de machine draait.
(afb.
• Schakel de machine direct uit als een blokkade op-
treedt. Trek de stekker los en verwijder het vastge-
klemde werkstuk.
• Na elk gebruik dient u de kleinste zaaggrootte in te
stellen om enig risico op letsel te vermijden.
m LET OP!
De machine moet op de vloer/werkplaat met de juiste
schroeven/schroefklem goed worden bevestigd omdat
anders een risico op kantelen bestaat.
www.scheppach.com
NL | 83