Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Draairichting; Het Resetten Van De Pomp; Onderhoud En Service - Grundfos SL1 AUTOADAPT Serie Montage- Und Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für SL1 AUTOADAPT Serie:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

10.3 Draairichting

De pomp mag worden gestart gedurende
een zeer korte periode zonder dat deze
N.B.
ondergedompeld is om de draairichting te
controleren.
De wikkeling van alle eenfasepompen is in de fabriek
ingesteld op de juiste draairichting.
De elektronica van de driefasenpompen zorgt ervoor
dat de pomp niet inschakelt bij een foutieve fase-
volgorde, en daardoor een verkeerde draairichting.
Als de pomp niet draait en het vloeistofniveau is
hoger dan de droogloopsensoren, verwissel dan L1
en L2.
De waaier draait met de klok mee, van
bovenaf bekeken. Na inschakeling geeft
N.B.
de pomp een ruk in de richting tegenge-
steld aan de draairichting.
Afb. 13 Reactierichting

10.4 Het resetten van de pomp

U kunt de pomp resetten door de voedingsspanning
naar de regelaar gedurende 1 minuut uit te schake-
len en deze daarna opnieuw in te schakelen (nor-
male procedure).

11. Onderhoud en service

Waarschuwing
Voordat er werkzaamheden aan de pomp
worden verricht, dient u er zeker van te
zijn dat de zekeringen zijn verwijderd of
dat de netschakelaar is uitgeschakeld. U
dient er zeker van te zijn dat de voedings-
spanning niet per ongeluk kan worden
ingeschakeld.
Er mogen geen onderdelen meer draaien.
Waarschuwing
Met uitzondering van service aan de pom-
ponderdelen moet alle andere service wor-
den uitgevoerd door Grundfos of een door
Grundfos erkend servicebedrijf en zijn
goedgekeurd voor onderhoud van explo-
sieveilige producten.
Spoel de pomp grondig met schoon water, vooraf-
gaand aan onderhouds- en servicewerkzaamheden.
De gedemonteerde onderdelen dienen afzonderlijk
in schoon water te worden schoongespoeld.
Waarschuwing
Houd er bij het losdraaien van de schroe-
ven van de oliekamer rekening mee dat er
druk opgebouwd kan zijn in de oliekamer.
Verwijder de bouten niet voordat de druk
volledig ontsnapt is.
De reinigingsintervallen in paragraaf
11.1 Aanbevolen reinigingsintervallen voor
sensoren in standaard pompen
nen en dienen te worden aangepast voor
de specifieke put.
Voor explosieveilige pompen moeten de
reinigingsintervallen uit paragraaf
11.2 Vereiste reinigingsintervallen voor
sensoren in explosieveilige pompen
den nageleefd.
Tijdens lange perioden van inactiviteit,
N.B.
adviseren wij u de werking van de pomp te
controleren.
Servicevideo's zijn te vinden in het
N.B.
Grundfos Product Center op
www.grundfos.com.
zijn richtlij-
wor-
333

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis