Ahlmann AS 65 Betriebsanleitung Seite 187

(5) Déterminer le sens de marche
(4-10/3).
(6) Actionner
d´accélération (4-8/2).
TRES IMPORTANT
- La vitesse de déplacement, voire
la force de poussée, ne peuvent
être changées que par la position
que l´on donne à la pédale
d´accélération.
- Quand on aborde une pente à
"plein gaz", la vitesse diminuera
cependant en faveur de la force
de poussée.
- Les forces de poussée et les vi-
tesse de déplacement sont les
mêmes en marche avant et en
marche arrière.
ATTENTION
Si la lampe-témoin de température
d´huile hydraulique (4-11/27)
s´allume pendant la marche, la
machine doit être immédiatement
arrêtée et la cause déterminée par
en expert en hydraulique qui répa-
rera la panne.
DANGER
Lorsque, pour
spéciaux, il est requis de rouler
avec la flèche porte-godet pivotée,
le godet ou l´équipement complé-
mentaire doit être tenu juste au-
dessus de la roue et le trajet doit
être limité au strict minimum. Si, dû
à du terrain accidenté, le dispositif
de support empêche une roue de
toucher le sol, la flèche porte-godet
doit être pivotée à court terme dans
le sens de marche afin d´annuler le
blocage des essieux.
S05D/S06D
la pédale
des usages
(5) Rijrichting (4-10/3) bestem-
men.
(6) Rijpedaal (4-8/2) drukken.
OPMERKING
- De rijsnelheid c.q. de schuifkracht
kan uitsluitend door het drukken
van het rijpedaal worden be-
stemd.
- Als tijdens de rit een helling
omhoog wordt gereden, daalt
ondanks vol gas de rijsnelheid
ten gunste van de schuifkracht.
- Schuifkracht en rijsnelheid zijn
vooruit en achteruit gelijk.
OPGELET
Als tijdens het gebruik het con-
trolelampje voor de hydraulica-
olietemperatuur (4-11/27) begint
te knipperen, dient de machine
onmiddellijk uitgeschakeld te
worden. De oorzaak dient door
een vakkundige voor hydraulica
onderzocht en verholpen te worden.
VOORZICHTIG
Als voor speciaal gebruik van
de machine het rijden met een
gezwenkte shovelarm noodzakelijk
is, dient de shovel c.q. de aanbou-
wapparatuur dicht boven het wiel
worden gehouden. De afstand moet
zo kort als mogelijk worden gehou-
den. Als een wiel op grond van
oneffenheden door de steuninstal-
latie van de bodem wordt geheven,
moet de shovelarm voor een korte
tijd in rijrichting worden gezwenkt
om de asblokkeering op te heffen.
5-10