Telecom Behnke 10 series Kurzanleitung Seite 94

F O U T E N T A B E L
Tijdens de initialisatie wordt de werking van de belangrijk-
ste elektronische onderdelen gecontroleerd. Als daarbij een
fout wordt gevonden, klinkt in plaats van de normale hoge
Aantal Fout
pieptonen
3 EEPROM-fout
4 Toetsenmatrix-fout
5 Bezettoondecoder-fout
6 DTMF-toondecoder-fout
7 1-kb-EEPROM (vanaf v1.30)
8 Microfoon-fout
9 Microfoon-fout
10 Microfoon-fout
11 Microfoon-fout
20
initialisatiepieptoon een reeks pieptonen, die elk een
bepaalde fout aanduiden. De betekenis vindt u in de vol-
gende tabel:
Mogelijke oorzaken
• EEPROM niet juist in de daarvoor voorziene sokkel geïnstalleerd.
• EEPROM defect.
• Aangesloten toets, configuratietoets of toetsenblok
klemt of is defect.
• Aansluitkabel voor toets of toetsenblok is beschadigd.
• Stoorsignaal.
• Vocht op printplaat of in aansluitstekker.
• Bezettoondecoder-onderdeel is defect.
• DTMF-toondecoder-onderdeel is defect.
• Verkeerde EEPROM, vanaf v1.30 kunnen alleen nog 2-kb-EEPROMs
worden gebruikt.
• Compact apparaat: De aangesloten microfoon is onjuist gepoold.
• Universeel apparaat: De op de geïntegreerde MLM aangesloten
microfoon is onjuist gepoold.
• De op MLM-A van een universeel apparaat aangesloten microfoon is
onjuist gepoold.
• De op MLM-B van een universeel apparaat aangesloten microfoon is
onjuist gepoold.
• De op MLM-C van een universeel apparaat aangesloten microfoon is
onjuist gepoold.