2.3. Installatie
2.3.1 Hijsinrichting
Waarschuwing
De gewichten van de stroomaggregaten zijn bij benadering aangegeven in figuur 2.5. Gebruik hefstangen die door de daarvoor
bedoelde openingen in het basisframe gestoken zijn om het complete stroomaggregaat op te tillen. Zie figuur 2.6 en 2.8 voor de
locatie van de hijsgaten.
2.3.2 Plaatsing en montage
De algemene afmetingen van het stroomaggregaat en de locatie van de brandstofinlaten en elektrische leidingen zijn gegeven in
figuur 2.6 en 2.8. De maten op de tekeningen zijn gegeven in millimeters, met de overeenkomstige maat in inches tussen haakjes.
Installeer het stroomaggregaat buiten. Laat voldoende ruimte vrij rondom het stroomaggregaat, volgens de aanbevelingen in figuur
2.7 en 2.9. Positioneer het stroomaggregaat zodanig dat er geen uitlaatgassen worden uitgestoten in de buurt van gevoelige
apparatuur of brandbare materialen. Installeer het stroomaggregaat niet op plaatsen waar uitlaatgassen zich kunnen ophopen en
een gebouw kunnen binnengaan waarin zich mensen bevinden.
Voor transport is het stroomaggregaat op een plastic pallet gemonteerd. Maak voor installatie een vlak stuk grond klaar dat bedekt
is met grind, zoals aangegeven in figuur 2.7 en 2.9.
Plaats de plastic pallet rechtstreeks op het grind. Plaats de pallet niet rechtstreeks op gras.
Onbalans van de last. Gebruik van ongeschikte hijs- of hefapparatuur kan leiden tot
dodelijke of ernstige verwondingen en schade aan de apparatuur. Gebruik geen
hijsogen.
Type
RES 9.5 EC
RES 13 EC
RES 18 EC
RES 12 TEC
RES 16 TEC
Figuur 2.5: Geschatte gewichten
Gewicht, kg (lb.)
180 (400)
186 (410)
227 (500)
186 (410)
227 (500)
9/73