Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Demping Instellen - Reely McFlash RTR Bedienungsanleitung

2wd gp stadium buggy 1:10
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

6
S
6.2
D
EMPING INSTELLEN
De veerelementen van de vierwielvering van het chassis bestaan telkens uit een
schroefveer waarin zich in het centrum een hydraulische schokdemper bevindt.
De acht hydraulische schokdempers, telkens twee aan elke kant voor en achter,
zijn aan de onderste wieldraagarmen en boven aan de „demperbrug" op de
differentieelhuizen bevestigd.
De schroefveren steunen boven tegen een schroefring (3) op de buitenstang van
de schokdemper en op een schotel aan het onderste einde van de zuigerstang.
Het verdraaien van de schroefring naar boven ontlast de veer, de vering wordt
"zachter". Verdraaien naar beneden verhoogt de voorspanning van de veer, de
vering wordt "harder". Op deze wijze kan de voorspanning van de veren op fijne
wijze ingesteld worden in overeenstemming met de ondergrond en de rijstijl.
Een lage voorspanning van de veer laat het chassis onder zijn eigen gewicht
dieper zakken, een hardere instelling tilt het chassis naar boven. Op die
manier kan dus ook een zekere hogere/lagere wegligging van het chassis
bereikt worden (dus de bodemvrijheid ingesteld worden).
Met de instelling van de demping wordt niet alleen de capaciteit van het modelvoertuig beïnvloed om bodemoneffenheden
op te vangen, maar wordt ook het bochtgedrag beïnvloed.
Dat noemen we „overstuurd" en „onderstuurd" rijgedrag.
Onderstuurd rijgedrag:
Het modelvoertuig laat zich moeilijk om de bochten sturen, „schuift" over de voorwielen naar buiten (te veel tractie van de
achteras of te weinig tractie van de gestuurde vooras).
Als tegenmaatregel moet de demping achteraan harder (of vooraan zachter) ingesteld worden.
Overstuurd rijgedrag:
Het voertuig „trekt" in de bochten, de achterkant vertoont neiging tot overstuur (te weinig tractie van de achteras of te veel
tractie van de gestuurde vooras).
Als tegenmaatregel moet de demping achteraan zachter (of vooraan harder) ingesteld worden.
Een overstuurd of onderstuurd rijgedrag kan ook het gevolg zijn van een ongelijkmatige dwarsstabiliteit van de voor- en
achteras door een foute instelling van de wielvlucht.
Als basisinstelling moet de vooras lager liggen dan de achteras!
Controleer de werking van de schokdempers:
-
Hef het model aan de achteras naar boven en laat het vallen.
-
Het model mag niet tot het eindpunt inveren en slechts één keer uitveren zonder na te trillen!
-
Controleer de schokdempers van de vooras op dezelfde wijze.
V
OORSPANNING VAN DE VEREN INSTELLEN
Voorspanning verhogen
-
Schroefring op de buitenstang van de schokdemper
met de klok mee draaien.
-
Voorspanning verlagen
Oogschroef op de buitenstang van de schokdemper
tegen de klok in draaien.
Tuning
Via de keuze van de schokdemperolie kan de dempingskarakteristiek worden
beïnvloed.
De seriematig in de schokbrekers van de X-Factor gebruikte olie is prima
geschikt voor de meeste toepassingen.
Op overwegend gladde oppervlakken is een taai vloeibare olie (hoge viscositeit) aanbevolen. Op ruw terrein daarentegen is
een dunner vloeibare olie (lage viscositeit) aangewezen.
Gebruik geen motorolie. We adviseren in principe alleen een zuivere silicon-schokdemperolie te gebruiken.
Voor de verdere optimalisatie van de dempingseigenschappen bieden wij u siliconenolie voor de
schokdempers met verschillende viscositeiten aan in ons assortiment accessoires!
106
-U
ET
P
(1)
(2)
(3)
Gebruiksaanwijzing 2WD GP Stadium Buggy Chassis McFlash No. 23 40 40

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Streetracer pro rtr

Inhaltsverzeichnis