Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

OEG KSF-Pro Handbuch Seite 358

Kesselschaltfeld
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für KSF-Pro:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

Algemene onderhoudsinstellingen:
Para-
Functie
meter
S1.1
HYDRAULISCH SCHEMA
S1.2
DEBLOKKEERCODE
VOOR HET OPENEN VAN
DE ONDERHOUDSIN-
STELLINGEN
S1.3
TYPE TEMPERATUUR-
SENSOREN
S1.4
SELECTIE VAN FUNCTIE
SENSOR T1
Handleiding onderhoudsinstellingen
Omschrijving
Keuze van het gewenste hydraulische schema.
Het is mogelijk om de code te wijzigen die noodzakelijk is om
in het onderhoudsmenu te komen. (S en F parameters)
OPGELET! De nieuwe code dient zorgvuldig te worden
bewaard, aangezien zonder deze code geen wijzigingen in de
onderhoudsinstellingen kunnen worden uitgevoerd.
Kies het type temperatuursensor Pt1000 of KTY10.
Hiermee wordt de functie bepaald van sensor T1:
1- RF1, kamertemperatuursensor voor het eerste circuit
2- EF1, sensor voor beveiliging van de maximale temperatuur
van de vloer voor het eerste circuit. De hoogste temperatuur
wordt met parameter S2.11. ingesteld.
3- RLF1, retoursensor van het mengcircuit 1. Activeert de be-
grenzing van het maximale verschil tussen aanvoer en retour
en daarmee het maximale vermogen van het verwarmingscir-
cuit. Het verschil wordt met parameter S2.14 ingesteld.
4- BF3, sensor van de proceswatercirculatie. De sensor wordt
gepositioneerd aan het uiteinde van de proceswaterbuis.
Wanneer de regelaar een plotselinge temperatuurverhoging
registreert, dan wordt de proceswatercirculatie ingeschakeld.
De looptijd van de pomp wordt met parameter P4.8 ingesteld.
5- SVS, op de ingang T1 wordt de doorstroomschakelaar
van het proceswater aangesloten. Sluit de schakelaar, dan
wordt de circulatiepomp voor proceswater door de regelaar
geactiveerd. De looptijd van de pomp wordt met parameter
P4.8 ingesteld.
6- BF2, extra sensor in de verwarmer van het proceswater.
Aangezien deze is ingebouwd in het bovenste gedeelte van
de boiler, wordt het naverwarmen van het proceswater pas
ingeschakeld wanneer de sensor BF2 dit constateert.
7- AGF, rookgassensor. Bedoeld voor het meten van de
rookgastemperatuur. Stijgt de temperatuur boven de waarde
S5.18 dan wordt dit op het display weergegeven.
8- RFHP, extra kamersensor in de ruimte, waar de verwar-
mingspomp van het proceswater staat. Zolang de ruimte
warmer is dan de instelling S4.11 wordt het proceswater niet
door andere warmtebronnen verwarmd.
9- RLKF, sensor van de retour in de ketel. De regelaar
beperkt de geoorloofde retourtemperatuur in de ketel. Dit
wordt bepaald met parameter S5.14. Voor de werking is een
hydraulische schakeling met de hoofd-circulatiepomp van
de ketel of met een Bypass – mengpomp noodzakelijk. In dit
geval dient de parameter op S1.11 = 4 (voor R0) of S1.12 = 5
(voor R9) te worden gezet.
10- AGFTK, rookgassensor voor ketel met vaste brandstof.
Regelaar blokkeert de werking van de ketel met vloeibare
brandstof als de rookgas de temperatuur overstijgt die met
parameter S5.19 ingesteld is.
358
Instelmoge-
Waarde
lijkheden
Afhankelijk
van het type
/
regelaar
0000 - 9999
0001
0- PT1000
0
1- KTY10
1- RF1
2- EF1
3- RLF1
4- BF3
5- SVS
6- BF2
7- AGF
8- RFHP
9- RLKF
10- AGFTK
1

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis