Herunterladen Diese Seite drucken

Telwin Digital Spotter 9000 Serie Bedienungsanleitung Seite 45

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 26
4.2 BESTURINGS- EN REGELORGANEN
4.2.1 Bedieningspaneel (Fig. C)
1.
Toets met meerdere functies
a) FUNCTIE "START":
zorgt dat de machine kan functioneren bij de eerste start of na een alarmsituatie.
LET OP: Het display laat de bediener, indien nodig, weten dat hij/zij op de
"START"-toets moet drukken om de machine te kunnen gebruiken.
b) FUNCTIE "MODUS":
selecteer puntlassen met "pulsen"
pneumatische tangen) of selecteer de studder als gereedschap (fig. C-8a / 8f
alleen in te schakelen met het studder-pistool).
c) KEUZE VAN DE MEETEENHEID:
door de toets 3 seconden ingedrukt te houden, kan de meeteenheid voor de
dikte van de metaalplaat worden ingesteld in "millimeters" [mm], "gauge" [ga]
of inches [in].
- / +
Toetsen met dubbele functie
2-3.
a) FUNCTIE DIKTE van de METAALPLAAT:
door op de toets [+] te drukken, wordt de dikte van de metaalplaat vermeerderd,
door op de toets [-] te drukken, wordt de dikte verminderd.
b) FUNCTIE SELECTIE NIVEAU TIME
door de toets [-] 3 seconden ingedrukt te houden, kan de lastijd worden
verlengd of verkort
ten opzichte van de waarde die automatisch wordt
ingesteld door de machine
door de toets [-] 3 seconden ingedrukt te houden, kan het lasvermogen worden
verhoogd of verlaagd
wordt ingesteld door de machine;
LET OP: met de programmering van het lasvermogen kan de waarde worden
gewijzigd van de stroom die in de fabriek is ingesteld (5 kA), die geschikt is voor
een geïnstalleerd vermogen van 10 kW .
BELANGRIJK: In TAB. 1 staat de overeenkomst vermeld tussen
de geselecteerde stroom en het minimale vermogen van het elektriciteitsnet
dat beschikbaar moet zijn op de installatieplaats (geïnstalleerd vermogen),
om te voorkomen dat de lijnbescherming op het verkeerde moment wordt
ingeschakeld.
Het verdient aanbeveling de programmering aan te passen, zowel wanneer
de "default"-waarde onvoldoende blijkt te zijn om de puntlas goed uit te
kunnen voeren met de geselecteerde dikte (de bijbehorende dikte knippert)
als wanneer het geïnstalleerde vermogen compatibel is, door de waarde
van 7 kA te selecteren om zo meer werkveiligheid te garanderen bij alle
toepassingen.
Als er lagere stroomwaarden worden geprogrammeerd wordt ook de
maximaal lasbare dikte beperkt.
4. LCD-display
5.
Geeft aan dat de toets
schakelen voor lassen.
6.
Geeft de dikte van de metaalplaat weer en eventuele alarmcodes.
7.
Wordt ingeschakeld door het Studder-pistool aan te sluiten met trekker of zonder
(versie die wordt ingeschakeld door contact).
8a.
Geeft puntlassen aan van pennen, klinknagels, speciale ringen met speciale
elektroden.
8b.
Geeft puntlassen aan van schroeven diameter 4÷6 en klinknagels diameter 5 met
speciale elektrode.
8c.
Geeft lassen met enkele punt aan met speciale elektrode.
8d.
Geeft temperen van metaalplaat aan met de koolstofelektrode.
8e.
Geeft het stuiken van metaalplaat aan met speciale elektrode.
8f.
Geeft intermitterend puntlassen aan voor reparaties van metaalplaat met speciale
elektrode.
9.
Geeft het niveau aan van de lastijd
automatisch ingestelde waarde
10.
Geeft aan dat de functie van het puntlassen met pulsen is geactiveerd (alleen
(alleen in te schakelen met de
of POWER
:
;
ten opzichte van de waarde die automatisch
moet worden ingedrukt om de machine in te
of van de
ten opzichte van de
.
voor pneumatische tangen).
11.
Geeft aan dat er een "handmatige" en geen "pneumatische" tang wordt gebruikt.
12.
Geeft aan dat de gebruikte tang bekrachtigd is.
13-14-15.
geven tang dubbele punt aan,
wordt ingeschakeld met het Studder-pistool.
16.
Vertegenwoordigt de dikte van de te lassen metaalplaat.
17.
Geeft aan dat de machine in thermostaatbeveiliging staat.
18.
Geeft aan dat het thermische pistool met krammen wordt gebruikt voor het lassen
van plastic onderdelen.
19.
Geeft de meeteenheid aan van de dikte van de metaalplaat.
4.2.2 Groep drukregelaar en manometer (fig. B-8)
Hiermee kan de druk worden geregeld die wordt uitgeoefend op de elektroden van
de pneumatische tang. Dit wordt gedaan door aan de regelknop te draaien en de
koelluchtstroom te veranderen van tangen waarbij dit mogelijk is. We raden aan om
de druk op het maximum in te stellen zonder 8 bar te overschrijden.
4.3 VEILIGHEIDS- EN BLOKKERINGSFUNCTIES
4.3.1 Beveiligingen en alarmen (TAB. 2)
a) Thermische beveiliging:
Wordt ingeschakeld bij overtemperatuur van het puntlasapparaat door het
ontbreken of onvoldoende vermogen van de koelvloeistof of door een werkcyclus
die hoger is dan de toegestane limiet.
De inschakeling wordt gesignaleerd doordat het pictogram op het display gaat
branden (fig. C-17) en met:
AL1 = thermisch alarm machine.
AL2 = thermisch alarm tang, studder.
EFFECT: blokkeren van de bewegingen, openen van de elektroden (cilinder
afvoer); blokkeren van de stroom (lassen onmogelijk).
HERSTEL: handmatig (druk op de toets "START" nadat de temperatuur weer
binnen de toegestane limieten is - pictogram gaat uit).
b) Hoofdschakelaar:
- Positie "O" = open vergrendelbaar (zei hoofdstuk 1).
OPGELET! In positie "O" staan de interne aansluitklemmen
L1+L2 (N) van de voedingskabel onder stroom.
- Positie "I" = gesloten: puntlasapparaat gevoed maar niet in werking (STAND BY
- de toets "START" moet worden ingedrukt).
- Noodwerking
Als het lasapparaat in werking is, zorgt openen (pos. "I" =>pos. "O") dat het
apparaat een noodstop maakt:
- stroom uitgeschakeld;
- elektroden geopend (cilinder afvoer);
- automatisch herstarten onmogelijk.
OPGELET! CONTROLEER REGELMATIG OF DE NOODSTOP
GOED WERKT.
c) Beveiliging koelgroep (versie AQUA)
Wordt ingeschakeld bij ontbreken of val van de druk van de koelvloeistof;
Deze ingreep wordt op het display aangegeven met AL 9 = alarm ontbreken van
vloeistof.
EFFECT: blokkeren van de bewegingen, openen van de elektroden (cilinder
afvoer); blokkeren van de stroom (lassen onmogelijk).
HERSTEL: de koelvloeistof bijvullen en daarna de machine uitschakelen en weer
aanzetten (zie ook Par. 5.6 "opstelling van de koelgroep").
d) Beveiliging over- en onderspanning
Deze ingreep wordt op het display aangegeven met AL 3 = alarm overspanning en
met AL 4 = alarm onderspanning.
EFFECT: blokkeren van de bewegingen, openen van de elektroden (cilinder
afvoer); blokkeren van de stroom (lassen onmogelijk).
HERSTEL: handmatig (druk op de toets "START").
e) Toets "START" (Fig. C-5).
Deze toets moet worden ingedrukt om opdracht tot lassen te kunnen geven in de
volgende omstandigheden:
- bij iedere keer dat de hoofdschakelaar wordt afgesloten (pos "O"=>pos " I ");
- na iedere inschakeling van de veiligheids-/beveiligingsinrichtingen;
- na terugkeer van de voeding (elektriciteit en perslucht) nadat deze is afgesloten
of uitgevallen;
OPGELET! CONTROLEER REGELMATIG OF DE BEVEILIGDE START
GOED WERKT
5. INSTALLATIE
OPGELET! ALLE OPERATIES VAN INSTALLATIE EN ELEKTRISCHE
EN PNEUMATISCHE AANSLUITINGEN UITVOEREN MET DE PUNTLASMACHINE
VOLLEDIG UITGESCHAKELD EN LOSGEKOPPELD VAN HET VOEDINGSNET.
DE
ELEKTRISCHE
EN
UITSLUITEND UITGEVOERD WORDEN DOOR ERVAREN OF GEKWALIFICEERD
- 45 -
geven "X"-tang aan,
PNEUMATISCHE
AANSLUITINGEN
MOETEN

Werbung

loading