F&P Airvo 3 Bedienungsanleitung Seite 342

Maak de patiëntinterface passend
Maak de patiëntinterface passend voor uw patiënt volgens de gebruikersinstructies die bij de
interface zijn geleverd. Volg alle waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op.
Sluit aan op de patiëntinterface
Sluit de patiëntinterface aan op de connector aan het uiteinde van de beademingsslang.
De patiënt kan onmiddellijk op de verwarmde beademingsslang worden aangesloten. Als het
starten van de therapie niet urgent is, wordt aanbevolen te wachten tot de Airvo 3 een korte
melodie afspeelt en 'Therapie aan' weergeeft in de berichtenbalk.
Bevestig de beademingsslangklem aan de kleding van de patiënt.
Waarschuwingen
Laat de beademingsslang niet langdurig in direct contact met de huid van de patiënt
staan om het risico op brandwonden te voorkomen. De zorgverlener beoordeelt de
voorwaarden voor veilig contact, zoals de duur en huidconditie.
Delen van de beademingsslang of interface niet bedekken of verwarmen tot een
temperatuur die hoger is dan de omgevingstemperatuur door deze bijvoorbeeld te
bedekken met een deken of door verwarming via infraroodstraling, een bovenverwarmer
of bij gebruik in een couveuse.
Voorzichtig
Houd de verwarmde beademingsslang uit de buurt van elektrische monitorkabels (zoals EEG,
ECG/EKG, EMG, pulsoxymeter) om verstoring van het signaal dat gemonitord wordt te voorkomen.
Opmerking
De lucht kan warm aanvoelen als uw patiënt de Airvo 3 gaat gebruiken. Dit is normaal.
De patiënt moet normaal blijven ademen.
Airvo 3 - GEBRUIKERSHANDLEIDING | G - 21
Nederlands