Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Geräteinfo - GOK SmartBox 4 Montage- Und Bedienungsanleitung

Tankmanagement-systeme
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für SmartBox 4:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Menu-stap
19.Exit
20.LCD-
Display
21.Geräte-
Info
(apparaatinfo)
22.Test
Strom
(test stroom)
23.Test
relais
SmartBox 4
24.Reset
26.Exit
®
SmartBox
4: Andere indicatoren activeren (met toewijzing van de tanknummers)
Nummeren van de tanks:
De inhoudsindicator SmartBox
Wanneer verdere inhoudsindicatoren SmartBox
aangesloten"SERIAL LINK INPUT" (klemmen 3 + 4), dan moeten de tanknummers
gedefinieerd worden toegewezen. Dit geschiedt eenvoudig door de volgorde, waarin de
indicatoren zich voor het eerst melden.
• Eerst voor tanknummer 2 de indicator 2 activeren (netspanning inschakelen), vervolgens
indicator 3, enz.
Voorbeeld: Tank 2 activeren
• Nadat de indicator is aangesloten (van Tank 2), zoals beschreven onder Elektrische
Installatie - Aansluiting interface naar SmartBox
indicator van deze tank aanzetten (netspanning inschakelen).
De indicator SmartBox
zien (afhankelijk van de selectie / aanpassing van het menu 14.Toon tanks). Voor de andere
indicatoren moet - na elkaar - dezelfde procedure worden gevolgd.
De volgorde van de weergegeven tanks kan later worden gewijzigd in menu stap
16.Sort. Tanks  SmartBox 4.
20 / 32
Instelling
Contr 24
worden eveneens in- of uitgeschakeld!
• Aangesloten apparaten kunnen beschadigd worden (droogloop).
• Bedrijfsmedia kunnen ontsnappen.
Vóór Test relais de klemmen van aangesloten apparaten afkoppelen.
Pas na de Test relais de klemmen van de apparaten weer
aankoppelen.
Rel1 Ein / Aus
zurück
(ESC)
Neustart
(Reset)
Werkseinstellung
(Defaults)
®
4 heeft altijd tanknummer 1.
®
4 laat dan afwisselend „Tank1:" - „xx.xxxL" – „Tank2:" – „yy.yyyL"
SmartBox
Beschrijving
[Enter] Terug naar de indicatie-modus
Contrast van het LCD-display instellen
Softwareversie: V6.00 (bijv.)
Serienummer: Tank 1: SN=1234 (bijv.)
Offset + Gain:
X0=4,05 mA
Test-/controlefunctie van de actuele mA-waarde
van de sonde:
ADC: 7400=11.40 mA
Bij niet ondergedompelde peilsonde moet de
waarde rond de 4 mA liggen. Tolerantiebereik is
3,7 ... 4,3 mA.
Op de relaiscontacten aangesloten apparaten
Testfunctie voor het controleren van de relais.
Verlaten van de functie zonder deze uit te
voeren.
Initialisering. De software start opnieuw op,
waarbij alle instellingen behouden blijven.
Volledige reset van alle parameters naar de
oorspronkelijke toestand af fabriek.
[Enter] Terug naar de indicatie-modus
®
1, 2 of 3 (indicatorapparaat) worden
®
1, SmartBox
®
4 / SmartBox
B=1268
®
®
2 of SmartBox
3, de
artikelnr. 28 400 59 b
®
4 PRO

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Smartbox 4 pro

Inhaltsverzeichnis