6. Handhaaf de positie van de CAE (al naargelang de benadering)
met gebruik van de mond of de neusopening van de patiënt als
oriëntatiepunt en voer de nieuwe tube over de CAE op naar de juiste
positie. (Afb. 3) NB: Het wordt aanbevolen om vóór het opvoeren van de
ETT steriel glijmiddel aan te brengen op de tip van de ETT.
7. Verwijder de CAE en vul de cuff van de nieuwe ETT. Controleer de
positie van de nieuwe ETT met behulp van standaardmethoden (zoals
capnografie, ademgeluiden en thoraxfoto). Hervat de beademing en zet
de nieuwe ETT op zijn plaats vast. (Afb. 4)
Gebruik van Rapi-Fit® adapter
Rapi-Fit adapters mogen alleen worden gebruikt als er een grote
zuurstofbehoefte is en intubatie niet lukt. Gebruik van een zuurstofbron
mag alleen worden overwogen als de patiënt genoeg van het geïnsuffleerde
gasvolume uitademt. Als er voor insufflatie een zuurstofbron wordt gebruikt,
begin dan met een lagere druk en voer deze geleidelijk op. Let op omhoog-
en omlaaggaande bewegingen van de borstkas om zuurstofinsufflatie en
uitademing te bevestigen. Pulsoximetrie en de luchtstroom via de mond
dienen ook zorgvuldig te worden bewaakt. In geval van een obstructie van de
bovenste luchtweg kan het uitstromen van gas uit de longen van de patiënt
langer duren.
1. Sluit de Rapi-Fit adapter aan door de adapter op de katheter te plaatsen,
de witte ring vervolgens naar voren te duwen en de adapter in deze stand
te vergrendelen. (Afb. 5)
2. Verwijder de adapter door de witte ring naar achteren te trekken om
de adapter los te zetten en de adapter vervolgens van de katheter af te
halen. (Afb. 6)
Oxygenatie via de katheter
De Cook wisselkatheters voor tubes in de luchtwegen zijn ontworpen voor
zowel positievedrukbeademing (Rapi-Fit adapter – connector van 15 mm) als
jetbeademing (Rapi-Fit adapter – Luerlock-connector) van zowel volwassen
als pediatrische patiënten. In de onderstaande tabel zijn het afgegeven
minuutvolume en de gemeten luchtwegdruk weergegeven voor jetbeademing
bij volwassen en pediatrische patiënten met gezond longweefsel.
Referentie-
Patiëntsubgroep en
onderdeel-
leeftijdsbereik
nummer
Zuigeling
Kind
C-CAE-8.0-
45-01
Adolescent
Volwassene > 21 jaar
Zuigeling
Kind
C-CAE-11.0-
83-01
Adolescent
Volwassene > 21 jaar
Zuigeling
Kind
C-CAE-11.0-
100-DLT-EF-
ST-01
Adolescent
Volwassene > 21 jaar
Zuigeling
Kind
C-CAE-14.0-
83-01
Adolescent
Volwassene > 21 jaar
Zuigeling
Kind
C-CAE-14.0-
100-DLT-EF-
ST-01
Adolescent
Volwassene > 21 jaar
Afgegeven
minuut-
volume
(L/min)
> 1 maand
tot 2 jaar
> 2 jaar tot
12 jaar
> 12 jaar tot
en met
21 jaar
> 1 maand
tot 2 jaar
> 2 jaar tot
12 jaar
> 12 jaar tot
en met
21 jaar
> 1 maand
tot 2 jaar
> 2 jaar tot
12 jaar
> 12 jaar tot
en met
21 jaar
> 1 maand
tot 2 jaar
> 2 jaar tot
12 jaar
> 12 jaar tot
en met
21 jaar
> 1 maand
tot 2 jaar
> 2 jaar tot
12 jaar
> 12 jaar tot
en met
21 jaar
31
Gemeten luchtwegdruk
(cm H
O)
2
1
Gemiddelde Maximum
0,6
8,9
0,1
2,1
0,1
2,2
0,7
3,0
*
*
4,2
8,7
0,9
4,6
1,3
4,5
*
*
1,0
7,3
0,6
3,9
0,7
3,9
*
*
3,3
23,2
3,7
11,0
6,3
9,5
*
*
3,0
20,9
3,3
10,1
5,5
8,6
1
9,5
2,5
2,6
3,2
*
9,4
5,2
4,9
*
7,8
4,4
4,1
*
23,8
11,3
10,2
*
21,8
10,5
8,9