Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Riello CONDEXA PRO Anleitungen Für Anlagenbetreiber, Installateur Und Technischen Kundenservice Seite 52

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für CONDEXA PRO:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

DEUTSCH
DE
eine Temperatur der Heizeinheit über 85°C erfasst, wird das
Heizmodul abgeschaltet und der Einschaltvorgang wieder ein-
geleitet.
Not-Funktion
Bei Ausfall der Master Platine können die Slave Platinen auf
zweifache Weise von Hand gesteuert werden:
- Über eBUS und den Sammelrohrfühler
Die Stromversorgung des Systems unterbrechen, den BUS
trennen. Auf sämtlichen Slave Platinen die Adresse 000000 (J10
und J17 OFF) einstellen. Eine 21 bis 28Vac Stromversorgung
an den BUS anschließen.
Bei Sammelrohrtemperatur < Temp.Emergency (Par.40; vor
70°C voreingestellt; im Bereich 10 bis 80°C einstellbar) arbei-
ten alle Brenner auf maximaler Leistung.
Bei Sammelrohrtemperatur > Temp.Emergency + 5°C sind alle
Brenner abgeschaltet
- Über PC
Die Stromversorgung des Systems unterbrechen, den BUS tren-
nen und das PC-Interfache anschließen. Die Brennerleistung
kann direkt über PC in die Slave Platinen eingelesen werden.
b
Bei Störungen den technischen Kundenservice RIELLO ver-
ständigen.
Steuerung der Wärmeanforderung für den Hochtemperaturkreis
mit Analogeingang (Par. 14=2 oder 3)
Der Raumthermostat für den Hochtemperaturkreis wird bei der
Wärmeanforderung ignoriert und das Eingangssignal zur Berechnung
der systemseitigen Leistung bzw. Sollwerttemperatur benutzt.
Es liegt nur ein Analogeingang (siehe Klemmen 13-14 im Stromplan
auf "Klemmenleiste" Seite 35) in der Master Platine vor, wobei
dieser aber auch für den Niedertemperaturkreis einsetzbar ist
(Par.22). Die Verwendung des Analogeingangs für beide Kreise ist
nicht möglich.
ANALOGER LEISTUNGSEINGANG, PAR. 14=2 (PAR. 22=2 FÜR
NIEDERTEMPERATURKREISE)
Die Anforderung für den Hochtemperaturkreis (Niedertemperatur)
unterliegt folgenden Regeln:
0-2Vdc: Keine Anforderung durch den Hochtemperaturkreis
(Niedertemperatur)
2-9Vdc: die Wärmeanforderung wird für jede Slave Regelung in
eine Leistungsanforderung umgewandelt. Ein 2V Eingang
entspricht der minimalen Leistung, 9V der maximalen
Leistung (Par.15). Im Bereich 2V bis 9V erfolgt die
Leistungsberechnung linear. Die Stopphysterese der
Anforderung beträgt 0,2V - die Anforderung liegt also über
2V vor und endet unter 1,8V.
Der Brenner zündet bei:
Vorlauftemperatur ≤ Setpoint_ch_high
(Par.1) - Ch_high_mod_hist_
on (Par.19)
(Vorlauftemperatur ≤ Setpoint_ch_low
(Par.3) - Ch_low_mod_hist_on
(Par.26))
Der Brenner schaltet ab bei:
Vorlauftemperatur > Setpoint_ch_high
(Par.1) + Ch_high_hist_off
(Par.20)
(Vorlauftemperatur > Setpoint_ch_low
(Par.3)
+
Ch_low_hist_off
(Par.27))
52
b
Beheer van vraag naar warmte voor het hoge temperatuurcir-
cuit met analoge ingang (Par. 14=2 of 3)
De omgevingsthermostaat voor het hoge temperatuurcircuit wordt
genegeerd bij vraag om warmte en er wordt gebruik gemaakt van
het ingangssignaal om het vermogen of de setpointtemperatuur
van het systeem te berekenen.
Er is één analoge ingang (zie klem 13-14 van het schakelschema
op "Klemmenbord" pag. 35) voor de Masterkaart, die tevens
gebruikt kan worden voor het lage temperatuurcircuit (Par.22).
Gebruik van de analoge ingang voor beide circuits is niet mogelijk.
ANALOGE INGANG VERMOGEN, PAR. 14=2 (PAR. 22=2 VOOR
LAGE TEMPERATUURCIRCUITS)
De vraag voor het Hoge/Lage Temperatuurcircuit vindt plaats vol-
gens onderstaande regels:
0-2Vdc: Het Hoge/Lage Temperatuurcircuit vraagt niet om warmte
2-9Vdc: de vraag om warmte wordt omgezet in een verzoek om ver-
250
200
150
100
50
0
1
2
3
4
5
Tension (Volts)
Spannung (Volt)
Spannung (Volt)
Spanning (Volt)
vindt er geen vrijgave plaats voor starten van de brander.
Wanneer de Slavekaart driemaal een temperatuur van de
verwarmingsketel van meer dan 85°C met ingeschakelde bran-
der waarneemt, wordt het warmte-element uitgeschakeld en de
ontstekingsprocedure opnieuw gestart.
Noodfunctie
Bij storingen in de Masterkaart kunnen de Slavekaarten op twee
manieren handmatig gestuurd worden:
- Met eBUS en met de Collectorsonde
Schakel de stroom naar het systeem uit, maak de BUS los. Stel
op alle Slavekaarten het adres 000000 in (J10 en J17 OFF).
Sluit stroomvoeding van 21 tot 28 Vac aan op de BUS.
Indien
Temperatuur
Collector
Vooringesteld op 70°C; instelbaar van 10 tot 80°C) werken alle
branders met maximaal vermogen.
Indien Temperatuur Collector > Noodtemp. + 5°C zijn alle bran-
ders uitgeschakeld.
- Met PC
Schakel de stroom naar het systeem uit, maak de BUS los en
sluit de PC-interface aan. Het vermogen van de branders kan
rechtstreeks via de PC naar de Slavekaarten gezonden worden.
In geval van storingen contact opnemen met de Technische
Servicedienst RIELLO.
mogen voor elke Slave. Een ingang van 2V komt overeen
met het minimumvermogen, 9V met het maximumvermo-
gen (Par.15). Tussen 2V en 9V wordt het vermogen lineair
berekend. De hysterese voor beëindigen van het verzoek om
warmte bedraagt 0,2V, m.a.w. boven 2V bestaat de vraag,
onder 1,8V is er geen vraag meer.
De brander wordt ingeschakeld wan-
neer:
Toevoertemperatuur ≤ Setpoint_ch_
(Toevoertemperatuur ≤ Setpoint_ch_
De brander wordt uitgeschakeld wan-
Toevoertemperatuur > Setpoint_ch_high
6
7
8
9
10
(Toevoertemperatuur > Setpoint_ch_low
NEDERLANDS
<
Noodtemp.
high (Par.1) - Ch_high_mod_hist_on
(Par.19)
low (Par.3) - Ch_low_mod_hist_on
(Par.26))
neer:
(Par.1) + Ch_high_hist_off (Par.20)
(Par.3) + Ch_low_hist_off (Par.27))
NL
(Par.40;

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis