8.3.4 Motorsnelheidslimiet
Stel de snelheidslimiet in voor de tapsnelheid en terugkeersnelheid.
8.3.5 Motormodel
Tik op het tekstvak om te schakelen tussen 60ST en 80ST.
• 60ST: 60ST-M1350 motormodel, geschikt voor M10, M12 en M16 tapmachines.
• 80ST: 80ST-M4050 motormodel, geschikt voor M24, M30, M36 en M48 tapmachines.
8.3.6 Taal
Tik om te schakelen tussen de beschikbare talen.
8.3.7 Initialisatie van servoparameters
• Tik op YES (JA) om de parameters te resetten naar de standaardwaarden. Na het
tikken op "ja", schakel het gereedschap uit door op de aan/uit-knop te drukken,
zodat de wijzigingen van kracht worden.
• Tik op NO (NEE) om af te sluiten zonder wijzigingen aan te brengen.
8.3.8 Aangepaste servomotorparameter
VOORZICHTIG! Risico op schade!
» De aangepaste servomotorparameter mag alleen worden aangepast onder begeleiding
van professionele technici. Het proberen te wijzigen van deze parameters zonder de
juiste expertise kan schade veroorzaken aan de motor of andere kritieke onderdelen.
OPMERKING!
» Toegang tot de aangepaste servomotorparameterinstellingen is beperkt en
vereist het invoeren van het wachtwoord "666888" voordat de interface voor
parameterinstellingen wordt geopend.
• Fn003: Instelling van encoderpulsen (2500)
• Fn023: Lusversterking bij lage snelheid van motor
• Fn024: Integrale constante van de lus bij lage snelheid van motor
• Fn025: Lusversterking bij hoge snelheid van motor
• Fn026: Integrale constante van de lus bij hoge snelheid van motor
• Fn027: Stroomlusversterking van motor
• Fn028: Integrale constante van de stroomlus van motor
• Fn063: Positielusversterking bij lage snelheid
• Fn064: Positielusversterking bij hoge snelheid
8.4 Diepgatbewerking
OPMERKING!
» Voor de overige parameterinstellingen, zie hoofdstuk 8.1 Gewone bediening.
J
Thread Select
M4.00
Tapping Speed
312
rpm
Return Speed
312
rpm
User
File 1
Parameter
8.4.1 Tapcycli
• Tik op Tapping Cycles (Tapcycli) om het aantal tapstappen in te stellen tijdens
diepgatbewerking.
• Bijvoorbeeld, als u 3 tapcycli instelt en de schroefdraadstijging is 2 mm, zal de
diepte van elke tapstap 6 mm zijn (3 cycli × 2 mm schroefdraadstijging).
8.4.2 Terugtrekcycli
• Tik op Return Cycles (Terugtrekcycli)om het aantal terugtrekstappen in te stellen
tijdens diepgatbewerking.
• Bijvoorbeeld, als u 1 terugtrekcyclus instelt en de schroefdraadstijging is 2 mm, zal
de diepte van elke terugtrekstap 2 mm zijn (1 cyclus × 2 mm schroefdraadstijging).
OPMERKING!
» De waarde van de terugtrekcycli moet kleiner zijn dan de waarde van de tapcycli.
Tapping Pitch
Tapping Depth
0.700
mm
15.00
Tapping Cycles
Actual Depth
OFF
R
2.00
Return Cycles
MANUAL
111
R
Machine
Deep Hole
Ordinary
Parameter
Operation
Operation
9. Werking
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel door onjuist gebruik!
» Lees en begrijp deze handleiding zorgvuldig voordat u het gereedschap
bedient. Voer een grondige inspectie uit om een veilige en efficiënte werking te
waarborgen.
9.1 Veiligheidsvoorzieningen en gebruik van de
bedieningselementen
WAARSCHUWING! Risico op letsel door onjuist gebruik van de
veiligheidsvoorzieningen!
» De op het gereedschap geïnstalleerde veiligheidsvoorzieningen zijn cruciaal voor
het voorkomen van ongevallen en letsel. Het is essentieel ervoor te zorgen dat
deze veiligheidsvoorzieningen op hun plaats blijven, goed functioneren en onder
geen enkele omstandigheid worden aangepast of omzeild.
WAARSCHUWING! Risico op letsel door gebrek aan kennis van de juiste
bediening!
» Voordat u het gereedschap bedient, maak u vertrouwd met de locatie en
functionaliteit van alle bedieningselementen, zodat u een goed begrip hebt van
hun functies.
9.1.1 Startknop en omkeerknop
De startknop (14) (Afb. K) start en stopt het tapproces.
• In de Manual (Handmatige) modus, druk en houd de startknop ingedrukt om te
beginnen met tappen en laat los om te stoppen.
• In de Auto (Automatische) modus, druk op de startknop om de geautomatiseerde
tapcyclus te starten nadat de tap in het gat van het werkstuk is gepositioneerd.
De omkeerknop (13) (Afb. K) verandert de draairichting van de spindel.
Gebruik de omkeerknop wanneer:
• De tap uit het werkstuk wordt gehaald aan het einde van het tapproces in de
handmatige modus.
• De tap wordt losgemaakt als deze vast komt te zitten of blokkeert in het werkstuk.
K
Startknop (14)
mm
9.1.2 Steunen
De steun (8) (Afb. L) heeft twee functies:
mm
• Het biedt een terugslageffect, waardoor de scharnierarm (7) soepel en consistent
terugkeert naar zijn startpositie na het tappen.
• Het fungeert als een schokdemper, die plotselinge krachten en trillingen tijdens
de tapbewerking opvangt.
L
Steunen (8)
Omkeerknop (13)
Scharnierarm (7)
35