e) Aansluiting op de ontvanger
Verbind de aansluitkabel voor de ontvangeraansluiting in de bus „ST3" van de somsignaalomzetter. De aansluitbussen
1 - 10 van de kabel zijn voor de ontvangeraansluiting voorzien.
De contacten van de aansluitkabel zijn als volgt gerangschikt:
Contact 10 = kanaal 1
Contact 9 = kanaal 2
Contact 8 = kanaal 3
Contact 7 = kanaal 4
Contact 6 = kanaal 5
Contact 5 = kanaal 6
Contact 4 = kanaal 7
Contact 3 = kanaal 8
Contact 2 = GND/min (-)
Contact 1 = 5 V/plus (+)
De signalen van de 8 ingangen (kanaal 1 - 8) worden door de somsignaalomzetter gemeten en verwerkt. Daarbij
wordt uit alle beschikbare signalen een somsignaal in overeenstemming met de specificatie voor RC-afstands-
bedieningen (pulsbreedte tussen 1 ms en 2 ms) gevormd. Op basis van de meting van de signalen en de
signaalverwerking komt het daarbij tot een tijdsvertraging van een framelengte. Dit werkt zich alleszins tijdens de
werking niet uit en wordt daarom enkel omwille van de volledigheid voor de helft vermeld.
De gemeten servosignalen kunnen in willekeurige volgorde, parallel, na elkaar of overlappend optreden. Daarbij is er
geen enkele beperking en daarmee is de somsignaalomzetter voor alle gangbare systemen bruikbaar. Er is evenmin
een sync-pauze tussen de individuele signalen nodig.
Belangrijk!
Let erop de ingangen van de somsignaalomzetter zonder openingen te bezetten!
Bij een 6-kanaalstoestel moeten de ingangen 1 - 6 gebruikt worden en niet bijvoorbeeld kanalen 1 - 4 en
dan 6 - 7. Bij een dergelijke toewijzing zou de elektronica kanalen 6 en 7 niet herkennen!
R9 R13
10
R10 R14
C6
C1
R3 R7 R11 R15
ST2
1
ST1
5
6
Afbeelding 7
ST3
1
2
139