Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

De Eerste Vlucht - Reely 450 ARF QC09 Bedienungsanleitung

Quadrocopter
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für 450 ARF QC09:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen


15.

De eerste vlucht

De eerste vliegpogingen moet u moet ingeschakelde sensoren uitvoeren (functie „Agility-Mode" is gedeactiveerd) en
aan de vliegeigenschappen gewoon raken.
Na een succesvolle gewenningsfase activeert u op voldoende hoogte boven de grond de functie „Agility-Mode" op uw
afstandsbedieningszender. De sensoren zijn nu in hun werking beperkt. Uw QuadroCopter reageert nu gelijkaardig
aan een helikopter en de stuurreacties zijn duidelijk beweeglijker.
Als overheersende vliegeigenschappen in de „Agility-Mode" door u nog niet volledig beheerst worden, kunt u op elk
moment tijdens het vliegen de sensoren opnieuw inschakelen. De QuadroCopter heeft dan opnieuw de gewone vlieg-
en stuureigenschappen.
In de „Agility-Mode" kunnen met de QuadroCopter eenvoudige acrobatische vluchten (loopings en rollen) met een
Quadrocopter worden uitgevoerd. Het uitvoeren van deze vliegfiguren moet echter op voldoende vlieghoogte worden
uitgevoerd.
Belangrijk!
Stel de gasknuppel voor het inschakelen van de zender op „Motoren uit" en alle trimhendels van de
stuurknuppels op nul (trimfunctie in de middelste positie). Anders kan het zijn dat de QuadroCopter de
zender niet herkent na het aansluiten van de vliegaccu.
Let op!
De vliegeigenschappen bij een geactiveerde „Agility Mode"-functie zijn niet meer geschikt voor beginners.
Indien u niet over voldoende vliegervaring met QuadroCopters en/of helikopters beschikt, raden wij u aan
om de eerste vluchten met een geactiveerde „Agility Mode" voorzichtig uit te voeren.
In tegenstelling tot acrobatische helikopters mag u bij een looping of een rol geen gas terugnemen in de rugstand van
de QuadroCopter, aangezien de vliegbewegingen uitsluitend door toerentalwijzigingen van de rotoren worden opgewekt.
Als het gas te laag is, zin de mogelijke of nodige toerentalwijzigingen van de afzonderlijke rotoren door de Flight
Control voor acrobatische figuren niet meer mogelijk. De QuadroCopter wordt in dit geval oncontroleerbaar!
Let ook op een goede accubevestiging aan uw QuadroCopter die voorkomt dat de accu losraakt of verschuift.
Schakel de afstandsbediening in. Sluit vervolgens de vliegaccu aan. De QuadroCopter bevestigt een korte zelftest
met het continu branden van de groene LED. In het geval van een fout knipperen de LED's.
Mocht een fout optreden, moet de accu verwijderd en na het verhelpen van de fout (bijv. gas niet in de nulpositie) weer
aangesloten worden. In het geval van een fout kunnen de motoren om veiligheidsredenen niet worden gestart. Let
erop dat de QuadroCopter zo mogelijk horizontaal geplaatst wordt, wanneer de accu wordt aangesloten.
Bij het oplichten van de groene LED worden alle sensoren intern afgesteld en tijdens deze periode mag de Quadro-
Copter niet worden bewogen. Indien de startplaats niet effen is, wordt aangeraden om het afstellen op een horizontaal
oppervlak uit te voeren en de neutrale positie door vol gas/gier naar rechts op te slaan (zie hoofdstuk „Neutrale positie
instellen").
Start de motoren (met gas op nul, gier naar links) en laat de motoren in de vrijloop draaien. Controleer nog eens de
loop van de rotoren. Alle rotoren moeten gelijkmatig in een vlak draaien, zonder dat de QuadroCopter vibreert.
Indien een motor niet start, moet u de motoren weer uitschakelen en de rotor van de niet gestarte motor met een kwart
draaiing handmatig draaien. Daarna start u de motoren weer.
160

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis