Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Opsporen Van Storingen - Grundfos SL1 Serie Montage- Und Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für SL1 Serie:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

11. Opsporen van storingen

Waarschuwing
Voordat een poging wordt gedaan om een storing te
analyseren, dienen de zekeringen te worden verwij-
derd of dient de voedingsspanning te worden uitge-
schakeld. Zorg dat de voedingsspanning niet per
ongeluk kan worden ingeschakeld.
Er mogen geen onderdelen meer draaien.
Storing
1. De motor schakelt niet in.
Zekeringen doorgebrand
of veiligheidsautomaat
schakelt direct uit.
Let op: Schakel de pomp
niet opnieuw in!
2. De pomp draait, maar de
motorbeveiliging schakelt
de pomp na een korte tijd
uit.
3. De thermische schakelaar
van de pomp schakelt na
een korte tijd uit.
4. De pomp werkt met te lage
capaciteit en energiever-
bruik.
5. Pomp in bedrijf, maar ver-
pompt geen vloeistof.
6. Hoog opgenomen vermo-
gen (SLV).
7. Luidruchtig bedrijf en over-
matige trillingen (SL1).
8. Pomp verstopt.
* Geldt alleen voor pompen met sensor en IO 113.
Oorzaak
a) Storing in de voeding; kortsluiting; aardleksto-
ring in kabel of motorwikkelingen.
b) Zekeringen slaan door als gevolg van ver-
keerde type zekering.
c) Waaier geblokkeerd door vuil.
d) Open-belschakelaars, vlotterschakelaars of
elektroden verkeerd ingesteld of defect.
e) Vocht in het statorhuis (alarm).
De IO 113 onderbreekt de voedingsspanning.*
f)
De WIO-sensor wordt niet met olie bedekt
(alarm). De IO 113 onderbreekt de voedings-
spanning.*
g) Statorisolatieweerstand te laag.*
a) Lage instelling van thermisch relais in motor-
beveiliging.
b) Verhoogd stroomverbruik door grote span-
ningsdip.
c) Waaier geblokkeerd door vuil.
Verhoogd stroomverbruik op alle drie fasen.
d) Verkeerde draairichting.
a) Vloeistoftemperatuur te hoog.
b) Viscositeit van de verpompte vloeistof te
hoog.
c) Onjuiste elektrische aansluiting.
(Als de pomp in ster is aangesloten op een
driehoek-aansluiting, zal dit resulteren in een
zeer lage onderspanning).
a) Waaier geblokkeerd door vuil.
b) Verkeerde draairichting.
a) Persklep gesloten of geblokkeerd.
b) Terugslagklep geblokkeerd.
c) Lucht in de pomp.
a) Verkeerde draairichting.
b) Waaier geblokkeerd door vuil.
a) Verkeerde draairichting.
b) Waaier geblokkeerd door vuil.
a) De vloeistof bevat grote deeltjes.
b) Er heeft zich een drijflaag in de put gevormd.
Waarschuwing
Alle voorschriften die van toepassing zijn op pompen
die zijn opgesteld in explosiegevaarlijke omgevingen
moeten worden nageleefd.
Zorg dat er geen werkzaamheden worden uitgevoerd
in explosiegevaarlijke omgevingen.
Start het opsporen van storingen voor pompen met
sensor door de status te controleren van het IO 113
frontpaneel.
N.B.
Zie de installatie- en bedieningsinstructies voor de IO
113.
Oplossing
Laat de kabel en motor controleren en repareren
door een bevoegd elektricien.
Installeer zekeringen van het juiste type.
Reinig de waaier.
Stel de belvormige niveaumelders, vlotterschake-
laars of elektroden opnieuw in of vervang ze.
Vervang de O-ringen, de asafdichting en de vocht-
detectieschakelaar.
Controleer en vervang eventueel de asafdichting,
vul olie bij en reset de IO 113.
Reset alarm op IO 113, zie installatie- en bedie-
ningsinstructies voor IO 113.
Stel het relais in overeenkomstig de specificaties
op het typeplaatje.
Meet de spanning tussen twee motorfasen.
Tolerantie: - 10 %/+ 6 %. Herstel de correcte voe-
dingsspanning.
Reinig de waaier.
Controleer de draairichting en wissel eventueel
twee willekeurige fasen in de inkomende voedings-
kabel om. Zie paragraaf
Verlaag de vloeistoftemperatuur.
Verdun de verpompte vloeistof.
Controleer en corrigeer de elektrische installatie.
Reinig de waaier.
Controleer de draairichting en wissel eventueel
twee willekeurige fasen in de inkomende voedings-
kabel om. Zie paragraaf
Controleer de persklep en draai deze eventueel
open of maak hem schoon.
Reinig de terugslagklep.
Ontlucht de pomp.
Controleer de draairichting en wissel eventueel
twee willekeurige fasen in de inkomende voedings-
kabel om. Zie paragraaf
Reinig de waaier.
Controleer de draairichting en wissel eventueel
twee willekeurige fasen in de inkomende voedings-
kabel om. Zie paragraaf
Reinig de waaier.
Kies een pomp met een grotere doorlaat.
Installeer een menger in de pompput.
9.3
Draairichting.
9.3
Draairichting.
9.3
Draairichting.
9.3
Draairichting.
337

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Slv serie

Inhaltsverzeichnis