Herunterladen Diese Seite drucken

Inleiding En Algemene Beschrijving; Lasbaarheid Van Metalen; Technische Gegevens; Kentekenplaat - Telwin Inverpulse 625 Bedienungsanleitung

Professionelle draht-schweißmaschinen

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 26
- In aanwezigheid van ontvlambare of ontploffende materialen
MOETEN vooraf geëvalueerd worden door een "Verantwoordelijke expert" en
altijd uitgevoerd worden in aanwezigheid van andere personen die opgeleid
zijn voor ingrepen in noodgeval.
De technische beschermingsmiddelen beschreven in 5.10; A.7; A.9. van de
"TECHNISCHE SPECIFICATIE IEC of CLC/TS 62081" MOETEN toegepast
worden.
- Het lassen MOET verboden zijn terwijl de lasmachine of de draadvoeder
ondersteund wordt door de operator (vb. middels riemen).
- Het lassen MOET verboden zijn met een operator die van de grond opgeheven
staat, behoudens het eventueel gebruik van een veiligheidsplatform.
- SPANNING TUSSEN ELEKTRODENHOUDER OF TOORTSEN: wanneer men
werkt met meerdere lasmachines op een enkel stuk of op meerdere elektrisch
verbonden stukken, kan er een gevaarlijke som van nullastspanningen tussen
twee verschillende elektrodenhouders of toortsen gegenereerd worden, aan
een waarde die het dubbel van de toegelaten limiet kan bereiken.
Het is noodzakelijk dat een ervaren coördinator het meten van de instrumenten
uitvoert teneinde te bepalen of er een risico bestaat en om de adequate
beschermende maatregelen te treffen zoals aangeduid wordt in 5.9 van de
"TECHNISCHE SPECIFICATIE IEC of CLC/TS 62081".
RESIDU RISICO'S
- OMKANTELING: de lasmachine op een horizontaal oppervlak plaatsen met
een adequaat draagvermogen voor de massa; zoniet (vb. hellende, oneffen
bevloeringen enz...) bestaat het gevaar van omkanteling.
- Het is verboden het geheel van wagentje met lasmachine, draadvoeder en
koelunit (indien aanwezig) op te hijsen.
- De enige manier van ophijsen die toegestaan is, is diegene die voorzien is in
het deel "INSTALLATIE" van deze handleiding.
- ONJUIST GEBRUIK: het gebruik van de lasmachine is gevaarlijk voor gelijk
welke bewerking die verschilt van diegene die voorzien zijn (vb. ontvriezen
van buizen van de waterleiding).
- VERPLAATSING VAN DE LASMACHINE EN BIJHOREND WAGENTJE: de
gascilinder altijd vasthechten met adequate middelen die geschikt zijn om
toevallig vallen te vermijden.
De beschermingen en de mobiele gedeelten van het omhulsel van de lasmachine
en van de draadvoeder moeten in hun stand staan voordat de lasmachine wordt
verbonden met het voedingsnet.
OPGELET! Gelijk welke manuele ingreep op gedeelten in beweging van de
draadvoeder, bijvoorbeeld :
- Vervanging rollen en/of draadgeleiders
- Invoer van de draad in de rollen
- Lading van de draadspoel
- Schoonmaak van de rollen, van de raderwerken en van de eronder staande
zone
- Smering van de raderwerken
MOET UITGEVOERD WORDEN MET EEN UITGESCHAKELDE LASMACHINE DIE
LOSGEKOPPELD IS VAN HET VOEDINGSNET.

2.INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING

Deze lasmachine bestaat uit een stroombron en een geïntegreerde draadvoeder.
De stroombron is een gelijkrichter met driefasen voeding voor meerdere procedures
(MIG-MAG SYNERGETISCH continu en gepulseerd, TIG en MMA) met elektronische
regeling (switch-mode) gecontroleerd door een microprocessor, met een volledige
brug aan de primaire kant.
De draadvoeder is voorzien van een unit draadtrekker met 4 gemotoriseerde rollen met
onafhankelijke regeling van de sleepdruk; het digitaal controlepaneel is geïntegreerd
met de kaart van regeling met microprocessor en hierin zijn hoofdzakelijk drie functies
gecondenseerd:
a) INSTELLING EN REGELING VAN DE PARAMETERS
Middels deze interface gebruiker is de instelling en de regeling van de operatieve
parameters, de selectie van de opgeslagen programma's, de visualisering van de
condities van staat en van de waarde van de parameters op het display mogelijk.
b) OPROEP VAN
VOOROPGESLAGEN
VOOR MIG-MAG LASSEN
Deze programma's zijn voorbepaald en opgeslagen door de fabrikant (dus niet
wijzigbaar); wanneer een van deze programma's wordt opgeroepen, kan de
gebruiker een bepaald werkpunt selecteren (dat overeenstemt met een set van
verschillende onafhankelijke parameters van lassen) waarbij een enkele grootte
wordt geregeld. Dit is het concept van SYNERGIE, die toestaat uiterst gemakkelijk
een optimale regeling van de lasmachine te bekomen in functie van elke specifieke
operatieve conditie.
c) OPSLAAN/OPROEPEN VAN GEPERSONALISEERDE PROGRAMMA'S
Deze functionaliteit is beschikbaar zowel wanneer men werkt in het kader van een
synergetisch programma, als in de manuele modaliteit (in dit geval is de instelling
van alle parameters van het lassen arbitrair). Deze werkwijze staat de gebruiker toe
een specifieke lasoperatie op te slaan en vervolgens op te roepen.

2.2 LASBAARHEID VAN METALEN

MIG-MAG De lasmachine is geschikt voor het MIG-lassen van aluminium en zijn
legeringen, het MIG-solderen typisch uitgevoerd op verzinkte platen en het MAG-
lassen van koolstofstalen, gelegeerde staalsoorten en roestvrij staal.
Het MIG- lassen van het aluminium en zijn legeringen moet uitgevoerd worden gebruik
makend van volle draden met een samenstelling die compatibel is met het te lassen
materiaal en beschermend gas Ar puur (99,9%).
Het MIG-solderen kan typisch uitgevoerd worden op verzinkte platen met volle draden
in koperlegering (vb. silicium koper of aluminium koper) met beschermend gas Ar
puur (99,9%).
Het MAG-lassen van de koolstofstalen en laaggelegeerde staalsoorten moet
uitgevoerd worden gebruikmakend van volle draden met een samenstelling compatibel
met het te lassen materiaal, beschermingsgas Co
(Argon typisch > 80%).
Voor het lassen van de roestvrije stalen worden typisch gasmengsels Ar/O
gebruikt (Ar typisch > 98%).
TIG De lasmachine is aangewezen voor het TIG-lassen in continue stroom (DC)
SYNERGETISCHE
PROGRAMMA'S
, mengsels Ar/CO
of Ar/CO
2
2
of Ar/CO
2
met ontsteking van de boog met contact (modaliteit LIFT ARC), geschikt voor het
gebruik met alle staalsoorten (koolstofstalen, laaggelegeerde en hooggelegeerde
staalsoorten) en van de zware metalen (koper, nikkel, titaan en hun legeringen) met
beschermingsgas Ar puur (99,9%) ofwel, voor bijzondere gebruiken, met mengsels
Argon/Helium.
MMA De lasmachine is aangewezen voor het lassen met elektroden MMA in continue
stroom (DC) met alle typologieën van beklede elektroden.
2.3 SERIEHULPSTUKKEN
- Adaptor gasfles ARGON.
- Retourkabel volledig met massagrijper .
- Drukreductor 2 manometers.
- Kit verbindingskabels 1,5m.
- Groep waterkoeling G.R.A.
(alleen voor versie R.A.).
- Toorts MIG
(watergekoeld in de versie R.A.).
- Draadvoeder.
- Kit afdekking spoel.
- Wagentje
2.4 HULPSTUKKEN OP AANVRAAG
- Manuele afstandsbediening 1 potentiometer (alleen TIG en MMA).
- Manuele afstandsbediening 2 potentiometers.
- Afstandsbediening met pedaal (alleen TIG en MMA).
- Groep waterkoeling G.R.A.
(seriehulpstuk alleen voor versie R.A.).
- Kit verbindingskabels R.A. 4m, 10m, 30m.
- Kit verbindingskabels 4 of 10m.
- Kit wielen draadvoeder.
- Kit lassen aluminium .
- Kit lassen gevulde draad.
- Kit lassen MMA 600A.
- Toorts MIG 5m 500A.
- Toorts MIG 3m 500A R.A.
(seriehulpstuk alleen voor versie R.A.).
- Toorts MIG 5m 500A R.A.
- Toorts TIG 4 o 8m, 220A.
- Toorts TIG 4 o 8m 350A R.A.
- Toorts MIG/TIG UP/DOWN met/zonder potentiometer.
- Toorts PUSH PULL.
- Toorts met seriekabel 485.
- Kit dubbele gasfles.

3.TECHNISCHE GEGEVENS

3.1 KENTEKENPLAAT (FIG. A)
De belangrijkste gegevens m.b.t. het gebruik en de prestaties van de lasmachine zijn
samengevat op de kentekenplaat met de volgende betekenis:
1- Beschermingsgraad van het omhulsel.
2- Symbool van de voedingslijn:
1~: eenfase wisselspanning;
3~: driefasen wisselspanning.
3- Symbool S: wijst erop dat er lasoperaties mogen uitgevoerd worden in een ruimte
met een verhoogd risico van elektroshock (vb. in de onmiddellijke nabijheid van
grote metalen massa's).
4- Symbool van de voorziene lasprocedure.
5- Symbool van de binnenstructuur van de lasmachine.
6- EUROPESE referentienorm voor de veiligheid en de bouw van de machines voor
booglassen.
7- Inschrijvingsnummer voor de identificatie van de lasmachine (noodzakelijk voor de
technische service, de aanvraag van reserve onderdelen en het opzoeken van de
oorsprong van het product).
8- Prestaties van het lascircuit:
- U
: maximum spanning piek leeg (lascircuit open).
0
- I
/U
: Genormaliseerde overeenstemmende stroom en spanning die door de
2
2
lasmachine tijdens het lassen kunnen verdeeld worden.
- X : Verhouding intermittentie: duidt de tijd aan dat de machine de
overeenstemmende stroom kan verdelen (zelfde kolom). Wordt uitgedrukt in %,
op basis van een cyclus van 10min (vb. 60% = 6 minuten werk, 4 minuten pauze;
en zo verder).
Ingeval de gebruiksfactoren (van de kentekenplaat, die verwijzen naar 40°C
ruimte) overschreden worden, wordt de ingreep van de thermische beveiliging
bepaald ( de lasmachine blijft in stand-by tot haar temperatuur terug binnen de
toegestane limieten ligt).
- A/V-A/V: Duidt de gamma aan van de regeling van de lasstroom (minimum -
maximum) aan de overeenstemmende boogspanning.
9- Kentekens van de voedingslijn:
- U
: Wisselspanning en voedingsfrequentie van de lasmachine (toegelaten
1
limieten ±10%):
- I
: Maximum stroom verbruikt door de lijn.
1 max
- I
: Effectieve voedingsstroom.
1eff
10-
: De waarde van de zekeringen met vertraagde werking moet voorzien
worden voor de bescherming van de lij.
11-Symbolen m.b.t. de veiligheidsnormen waarvan de betekenis aangeduid is in
hoofdstuk 1 "Algemene veiligheid voor het booglassen".
Opmerking: Het aangegeven voorbeeld van de kentekenplaat geeft een indicatieve
aanwijzing van de betekenis van de symbolen en van de cijfers; de exacte waarden
van de technische gegevens van de lasmachine in uw bezit moeten rechtstreeks
genomen worden van de kentekenplaat van de lasmachine zelf.

3.2 ANDERE TECHNISCHE GEGEVENS:

- LASMACHINE:

zie tabel (TAB.1)
- TOORTS:
zie tabel (TAB.2A)
- DRAADVOEDER:
zie tabel (TAB.2B)

4. BESCHRIJVING VAN DE LASMACHINE

4.1 INRICHITNGEN VAN CONTROLE, REGELING EN AANSLUITING
4.1.1 Lasmachine (FIG. B1)
op de voorkant:
1-
Controlepaneel (zie beschrijving).
2-
Negatieve snapmofverbinding (-) voor kabel lasstroom (massakabel voor MIG en
MMA, kabel toorts voor TIG).
3-
Gasaansluiting voor toorts TIG.
-O
4-
Connector 3p voor kabel controle TOORTS TIG.
2
2
5-
Connector met 14p voor verbinding van de afstandsbediening (op aanvraag).
6-
Positieve snapmofverbinding (+) voor massakabel lassen TIG.
2
op de achterkant :
7-
Hoofdschakelaar ON/OFF.
- 48 -

Werbung

loading