Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Over Compact 3020; 2:1 Functies Van De Verwarmingsketel - Alde Compact 3020 Servicehandbuch

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Compact 3020:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 19
Rubberen verbinding met automatische ontluchting en achterventiel.
Expansievat met achterventiel
NB: Zorg ervoor dat de stroomrichting in de bijvulpomp
overeenkomt met de pijl op het achterventiel, anders
bestaat het risico dat het achterventiel verplaatst of zich
omdraait.
NB: Op sommige voertuigen kan het vat in spiegelbeeld
gemonteerd zijn, wat inhoudt dat de stroomrichting in de
omgekeerde richting is.
Luchten van het verwarmingssysteem in de
caravan (handmatig):
De verwarmingsketel moet aan staan en de circulatie-
pomp uit. Begin met het openen van de luchtschroeven
(zie in het instructieboek waar deze zich bevinden). Laat
ze open totdat de vloeistof uit de luchtschroef komt, sluit
de luchtschroef daarna af. Start de circulatiepomp en laat
hem even lopen, de snelheid van de circulatiepomp kan
ook verhoogd worden (situatie 5). Voel of de buizen en
de radiatoren overal warm worden in het voertuig. Vergeet
niet om de circulatiepomp weer terug te zetten (situatie 2) na
het luchten.
Als de lucht niet is verdwenen, kunt u als volgt
te werk gaan:
De verwarmingsketel moet aan staan en de circulatie-
pomp uit. Draai het steunwiel van de wagen naar bened-
en zodat de wagen naar voren helt. Laat hem een paar
minuten zo staan, zodat eventuele lucht omhoog trekt
in het systeem. Open de luchtschroeven op het hoogste
punt en houd deze open totdat de lucht eruit is gekomen.
Draai het steunwiel weer omhoog tot het maximaal
niveau en doe hetzelfde in deze situatie. Zet de wagen
daarna horizontaal neer en start de circulatiepomp.
Controleer of de warmte overal in de wagen komt. Bij het
luchten van een boogiewagen of caravan is het het een-
voudigst om op een flink hellende ondergrond te staan of
deze met een krik op te tillen.

2. OVER COMPACT 3020

Zo is de verwarmingsketel opgebouwd
De verwarmingsketel bestaat uit drie excentrisch gem-
onteerde buizen. De binnenste is de warmtewisselaar
die uit geëxtrudeerd aluminium bestaat. Daaromheen is
de watermantel voor vloeistof geplaatst, die 40% glycol-
mengsel bevat.
Buiten de watermantel zit de boiler, bedoeld voor drink-
water. De twee buitenste buizen met korte zijden en
aansluitingen zijn van roestvrij staal. De warmtewisselaar
is geplaatst in de bovenste cirkelhelft met behulp van
een u-vormige keerschot.
De brander zit in de bovenste cirkelhelft, die de ver-
brandingskamer vormt. De keerschotten leiden de
rookgassen op de terugweg naar het onderste gedeelte
van het profiel dat het convectiegedeelte vormt. Op de
korte zijde van de warmtewisselaar is het branderhuis
vastgelast. Op het branderhuis zit de ventilator, brander,
magneetventiel en aanzuig- resp. uitlaataansluiting Door
de binnenste buis worden uitlaatgassen afgevoerd en
via de buitenste wordt de inlaatlucht naar binnen gevo-
erd. De uitlaatgassen verlaten het voertuig via een slang
of door een dak- of muurschoorsteen. De inlaatlucht
wordt ook via dezelfde schoorsteen naar binnen gehaald
(gebalanceerde trek). In het bovenste gedeelte van de
watermantel zijn 2 elektrische elementen ingebracht.
Het maximale vermogen op het element is 3 kW.
2:1 FUNCTIES VAN DE
VERWARMINGSKETEL
De verwarmingsketel is een gecombineerde eenheid om
warmte en warm water te produceren. Als energiebron
wordt elektriciteit, gas of een combinatie van die twee en
AC gebruikt. Het elektrische element, waarvan er twee
zijn, heeft het vermogen 1 resp. 2 kW. Het vermogen
wordt via relais op de printkaart gestuurd.
Bij het opstarten wordt niet het gehele vermogen tegelijk
ingeschakeld, maar het inschakelen van het vermogen
vindt in twee of drie stappen plaats met een paar sec-
onden vertraging ertussen. De verwarmingsketel heeft
een brander die op twee vermogensstappen werkt. Het
lagere vermogen is 3 kW en het hogere 5,5 kW. Op welk
vermogen de verwarmingsketel werkt hangt af van de
warmtebehoefte in het voertuig.
Op de printkaart zijn alle functies aangesloten die
nodig zijn om de verwarmingsketel te controleren
en te sturen.
Zij kunnen in de volgende eenheden onderverdeeld worden:
• Controle en regeling van het toerental van de ventilator bij de
verschillende vermogens.
• De verschillende vermogens van het gasventiel openen op het
juiste tijdstip.
• Vonk van de brander via de twee slagpinnen die op de brander
gemonteerd zijn.
• Controle van de vlam door sensorpin gemonteerd op de brander.
• Sturing en controle van de radiatortemperatuur via sensor die ge-
monteerd is op het ketellichaam.
• Sturing van de wamwatertemperatuur via sensor die op de boiler
gemonteerd is.
• Regeling van de kamertemperatuur in het voertuig via sensor op
het bedieningspaneel of sensor die op het bedieningspaneel is
aangesloten.
59

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis