Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
Bediening van de brancard
Stuurvergrendeling zwenkwielen
Door de stuurvergrendeling van de zwenkwielen uit te schakelen kan het voorste stel zwenkwielen onbelem-
merd ronddraaien. De brancard is daardoor mobieler.
WAARSCHUWING
De stuurvergrendelingsknop van de zwenkwielen en de zwenkwielen moeten in de vergrendelde stand staan
als de brancard in of uit een voertuig of laadvloersysteem wordt geschoven en wanneer de brancardhoogte
wordt gewijzigd. Anders kan de brancard instabiel worden. Het gevolg kan zijn dat de patiënt of het ambulan-
cepersoneel letsel oploopt.
Als u de voorste zwenkwielen onbelemmerd wilt laten
ronddraaien, moet u de stuurvergrendeling van de
zwenkwielen uitschakelen. Draai hiertoe de rode ver-
grendelingsknop aan elke zijde van de voorpoten naar
de niet−vergrendelde stand. Nadat de vergrendelings-
knop naar de niet−vergrendelde stand is gedraaid, kunt
u de brancard in de gewenste richting duwen. De
zwenkwielen zullen nu onbelemmerd ronddraaien.
NIET VERGRENDELD
Als u wilt voorkomen dat de voorste zwenkwielen onbe-
lemmerd ronddraaien, moet u de stuurvergrendeling
van de zwenkwielen inschakelen. Draai hiertoe de rode
vergrendelingsknop aan elke zijde van de voorpoten
naar de vergrendelde stand. Duw de brancard naar vo-
ren. De zwenkwielen draaien vervolgens rond en wor-
den in de juiste positie ten opzichte van elkaar uitge-
lijnd, waarna de draaivergrendeling zal worden
ingeschakeld.
LET OP
De stuurvergrendeling kan vanaf elke zijde van het ba-
VERGRENDELD
sisframe worden ingeschakeld of uitgeschakeld.
4−19
Werbung
Inhaltsverzeichnis
