Herunterladen Diese Seite drucken

Ambu aScope 5 Broncho Bedienungsanleitung Seite 147

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für aScope 5 Broncho:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 40
25. De gebruiker moet professioneel beoordelen of een bronchoscopieprocedure geschikt
is voor patiënten met een ernstige hartaandoening (bv. levensbedreigende aritmie en
recent myocardinfarct) of acuut ademhalingsfalen met hypercapnie. Ongecorrigeerde
coagulopathie is relevant als er een transbronchiale biopsie is gepland. Ernstige
complicaties komen vaker voor in de genoemde patiëntcategorieën.
26. Het gebruik van endotherapeutische instrumenten, waaronder de cryosonde, kan in
zeldzame gevallen gasembolie veroorzaken. Bewaak de patiënt op de juiste wijze
tijdens en na de behandeling.
27. Patiëntlekkagestromingen zijn mogelijk bijkomend tijdens het gebruik van actieve
endotherapeutische instrumenten. Actieve endotherapeutische instrumenten moeten
worden geclassificeerd als 'type CF' of 'type BF' volgens IEC 60601. Het niet opvolgen
van deze instructie kan leiden tot een te hoge lekstroom en letsel bij de patiënt.
28. Endotherapeutische instrumenten moeten altijd worden gebruikt volgens de
gebruiksaanwijzing van de betreffende fabrikant. Gebruikers moeten altijd vertrouwd zijn met
de veiligheidsmaatregelen en -richtlijnen voor het juiste gebruik van endotherapeutische
instrumenten, waaronder het gebruik van adequate persoonlijke beschermingsmiddelen. Het
niet opvolgen van deze instructie kan resulteren in letsel bij de patiënt of gebruiker.
29. Gebruik de endoscoop en het beeldscherm altijd volgens de gebruiksaanwijzing van
elk product. Het niet opvolgen van deze instructie kan resulteren in letsel bij de
patiënt of gebruiker.
30. Gebruik geen laser of hoogfrequente endotherapeutische instrumenten (zoals een APC-
sonde, hete poliepsnoerder, hete forceps, enz.) met de aScope 5 Broncho 2.7/1.2 en
4.2/2.2, aangezien ze niet compatibel zijn. Het niet opvolgen van deze instructie kan
ertoe leiden dat de patiënt letsel oploopt.
VOORZORGSMAATREGELEN
1. Zorg dat er een geschikt back-upsysteem beschikbaar is dat meteen kan worden
gebruikt, zodat de ingreep kan worden voortgezet als er een storing optreedt.
2. Zorg ervoor dat u de endoscoop niet beschadigt in combinatie met scherpe
endotherapeutische instrumenten zoals naalden.
3. Wees voorzichtig bij het hanteren van de distale tip en zorg dat deze geen andere
voorwerpen raakt, omdat hierdoor schade aan de endoscoop kan ontstaan. Het
lensoppervlak van de distale tip is kwetsbaar; er kan beeldvervorming optreden.
4. Oefen geen overmatige druk op het buigstuk uit, omdat hierdoor schade aan de
endoscoop kan ontstaan. Voorbeelden van verkeerde hantering van het buigstuk zijn:
– Handmatig draaien.
– Gebruik in een ET-buis of in andere gevallen waarbij weerstand voelbaar is.
– Inbrengen in een voorgevormde buis of een tracheostomiebuis waarbij de
buigrichting niet is uitgelijnd met de curve van de buis.
5. Houd het handvat van de endoscoop droog tijdens de voorbereiding en het gebruik,
aangezien vloeistoffen die in het handvat van de endoscoop terechtkomen, een storing
van de camera kunnen veroorzaken.
6. Gebruik geen mes of ander scherp voorwerp om de zak of de kartonnen doos te openen,
aangezien dit kan leiden tot scherpe randen aan het product of storing van het product.
7. Verwijder de afzuigknop om geen enkele reden, omdat dit kan leiden tot schade aan de
endoscoop en verlies van afzuigcapaciteit.
8. Gebruik de endoscoop alleen met medische elektrische apparatuur die voldoet aan
IEC 60601-1, alle bijbehorende toepasselijke secundaire en specifieke normen of
gelijkwaardige veiligheidsnormen. Als u dit niet doet, kan de apparatuur beschadigd raken.
1.6. Mogelijke bijwerkingen
Mogelijke bijwerkingen met betrekking tot flexibele bronchoscopie (niet uitputtend):
tachycardie, bradycardie, hypotensie, bloeding, bronchospasme/laryngospasme, hoesten,
dyspneu, keelpijn, apneu, epileptische aanvallen, desaturatie/hypoxemie, epistaxis, hemoptyse,
pneumothorax, aspiratiepneumonie, longoedeem, obstructie van de luchtwegen, koorts/
infectie en ademhalings-/hartstilstand.
147

Werbung

loading