Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Telwin ELECTROMIG 230 WAVE 400V Bedienungsanleitung Seite 57

Professionelle schweißmaschinen mig-mag, tig (dc), mma mit invertertechnik
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 29
toevoegmateriaal waardoor een makkelijk te modelleren lasnaad ontstaat.
Voordelen:
- zeer makkelijk lassen op dunne gedeelten;
- minder vervorming van het materiaal;
- stabiele boog, ook bij lage stroom;
- snel en precies puntlassen;
- metaalplaten met afstand ertussen kunnen makkelijker aan elkaar worden bevestigd.
7.2.2 De spool gun gebruiken
Alle instelmodi (materiaal, diameter draad, type gas) werken zoals hierboven staat
beschreven.
De knop op de spool gun (Fig. I-5) regelt de snelheid van de draad (en tegelijkertijd de
lasstroom en de dikte). De gebruiker hoeft alleen de boogspanning te corrigeren via
het display (als dat nodig is).
7.3 Werking in de PULSE-modus.
Instellen pulse-modus (Fig. L-6).
Als de knop C-5 minstens 3 seconden ingedrukt wordt gehouden, wordt er een
menu geopend voor het instellen van parameters zoals materiaal, draaddiameter,
type gas. (Fig. L-4). Het lasapparaat wordt automatisch ingesteld op de optimale
werkingsomstandigheden die zijn bepaald door de verschillende opgeslagen
synergetische curves. De gebruiker hoeft alleen de dikte van het materiaal te
selecteren om te kunnen beginnen met lassen.
Ten opzichte van de synergetische modus zijn er twee extra parameters beschikbaar:
-
: Beginstroom
-
: Duur van de beginstroom. Door deze parameter op nul in te stellen, wordt
de beginstroom uitgeschakeld.
7.4 Werking in de PoP-modus (PULSE on PULSE).
Instellen pulse-modus (Fig. L-7).
In de PoP-modus is pulslassen mogelijk met 2 stroomniveaus (I
duur van respectievelijk T2 en T1.
Ten opzichte van de PULS-modus zijn de volgende extra variabelen beschikbaar:
-
: Secundaire lasstroom;
-
: Secundaire correctie van de boog ten opzichte van de vooraf ingestelde
spanning;
-
: secundaire voedingssnelheid van de draad;
-
: secundaire dikte van het materiaal;
-
: duur van de stroom I
;
2
-
: duur van de stroom I
.
1
8. BEDIENING VAN DE TOORTSTOETS
8.1 Bedieningsmodus van de toortstoets
Er kunnen 4 verschillende bedieningsmodus van de toortstoets worden ingesteld:
Modus 2T
Het lassen begint met een druk op de toortstoets en eindigt wanneer de toets wordt
losgelaten.
Modus 4T
Het lassen begint door de toortstoets in te drukken en weer los te laten en eindigt
pas wanneer de toortstoets nogmaals wordt ingedrukt en losgelaten. Deze modus is
handig voor langdurig lassen.
Modus 4T Bi-Level
Het lassen begint met het indrukken en loslaten van de toortstoets. Bij iedere maal
indrukken/loslaten, wordt overgegaan van de stroom (I
symbool) en viceversa. Het lassen stopt pas wanneer de toortstoets gedurende een
bepaalde vooraf ingestelde tijd ingedrukt wordt gehouden.
Puntlasmodus
Hiermee kunnen MIG/MAG-pulsen worden uitgevoerd, met controle van de duur van
de las.
8.2 De bedieningsmodus van de toorts-toets instellen
Om het parameter-instelmenu te openen, houdt u de knop (Fig. B-5) ten minste 3
seconden ingedrukt en laat u deze weer los.
9. MMA-LASSEN: BESCHRIJVING VAN DE PROCEDURE
9.1 BASISPRINCIPES
- Het is noodzakelijk om de aanwijzingen van de fabrikant te raadplegen die op de
verpakking van de gebruikte elektroden staan en die de juiste polariteit van de
elektrode en de bijbehorende optimale stroom aangeven.
- De lasstroom moet afhankelijk van de diameter van de gebruikte elektrode en
het type las dat u wilt uitvoeren worden ingesteld; een indicatie van de bruikbare
stromen voor de verschillende elektrodediameters:
en I
) en met een
2
1
symbool) naar de stroom (I
2
1
- 57 -
Ø Elektrode (mm)
1.6
2.0
2.5
3.2
- Bedenk dat er bij gelijke elektrodediameters hoge lasstromen moeten worden
gebruikt bij lassen op een vlakke ondergrond, terwijl er bij verticaal of boven het
hoofd lassen een lagere stroom moet worden gebruikt.
- De mechanische kenmerken van de las worden, naast de gekozen intensiteit
van de stroom, bepaald door de andere lasparameters zoals lengte van de boog,
snelheid en positie van de uitvoering, diameter en kwaliteit van de elektroden (om
de elektroden op de juiste manier te bewaren, moeten ze worden beschermd tegen
vocht, in hun speciale verpakkingen of houders).
OPGELET:
Afhankelijk van het merk, het type en de dikte van de bekleding van de
elektroden, kan er instabiliteit van de boog optreden die wordt veroorzaakt
door de samenstelling van de elektrode.
9.2 PROCEDURE
- Houd het masker VOOR HET GEZICHT en wrijf de punt van de elektrode over het
te lassen werkstuk met dezelfde beweging als wanneer u een lucifer aansteekt; dit
is de meest correcte methode om de boog te starten.
OPGELET: NIET met de elektrode op het werkstuk TIKKEN; dan kan de
bekleding beschadigen en wordt het moeilijk de boog te starten.
- Probeer zodra de boog is gestart een afstand die net zo groot is als de diameter
van de gebruikte elektrode te houden van het werkstuk en houd deze afstand zo
constant mogelijk tijdens het lassen; vergeet niet dat de elektrode ongeveer 20-30
graden moet overhellen in de werkrichting.
- Breng aan het einde van de lasnaad het uiteinde van de elektrode iets naar achteren
ten opzichte van de werkrichting, boven de krater om deze op te vullen. Til daarna de
elektrode snel uit het smeltbad om de boog te stoppen (De lasnaad - FIG. M).
9.3 Instellen MMA-modus (Fig. L-8)
De gebruiker kan de volgende lasparameters aanpassen (Fig. L-9):
-
: ON/OFF; kan de spanningsverlager van de uitgaande nullastspanning
worden in- of uitgeschakeld (instelling ON of OFF). Als VRD is ingeschakeld, neemt
de veiligheid van de bediener toe wanneer het lasapparaat is ingeschakeld, maar
niet tijdens het lassen.
-
:Dit geeft de start-overstroom "HOT START"aan, waarbij op het display de
percentuele toename wordt aangegeven ten opzichte van de geselecteerde waarde
van de lasstroom. Deze instelling zorgt voor een betere start.
-
: Lasstroom gemeten in Ampère.
-
: Dit geeft de dynamische overstroom "ARC-FORCE"aan, waarbij op het
display de percentuele toename wordt aangegeven ten opzichte van de
geselecteerde waarde van de lasstroom. Deze instelling maakt het lassen meer
vloeiend, voorkomt dat de elektrode aan het werkstuk vastplakt en maakt het gebruik
van verschillende elektrodetypes mogelijk.
In het linker deel van het display worden de werkelijke lasgrootheden weergegeven
(lasstroom en lasspanning).
10. TIG DC LASSEN: BESCHRIJVING VAN DE PROCEDURE
10.1 BASISPRINCIPES
TIG DC-lassen is geschikt voor alle staalsoorten met een laag of hoog koolstofgehalte
en voor zware metalen als koper, nikkel, titanium en hun legeringen (FIG. N). Voor
TIG DC-lassen met elektrode op de negatieve pool (-) wordt gewoonlijk een elektrode
met 2% cerium gebruikt (grijze band). De wolfraamelektrode moet axiaal op de
schijf worden gericht, zie FIG. O, waarbij de punt perfect concentrisch moet zijn om
afwijkingen van de boog te voorkomen. Het slijpen moet in de lengterichting van de
elektrode worden uitgevoerd. Dit moet periodiek worden uitgevoerd, afhankelijk van
het gebruik en de slijtage van de elektrode of wanneer de elektrode vervuild is geraakt,
is geoxideerd of niet juist is gebruikt. Om goed te lassen, moet de exacte diameter van
de elektrode met de exacte stroom worden gebruikt, zie tabel (TAB. 5). Gewoonlijk
steekt de elektrode 2-3 mm uit het keramische mondstuk. Dit kan 8 mm worden bij
lassen onder een hoek.
Het lassen gebeurt door samensmelting van de randen van de las. Voor dunne
gedeelten die goed zijn voorbereid (tot ongeveer 1 mm) is geen toevoegmateriaal
nodig (FIG. P).
Voor grotere dikten zijn staafjes met dezelfde samenstelling als het basismateriaal
nodig die de juiste diameter hebben en moeten de randen goed worden voorbereid
(FIG. Q).
Voor een goed lasresultaat moeten de delen goed worden schoongemaakt en moeten
ze vrij zijn van roest, olie, vet, oplosmiddelen, etc.
10.2 PROCEDURE (LIFT START)
- Stel de lasstroom in op de gewenste waarde met de knop B-5. Pas de stroom tijdens
het lassen aan op de werkelijk benodigde warmtetoevoer.
- Controleer of het gas goed uit de toorts stroomt.
De elektrische boog wordt gestart door de wolfraam-elektrode in contact te brengen
met en weer te verwijderen van het te lassen werkstuk. Deze startmethode
veroorzaakt minder elektrisch-uitgestraalde storing en verlaagt wolfraaminsluitingen
en slijtage van de elektrode.
- Plaats de punt van de elektrode met lichte druk op het werkstuk.
- Til de elektrode onmiddellijk 2-3 mm op om de boog te ontsteken.
Eerst geeft het lasapparaat minder stroom af. Na enkele ogenblikken wordt de
ingestelde lasstroom afgegeven.
- Om het lassen te stoppen, tilt u de elektrode snel van het werkstuk af.
10.3 LCD-DISPLAY IN TIG-MODUS (Fig. L-10)
In het linker deel van het display worden de werkelijke lasgrootheden weergegeven
(lasstroom en lasspanning).
11. ALARMMELDINGEN (TAB. 6)
De reset is automatisch wanneer de oorzaak van het alarm is opgeheven.
Alarmmeldingen die op het display kunnen verschijnen:
Lasstroom (A)
Min.
Max.
25
50
40
80
60
110
80
170

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis