Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Algemene Beschrijving; Voorbereiding Voor Gebruik - SDMO neo 3000 Benutzer- Und Wartungshandbuch

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 35
1.3.11 Tanken
Gevaar
Olieproducten moeten worden opgeslagen en behandeld overeenkomstig de bepalingen van de wet. Draai de brandstofkraan (indien
aanwezig) bij elke vulbeurt dicht. Vul nooit brandstof bij terwijl het aggregaat in werking of warm is.
Plaats het aggregaat altijd op een effen, vlakke en horizontale ondergrond om te vermijden dat brandstof van de tank op de motor
terechtkomt. Vul de tank met behulp van een trechter, zorg ervoor dat geen brandstof wordt gemorst en schroef daarna de vuldop weer
op de brandstoftank.
1.3.12 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de accu's
Gevaar

2. Algemene beschrijving

Aarding (punt 1)
Inspectieluik (punt 2)
Brandstofkraan (punt 3)
Verluchtingsregelaar van de brandstoftank (punt 4)
Dop van de brandstoftank (punt 5)
Starter (punt 6)
Starter rewinder (punt 7)
Elektrisch stopcontact (punt 8)
Deksel van het inspectieluik (punt 1)
Verluchtingsregelaar van de brandstoftank: RUN / START
(punt 1)
Drukpomp van de tank (punt 2)
Brandstofzeef (punt 3)
Maximum vulniveau voor de brandstof
Deksel van de luchtfilter (punt 1)
Deksel om toegang te krijgen tot de bougie (punt 1)

3. Voorbereiding voor gebruik

3.1. Plaats van gebruik
Kies een schone, geventileerde en tegen weer en wind beschutte plaats.
Plaats het aggregaat op een effen, horizontaal en voldoende stevig oppervlak zodat het niet in de grond zakt (het aggregaat mag in
geen geval meer dan 10° hellen).
Zorg dat de olie- en brandstofvoorraad zich in de nabijheid van de plaats van gebruik van het aggregaat bevindt, maar wel op een
veilige afstand ervan.
3.2. Aarding van het aggregaat
Gevaar
Om de groep met de aarde te verbinden; een koperdraad van 10 mm
aardingspaal in gegalvaniseerd staal, die 1 meter in de grond geslagen is.
Brandstof is uitermate ontvlambaar en verspreidt explosieve dampen.
Tijdens het tanken moet de motor stilliggen. Het is verboden te roken, dichtbij te komen of
vonken te veroorzaken tijdens het vullen van de brandstoftank.
Veeg alle sporen van brandstof weg met een schone doek.
Plaats de accu nooit in de buurt van een vlam of vuur.
Gebruik alleen geïsoleerd gereedschap.
Gebruik nooit zwavelzuur of aangezuurd water om de elektrolyt bij te vullen.
De stroomopwekkende groepen verdelen elektrische stroom bij hun gebruik : risico voor
elektrokutie. De stroomopwekkende groep met de aarde verbinden bij elk gebruik.
Figuur A
Modus MAX / ECO (punt 9)
Drukpomp van de tank (punt 10)
Controlelampjes (punt 11)
A. Werkingslampje
B. Overbelastingslampje
C. Oliebeveiligingslampje
Deksel om toegang te krijgen tot de bougie (punt 12)
Stil (punt 13)
Figuur B
Dop voor het aanvullen en verwijderen van olie (punt 2)
Maximum vulniveau voor de olie
Figuur C
Brandstoffilter (punt 4)
Figuur D
Filterelement (punt 2)
Reinigen van het filterelement
Figuur E
Bougie (punt 2)
2
verbinden met de stroomopwekkende groep en met een

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis