Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

COMPANION 27804 Anleitungshandbuch Seite 13

Inhaltsverzeichnis

Werbung

1. Veiligheidsregels
Veilige bedieningsmethoden
voor zittrekkers
BELANGRIJK:
DEZE MAAIMACHINE KAN HANDEN EN VOETEN AMPUTEREN EN VOORWERPEN
WEGSLINGEREN.
HET NIET
OPVOLGEN
VAN DEZE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
KAN ERNSTIG
OF DODELIJK LETSEL TOT GEVOLG HEBBEN.
@
De
I. TRAINING
Lees de instructiesaandachtig.Zorg dat u vertrouwd bent
met de bedieningselementen en het juiste gebruik van
de machine.
Laat kinderen of mensen die niet bekend zijn met de in-
structies de maaimachine nietgebruiken. Het is mogelijk
dat plaatselijke voorschdftan een beperking ste en aan
de leeftijd van de bestuurder.
Maai nooit tePHijlmensen, vooral kinderen, of huisdieren
in de buurt zijn.
Bedenk dat de bestuurder of gebruiker verantwoordeiijk
is voor ongelukken of risico'sdie andere mensen of hun
eigendommen kunnen overkomen.
Geen passagiers vervoeren.
A]le bestuurdersdienen vakkundigainstructieste ontvan-
gen. Bij dergeli ke instructies dient de nadruk te worden
gelegd op:
- de noodzaak voor aandacht en concentratie bij het
werken met zittrekkers;
-een zittmkkerdieop een hellingwegglijdt,kan niet onder
controle worden gahouden door te remmen,
hoofdredenen vcor besturingsverlies zijn:
a) onvoldoende houvast;
b) ta snel rijden;
c) ontoereikend remmen;
d) hat soort machine is niet geschikt voor de taak;
e) gebrek aan kennisvan hat effectvan bodemcondities,
vooral hellingen;
f) verkeerd vastkoppelen en verkeerde verdeling van
de lading.
II. VOORBEREIDING
Draag ti dens het maaien altijd stavige schoenen en een
lange broek.Gabmik de machine nietblootsvoetsof terwij
u open sandalen draagt.
Inspecteer de plek waar de machine zal worden gebruikt,
kgrondigen verwijderallevoorwerpen die door de machine
unnen worden weggeslingerd.
WAARSCHUWING - Benzine is licht ontvlambaar.
.
Bewaarbrandstofinblikkendiespeciaalvoordatdoel
zijn bestemd.
- Tank alleen buiten en rook niet tijdens het tanken.
* Tank voordat u de motor start. Draai de dop nooit van
de benzinetank af of tank nooitterwijl de motor draait
of beet is.
- AIs benzine isgemorst, pmbeer de motor dan niet te
starten maar haal de machine van de plaats vandaan
waar u benzine heeft gemorsten zorg dat u geen ont-
stekingsbmnteweeg brengttotdatde benzinedampen
zijn verdreven.
- Draai de dop van alle brandstoftanks en -blikken weer
goed vast.
Vervang defecte geluiddempers.
Inspecteer vb6r het gebruik altijd of de messen, mes-
bouten en maai-inrichting niet versleten of beschadigd
zijn.Vervang versleten ofbeschadigde messen en bouten
in sets om het evenwicht in stand ta houden.
Op machines met meerdere messen dient u eraan te
denken dat herdraaien van _dn mes andere messen kan
doen draaien.
Ill. BEDIENING
Laat de motor niet draaian in een besloten ruimte waar
gevaadijke koolmonoxydedampen zich kunnen vetza-
melen.
Maai alleenbij daglichtof goed kunstlicht.
Voordatu de motorgaat starten, rnoetu alle meshulp-
stukkoppelingen u itschakelen ennaar devrijloop schake-
len.
Gebruik de trekker niet op hellingen van meer dan 10°.
Dank eraan dater geen"veilige" hellingen bestaan. Bijher
rijden op hellingen met gras dient men extra voor-zichtig
to zijn. Zo zorgt u ervoor dat de trekker niet omslaat:
- stop en start niet plotseling bij her of> of afdjden van
een helling.
- schakel de koppeling langzaam in, hood de machine
allJjdin de versnelling, vooral bij het afrijden van sen
heuvel;
- de snelheid van de machine dient op hellingen en in
scherpe bochten laag te worden gehouden;
- kijk uit voor bulten en kuilen en andere verborgen
gevaren;
- maai nooit dwars op de helling tenzij de maaier voor
dit doel is ontworpen.
Wees voorzichtig bi het trakken van ladingen of het
gebruik van zwaar matedee.
- Gebruik alleen goedgekeurde aanhaakpunten voor
een trekstang.
Beperk de lading tot hetgeen u veilig kunt hanteren.
- Maak geen scherpe bochten. Wees voorzichtig bij
achteruit djden.
.
Gebruik contragewicht(en) of wielgewichten wanneer
dat in de handleiding wordt aangeraden.
Kijk uit voor bet verkeer wanneer u de weg oversteekt of
zich nabij een weg bevindt.
Stop de messen voordat u andere oppervlakken dan gras
oversteekt.
Voer bi het gebruik van hulpstukken het materiaal nooit
af in de richting van omstanders en aat n emand n de
buurt van de machine komen terwijl deze in bedrijf is.
Gebruik de maaimachine nooit met defecta bescherm-
kappen en schermen of zonder beveiligingsinrichtingen
op hun.plaats.
Verander de installing van de motorregelaar niet en laat
de motor niet met ta hoge toeren draaian. AIs de motor
met te hoog toerental draait, kan het risicovan lichamelijk
letsel grotar worden.
Voordat u de bestuurdersstoel
verlaat:
- de aftakas uitschakelen en de hulpstukken
needa-
ten;
- naar de vrijloop schakelen en de parkeerram inschake-
len;
- de motor stoppen en de eleutel varwijderen.
Schakel de aandrijving naar de hulpstukken uit, stop de
motor en maak de bougiekabel(s)
los of verwijder het
contactsleutaltje,
- voordat u opgehoopt materiaal weghaalt of een ver-
stopte afvoer leeg maakt;
- voordat u de maaimachine controleert, achoonmaakt
of eraan werkt;
13

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis