Werbung
9. Het modelvoertuig
a) Carrosserie lakken
De carrosserie wordt ongelakt geleverd. Ook de stickers van het stickervel zijn nog niet bevestigd. Zo
heeft u de mogelijkheid om uw voertuig individueel te designen.
Gebruik enkel geschikte lexan verf. Deze kunt u op de binnenkant van de carrosserie
aanbrengen. Dit is niet om de lak te beschermen, maar het voertuig zal dan naar buiten
door de lexan carrosserie glanzen (net als een echt voertuig).
De ramen worden vóór het lakken dichtgekleefd; ze kunnen later met donkere verf gekleurd
worden voor een "rook" effect.
Verwijder na het lakken de eventuele beschermfolie aan de buitenkant van de carrosserie.
b) Stickers van het stickervel aanbrengen
Verwijder eerst alle vuiltjes en vingerafdrukken van de carrosserie. Enkel zo wordt gewaarborgd dat de
stickers goed blijven kleven.
Gebruik hiervoor een schone en zachte doek.
Knip nu de stickers uit. U kunt gerust een stukje transparente rand overlaten zodat u de sticker
gemakkelijker kunt vastpakken.
Bevestig de stickers op de carrosserie. U mag de kleefvlakken niet aanraken. Anders zal de sticker niet
meer goed op de carrosserie blijven kleven.
Vermijd luchtbellen tussen de sticker en de carrosserie. Deze kunt u eventueel met een naald
openprikken en de lucht eruit duwen.
Met een zachte doek kunt u de sticker stevig op de carrosserie drukken.
c) Antennebuisje monteren
Ongeveer in het midden van het voertuig is er een houder
(A) voor het antennebuisje.
Schuif de antennedraad van beneden door het gaatje.
Leid nu de antennedraad door het antennebuisje.
Steek het antennebuisje in de houder en let erop dat de
antennekabel niet gebogen of geplet wordt.
82
f) Programmieren des Fahrtreglers
Auch wenn der Fahrtregler bereits ab Werk optimal auf Ihr Fahrzeug eingestellt wurde, kann es z.B. bei
einer Störung oder durch einen Speicherfehler erforderlich werden, den Regler neu zu programmieren.
Um ein unkontrolliertes Anlaufen des Elektromotors während der Programmierung zu vermeiden, tren-
nen Sie den Fahrtregler vom Motor.
Vorbereitung
Nehmen Sie den Sender in Betrieb und überprüfen Sie die Einstellungen.
Die Trimmung für die Fahrfunktion muss in der Mittelstellung (auf Null) stehen. Es dürfen auf dem Kanal
für den Antrieb keine Wegbegrenzungen (EPA oder Dual Rate) aktiviert sein.
Schließen Sie den Fahrakku am Fahrtregler an und schalten bringen Sie den Schalter des Fahrtreglers
in die Position „ON" (= Ein). Die rote Kontroll-LED (1) beginnt zu leuchten.
Einstellen der Neutral-Position
Zuerst muss die Neutral-Position (Stopp-Stellung des Elektromotors) programmiert werden. Da der
Bedienhebel für die Fahrfunktion am Sender diese Stellung automatisch durch Federkraft einnimmt,
wird nun die Set-Taste am Fahrtregler solange betätigt, bis die rote Kontroll-LED erlischt.
Einstellen der Vollgas-Stellung
Zum Einprogrammieren der Vollgasstellung wird der Bedienhebel für die Fahrfunktion bis zum Anschlag
an den Griff gezogen und in dieser Stellung gehalten.
Nun muss die Set-Taste erneut solange betätigt werden, bis die LED blinkt.
Einstellen der Rückwärts-Stellung
Anschließend schieben Sie den Bedienhebel für die Fahrfunktion ganz nach vorne und halten ihn eben-
falls in dieser Stellung fest. Drücken Sie nun die Set-Taste solange, bis die LED erlischt.
Um den Programmiervorgang abzuschließen, schalten Sie den Fahrtreglerschalter aus (Stellung „OFF").
A
Die neuen Werte wurden dauerhaft gespeichert und der Fahrtregler ist jetzt betriebsbereit. Stecken Sie
anschließend die beiden MicroCar-Steckverbinder der Motoranschlussleitung wieder zusammen und
schalten Sie den Fahrtreglerschalter wieder ein.
Dieser Abschnitt bezieht sich auf den Fahrtregler, der der Best.-Nr. 231591 beiliegt. Bei
Verwendung eines eigenen Fahrtreglers beachten Sie bitte dessen Bedienungsanleitung.
15
Werbung
Kapitel
Fehlerbehebung
