Das Modellfahrzeug; A) Lackierung Der Karosserie; B) Anbringen Der Aufkleber Des Dekorbogens; C) Montage Des Antennenröhrchens - Reely Streetracer Bedienungsanleitung

f) Rijregelaar programmeren
Deze paragraaf heeft betrekking op de rijregelaar die bij het bestelnr. 231591 meegeleverd
is. Bij het gebruik van een eigen rijregelaar moet u rekening houden met diens
gebruiksaanwijzing.
De rijregelaar werd reeds in de fabriek optimaal op uw voertuig afgesteld. Het kan eventueel bij storingen
of geheugenfouten noodzakelijk zijn om de regelaar opnieuw te programmeren.
Om te vermijden dat de elektromotor tijdens de programmering ongecontroleerd opstart, moet u de
rijregelaar van de motor loskoppelen.
Voorbereiding
Schakel de zender in en controleer de instellingen.
De trimregelaar voor de rijfunctie moet in de middenpositie (op nul) staan. Er mogen op het kanaal voor
de aandrijving geen inperkingen (EPA of Dual Rate) geactiveerd zijn.
Sluit de rij-accu op de rijregelaar aan en zet de schakelaar van de rijregelaar in de positie "ON" (= aan).
De rode controle-LED (1) begint te branden.
Instellen van de neutraal stand
Eerst moet de neutraal stand (stop-positie van de elektromotor) geprogrammeerd worden. Daar de
stuurknuppel voor de rijfunctie op de zender deze stand automatisch door veerkracht instelt, moet u
zolang op de Set toets van de rijregelaar drukken tot de rode controle-LED uitgaat.
Instellen van de volgas stand
Om het volgas te programmeren moet u de stuurknuppel voor de rijfunctie tot het eindpunt naar de
greep trekken en in deze positie houden.
Druk nu opnieuw zolang op de Set toets tot de LED knippert.
Instellen van de achteruit stand
Schuif vervolgens de stuurknuppel voor de rijfunctie helemaal naar voren en houd hem tevens in deze
positie. Druk nu zolang op de SET toets tot de LED uitgaat.
Om de programmering af te sluiten moet u de schakelaar van de rijregelaar in de positie "OFF" schuiven.
De nieuwe waarden zijn nu permanent opgeslagen en de rijregelaar is klaar voor gebruik. Verbind
vervolgens de twee MicroCar stekkers weer met elkaar en schakel de rijregelaar in.
84


9. Das Modellfahrzeug

a) Lackierung der Karosserie

Die Karosserie wird unlackiert geliefert, auch die Aufkleber des Dekorbogens sind noch nicht befestigt.
Dadurch können Sie Ihr Fahrzeug individuell gestalten.
Verwenden Sie eine geeignete Lexan-Farbe, die auf die Innenseite der Karosserie aufge-
bracht wird. Dies dient nicht nur dem Schutz der Lackierung, sondern das Fahrzeug glänzt
außen durch die Lexankarosserie wie ein echtes Fahrzeug.
Die Scheiben werden vor dem Lackieren abgeklebt; sie können später mit einer „Rauch"-
Farbe eingetönt werden.
Entfernen Sie nach dem Lackieren eine evtl. vorhandene Schutzfolie auf der Außenseite
der Karosserie.

b) Anbringen der Aufkleber des Dekorbogens

Reinigen Sie zuerst die Außenseite der Karosserie von sämtlichen Rückständen oder Fingerabdrücken.
Nur so ist gewährleistet, dass die Aufkleber lange halten.
Verwenden Sie ein weiches, sauberes Tuch zur Reinigung.
Schneiden Sie nun die Aufkleber aus; lassen Sie ruhig etwas transparenten Rand überstehen, damit
der Aufkleber sich besser handhaben lässt.
Befestigen Sie dann die Aufkleber auf der Karosserie. Fassen Sie jedoch nicht die Klebeflächen an,
dadurch verschlechtert sich die Haltbarkeit des Aufklebers auf der Karosserie.
Vermeiden Sie Luftblasen zwischen Aufkleber und Karosserie. Ggf. können Sie diese mit Hilfe einer
Nadel aufstechen und die Luft herausdrücken.
Mit einem weichen Tuch lässt sich der Aufkleber fest auf der Karosserie fixieren.
c) Montage des Antennenröhrchens
Etwa in der Mitte des Fahrzeugs befindet sich die Halte-
rung (A) für das Antennenröhrchen.
Der Antennendraht ist von unten her durch das Loch zu
schieben.
Danach führen Sie den Antennendraht durch das An-
tennenröhrchen.
Stecken Sie das Antennenröhrchen in die Halterung, ach-
ten Sie darauf, dass das Antennenkabel nicht geknickt oder
gequetscht wird.
A
13