Als de propeller zoals afgebeeld vast met de meenemer is verschroefd,
schuift u de motorkap naar voren en richt u haar exact uit ten opzichte
van de spinnerplaat (zie bovenste afbeelding). Tussen de spinnerplaat
(8) en de motorkap (3) moet daarbij een opening blijven van zowat 1 tot
2 mm breedte (zie onderste afbeelding).
Nadat de kap exact uitgericht is, brengt u de boorgaten voor de
bevestigingsschroeven met een dunne viltstift over op de romp.
Neem de motorkap terug af en boor op de afgetekende plaatsen met een
boortje van 1,5 mm de gaten voor de bevestigingschroeven voor.
Praktische tip:
Laat een beetje dun lopende secondenlijm in de boorgaten
van de romp lopen en uitharden. Zo vinden de bevestigings-
schroeven ook bij het meerdere keren demonteren van de
kap nog steeds een stevig houvast.
De boorgaten in de motorkap worden daarna met een ronde sleutelvijl
verbreed tot 2 mm.
Nadat u de motorkap terug heeft opgezet en vastgeschroefd, kan de
propeller met de spinnerkap (11) worden gemonteerd (zie ook schets
afb. 21).
k) Inbouw van de ontvanger
Sluit de beiden besturingsservo's en de vliegregelaar aan op de ontvanger.
Opdat de rolroer-servo later gemakkelijk kan worden in- en uitgeplugd,
sluit u een korte verlengkabel (1) aan op de rolroeruitgang van de
ontvanger. Daarna wordt de ontvanger in piepschuim gewikkeld, dat met
een strookje kleefband wordt geborgd.
Praktische tip:
Opdat de ontvanger in het model optimaal zou houden,
schroeft u vier kleine haken (2) in twee smalle balkjes hout
en kleeft u deze onmiddellijk achter het draagvlakspant (3)
telkens rechts en links op de rompvloer. De ontvanger wordt
dan gehouden door elastiekjes. Op deze manier kan de
ontvanger altijd snel worden uitgebouwd.
De ontvangerantenne (4) wordt door een zijdelingse boring in de romp
naar buiten geleid en afgespannen aan de punt van de hoogtesturing.
100
Afb. 22
Afb. 23