Bedieneenheden; Controles Voor De Ingebruikname - ATIKA MHB 40 Originalbetriebsanleitung

3.

BEDIENEENHEDEN

Brandstofkraan
Gasregelaar
Met de gasregelaar (aan het toestel gemonteerd) kunt u
1. de chokeklep in de carburateur sluiten.
In de positie "Choke" wordt het brandstofmengsel voor de koude
start verrijkt.
Choke
2. het TOERENTAL van de motor instellen.
De beweging van de gashendel in de weergegeven richting
verhoogt resp. reduceert
motor.
Max.
3. het toestel STOPPEN.
in richting
4. in de positie 1/3
WARMSTART uitvoeren. In de positie OPEN wordt het correct
brandstofmengsel voor het bedrijf na de motorstart en voor de
nieuwstart van een warme motor geleverd.
Warme start
Kabelgreep
Trekken aan de startgreep start de motor.
KABELGREEP
BEDIENEENHEDEN / TESTS VOOR INGEBRUIKNAME
het toerental van de
Min.
STOP
" de MOTOR
4. TESTS VOOR DE
INGEBRUIKNAME
IS DE MOTOR BEDRIJFSKLAAR?
Voor uw veiligheid en ter maximalisatie van de levensduur is het
belangrijk, de toestand van de motor vóór iedere ingebruikname te
controleren. Verhelp eventueel bestaande problemen resp. laat deze
door uw klantenservice verhelpen, alvorens u de motor start.
Ondeskundig onderhoud resp. verhelpen van storingen voor de
ingebruikname kunnen storingen activeren en zware verwondingen
veroorzaken.
Regelmatige inspecties voor de ingebruikname helpen, problemen te
voorkomen.
Alvorens u met de test begint, vergewist u zich, dat de motor op een
gladde vlakte staat en de motorschakelaar op OFF staat.
Controleer de algemene toestand van de motor
Kijk, of rond om de motor resp. onder de motor sporen van
olie- en benzinelekkages zijn.
Verwijder grove verontreinigingen, vooral in het bereik van
geluiddemper en starterkabel.
Kijk, of eventuele schade voorhanden is.
Controleer, of alle
aangebracht en alle schroeven en moeren vast aangetrokken
zijn.
Controleer de motor
Controleer het oliepeil van de motor. Draait de motor met een te laag
oliepeil, kan hij beschadigd worden.
Om onverwachte stilstandstijden te voorkomen, controleer vóór
iedere start het oliepeil.
Controleer de luchtfilter. Een verontreinigde luchtfilter reduceert de
luchttoevoer naar de carburateur en zodoende het motorvermogen.
Controleer het benzinepeil. Starten van de motor met volle tank
voorkomt resp. reduceert stilstandstijden bij een tanken.
Controleer de door de motor aangedreven
machine
Lees voor het starten van de motor de gebruiksaanwijzing van de
voor deze motor aangedreven machine en volg de hierin onthouden
instructies en veiligheidsmaatregelen op.
veiligheidsafdekkingen reglementair
107