Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
E6.1
Montage van de kabelhouder
De apparatuur is voorzien van een accessoire waarmee
de elektrische kabel vastgezet kan worden tijdens
werkzaamheden van verplaatsing of onderhoud van de
machine (afb. 1).
Monteer vervolgens de kabelhouder "T" op de zijkant,
op de kant waar het bedieningspaneel zit.
LET OP!
LET OP!
Verzeker u ervan dat de wielen met rem
Verzeker u ervan dat de wielen met rem
correct geblokkeerd zijn.
correct geblokkeerd zijn.
•
Verwijder de doppen van kunststof die in de gaten
zitten.
•
Zet de kabelhouder "
T" tegen de zijkant met het
breedste gedeelte naar beneden.
•
Draai de bijgeleverde schroeven vast, laat daarbij de
gaten in de kabelhouder samenvallen met de gaten
op de zijkant van de machine.
E6.2
Montage van andere accessoires
Wij wijzen u erop dat elk accessoire dat gecombineerd
kan worden met deze apparatuur gerelateerd is aan
de bijbehorende montage-instructie en technische
gebruiksgegevens.
E7
Installatieschema's
In
de
installatieschema's
ruimtebeslag van de machine en de plaatsen van
de elektrische aansluitingen, de maximale hoogte
van de bereidingsschalen, alsmede de plaatsen van
andere elementen zoals wanden en eventuele haken
weergegeven.
De muur is op de schema's weergegeven met het
symbool:
E8
Elektrische aansluiting
De aansluiting op het elektriciteitsnet dient op grond
van de in het land van gebruik geldende richtlijnen en
voorschriften te worden uitgevoerd.
•
Verzeker u ervan dat de voedingsspanning van de
machine zoals aangegeven op het typeplaatje van
de nominale gegevens (Tabel 1) overeenkomt met
de netspanning;
•
controleer of de elektrische voeding van de installatie
voorbereid is en in staat is om de effectieve
spanningsbelasting te dragen, en bovendien uitgevoerd
is volgens de regels van de kunst en de in het land van
gebruik van de apparatuur geldende voorschriften te
worden uitgevoerd;
•
in geval van twijfel over de doelmatigheid van de
equipotentiale aansluiting op de aarde, of over aspecten
van de elektrische veiligheid, de installatie laten
controleren door een gekwalifi ceerd elektricien.
E9
Aarding
Dit apparaat moet aangesloten worden op een metalen
stopcontact, permanent bekabelingssysteem of een
(pag.
2)
zijn
het
58
aardingsuitrusting waarbij de geleider aangesloten
moet zijn op de geleiders van het circuit dat op zijn beurt
aangesloten is op de eindklem, of de aardekabel van de
apparatuur.
Dit apparaat moet geaard worden. In geval van slechte
werking of defect levert de aarding een parcours van
minimale weerstand tegen de elektrische stroom om
het gevaar van shock door elektrische schokken te
beperken. Dit apparaat is voorzien van een kabel met
een massageleider en een aardepool. De stekker moet
aangesloten worden op een stopcontact dat correct
geïnstalleerd en geaard is in overeenstemming van de
plaatselijke normen en voorschriften.
F
B E S C H R I J V I N G
BEDIENINGSPANEEL
Hierna worden alle afzonderlijke toetsen en functies die
op het bedieningspaneel in het voorste deel van de kap
zitten beschreven (afb. 3).
F1
Basisbedieningselementen
Toets S - Inschakeling / Uitschakeling
Met deze toets kan de apparatuur worden in- en
uitgeschakeld (ongeveer twee seconden indrukken).
Bij het inschakelen van de afzuigventilator, wordt de
snelheid automatisch ingesteld op de laatst gekozen
waarde voordat de apparatuur werd uitgeschakeld.
Toets T - Verhoging van de afzuigsnelheid
Met deze toets wordt de afzuigsnelheid van de
apparatuur verhoogd.
Toets W - Verlaging van de afzuigsnelheid
Met deze toets wordt de afzuigsnelheid van de
apparatuur verlaagd.
Toets U - Start van maximumsnelheid
Als op deze toets gedrukt wordt, wordt de maximum
afzuigsnelheid van de machine gedurende enkele
seconden verhoogd.
Toetsen V-X - Buiten werking gestelde toetsen
De weergegeven toetsen zijn buiten werking gesteld.
V A N
H E T
Werbung
Kapitel
Inhaltsverzeichnis
