Vooraf ingestelde waarden voor steeklengte en –
breedte aanpassen
De patronen in de directe-patroonkeuzefunctie (Mode 1) en voor
knoopsgaten, gaatjes, stopwerk, afwerken en rijgen hebben hun
eigen oorspronkelijke instellingen voor steeklengte en –breedte.
Deze oorspronkelijke instellingen zijn vooraf ingestelde waarden.
U kunt deze vooraf ingestelde waarden aanpassen en opslaan,
zodat u de wijzigingen niet telkens weer hoeft in te voeren nadat
u de machine hebt aangezet.
Voorbeeld: De vooraf ingestelde waarde voor steeklengte
wijzigen
Selecteer het patroon waarvan u de vooraf ingestelde waarde wilt
wijzigen.
Druk op "+" of "–"om de steeklengte te wijzigen.
Druk op "–" om de steeklengte te verkleinen.
Druk op "+" om de steeklengte te vergroten.
Druk op de opslaan/ophalenknop.
Druk op de geheugenknop (M) om uw persoonlijke instelling op te
q
slaan.
Een symbool "C" q wordt weergegeven in het LCD-scherm om
aan te geven dat de standaardinstellingen van de steek zijn
gewijzigd.
q Symbool "C"
Oorspronkelijke instellingen herstellen
Selecteer het patroon waarvan u de instellingen hebt gewijzigd.
Druk op de opslaan/ophalenknop. Het LCD-scherm geeft de
huidige instellingen weer.
Druk op de toets "C". Het symbool "C" verdwijnt en de vooraf
ingestelde waarden worden teruggezet naar de oorspronkelijke
instellingen (de instellingen bij aankoop van de machine).
60