Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Ondergedompelde Opstelling Met Voetbocht-Snelkoppeling; Droge Installatie; Ondergedompelde, Transportabele Opstelling; Niveauregelingen - Grundfos SEN series Montage- Und Betriebsanleitung

Abwasser-tauchmotorpumpen
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 18
4.1 Ondergedompelde opstelling met voetbocht-
snelkoppeling
Pompen die bestemd zijn voor een permanente opstelling, kun-
nen aan een voetbocht snelkoppeling worden gemonteerd.
Bovendien kunnen deze pompen geheel of gedeeltelijk in de te
verpompen vloeistof worden geplaatst.
1. Boor gaten voor de bovenste bevestigingsbeugel van de
geleidebuizen aan de binnenzijde van de put. Bevestig de
beugel met twee schroeven, maar draai deze nog niet vast.
2. Plaats het voetstuk van het voetbocht-snelkoppeling op de
bodem van de put. Bij een ongelijke putbodem dient het voet-
stuk uitgelijnd te worden. Gebruik een schietlood om het voet-
stuk juist te kunnen positioneren. Zet het vervolgens vast met
keilbouten.
3. Monteer de persleiding volgens de algemeen bekende proce-
dures, zonder de leiding te verdraaien of bloot te stellen aan
overmatige spanningen.
4. Steek de geleidebuis in de ringen van het voetstuk en bepaal
de lengte van de buis ten opzichte van de bovenste bevesti-
gingsbeugel.
5. Draai de nog niet vastgedraaide schroeven van de beugel
weer los. Bevestig de beugel boven op beide geleidebuizen
en bevestig de beugel stevig aan de putwand.
6. Eventueel puin dient uit de put te worden verwijderd, voordat
u de pomp erin plaatst.
7. Monteer het geleidestuk aan de pomp.
8. Schuif vervolgens het geleidestuk van de voetbocht-snelkop-
peling tussen de geleidebuis en laat de pomp met behulp van
een ketting in de put zakken. Wanneer de pomp het voetstuk
met voetbocht-snelkoppeling bereikt, koppelt de pomp zich
vanzelf.
9. Hang het uiteinde van de ketting aan een speciale haak, die
bovenaan de put is bevestigd en zorg ervoor dat de ketting
niet in contact kan komen met het pomphuis.
10. Pas de lengte van de motorkabel aan door hem op te rollen en
te bevestigen aan een beugel boven in de put. Een kabel met
de juiste lengte kan niet worden beschadigd als de pomp in
bedrijf is. Zorg ervoor dat de kabel niet geknikt of afgekneld
kan worden.
11. Sluit de motorkabel aan op aanwezige beveiligingen.

4.2 Droge installatie

Bij een droge installatie is de pomp in een pompkelder opgesteld.
De pompmotor is gesloten en waterdicht, zodat beschadiging
door wateroverlast niet mogelijk is.
1. Boor bevestigingsgaten in de betonnen vloer.
2. Monteer de bevestigingsplaat en het voetstuk aan de pomp.
3. Zet de pomp vast met keilbouten.
4. Controleer of de pomp verticaal/horizontaal staat.
Om onderhoud en reparatiewerkzaamhedenuit te kunnen voeren,
moeten afsluiters gemonteerd worden, in zowel de zuig- als de
persleiding.
5. Monteer leidingwerk en appendages spanningsloos.
6. Pas de lengte van de motorkabel aan door hem op te rollen en
te bevestigen aan een beugel boven in de put. Een kabel met
de juiste lengte kan niet worden beschadigd als de pomp in
bedrijf is. Zorg ervoor dat de kabel niet geknikt of afgekneld
kan worden.
7. Sluit de motorkabel aan op aanwezige beveiligingen.
Opm.: Het verdient aanbeveling om in de zuigleiding, tussen
afsluiter en pomp, een eccentrisch verloop, met het vlakke
gedeelte naar boven, te plaatsen. Hiermee voorkom je het risico
van het aanzuigen van lucht en het verstoren van het proces, zie
afb. 7.
0,2 m
Eccentrisch verloop
Afb. 7

4.3 Ondergedompelde, transportabele opstelling

1. Monteer de ringstandaard aan de zuigzijde van de pomp.
2. Monteer een 90° bocht aan de perszijde van de pomp en
monteer hierop een slang of persleiding.
Wordt er een slang gebruikt, zorg er dan voor dat deze niet knikt
en dat de binnendiameter van de slang overeenkomt met de
doorlaat van de persaansluiting.
3. Laat de pomp in de vloeistof zakken m.b.v. een ketting
gemonteerd aan de hijsbeugel. Het is aan te bevelen om de
pomp op een vlakke en stevige fundatie te plaatsen.
4. Hang het einde van de ketting op aan een degelijke haak aan
de bovenkant van de pompput en zorg ervoor dat de ketting
niet in contact kan komen met het pomphuis.
5. Pas de lengte van de motorkabel aan door hem op te rollen en
te bevestigen aan een beugel. Een kabel met de juiste lengte
kan niet worden beschadigd als de pomp in bedrijf is. Zorg
ervoor dat de kabel niet geknikt of afgekneld kan worden.
6. Sluit de motorkabel aan op aanwezige beveiligingen.

4.4 Niveauregelingen

Voor SEN pompen is als toebehoren een afzonderlijke Grundfos
niveauregeling met niveauschakelaars beschikbaar:
type LC voor eenpomps-installaties en
type LCD voor tweepomps-installaties.
Afhankelijk van de toepassing kunnen verschillende niveaurege-
lingen worden gebruikt.
De niveauregeling LC is voorzien van 2 of 3 niveauschakelaars;
2 schakelaars voor het in- en uitschakelen van de pomp.
De derde niveauschakelaar (optie) is voor hoogwater alarm.
De niveauregeling LCD is voorzien van 3 of 4 niveauschakelaars;
een voor stop, twee voor het starten van beide pompen.
De vierde niveauschakelaar (optie) is voor hoogwater alarm.
Wanneer de niveauschakelaars worden geïnstalleerd, dient u de
volgende punten in acht te nemen:
1. Om aanzuigen van lucht en trillingen in ondergedompelde
pompen te voorkomen dient de stopniveauschakelaar zoda-
nig te zijn aangebracht, dat de pomp wordt uitgeschakeld,
voordat het waterpeil onder de bovenzijde van het pomphuis
is gedaald.
Voor droge installaties is de regel, dat het laagste stop niveau
tenminste 20 cm boven de opening van de zuigleiding wordt
afgesteld, zie afb. 7.
2. De startniveauschakelaar dient zodanig te zijn aangebracht
dat de pomp start bij het gewenste niveau. Het starten van de
pomp dient echter wel altijd plaats te vinden, voordat het
waterpeil de inlaatbuis van de put heeft bereikt.
3. Een eventuele hoog-niveau-alarmschakelaar boven de
startniveauschakelaar te zijn aangebracht. Het alarm dient
echter wel altijd te worden gegeven voordat het waterpeil de
inlaatbuis van de put heeft bereikt.
Opm.: De pompregeling mag niet in mogelijk explosieve ruimten
geplaatst worden.
91

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Sen s1Sen s2Sen sv

Inhaltsverzeichnis